VU medisch centrum
Aios en opleiders in gesprek om werkstress te verminderen
17 juni 2010
Vorig jaar werd onder assistenten in opleiding (aios) een enquête over
de werkdrukbeleving gehouden. Vervolgstap in het traject is het aangaan
van een dialoog tussen opleiders en aios. Gynaecoloog Hans Brölmann en
HRM-adviseur Martin Kersloot vertellen.
De reden van de enquête was een onderzoek van de inspectie in 2008,
waaruit bleek dat werkdrukbeleving onder aios hoog was. Het doel van
de enquête was nader onderzoek te doen naar de oorzaken van de
werkstress. De uitkomsten werden gepresenteerd in drie kleuren: rood
voor verbeterpunten, oranje voor aandachtspunten en groen voor punten
om te behouden. De volgende stap was een gesprek tussen aios en
opleiders. Kersloot: "Met zowel de afdeling neurologie als gynaecologie
is een dialoog geweest, begeleid door een externe psycholoog en
mijzelf. Inzet van het gesprek was de enquête, een heel goed middel om
met elkaar in gesprek te gaan. Dan ontstaat een veel beter en
genuanceerder beeld van de oorzaken van werkstress, dan alleen de
enquête kan vertellen."
Supervisie
Hans Brölmann is gynaecoloog, tevens hoofd van de opleiding op zijn
afdeling en voorzitter van de centrale opleidingscommissie in VUmc. De
dialoog bij gynaecologie had plaats met een gelijk aantal opleiders en
aios. Qua communicatie waren er geen knelpunten, vertelt Brölmann. "De
werksfeer is prima, op dat vlak zaten we in het groen. Eén van de
knelpunten die ik interessant vind, betreft de begeleiding, en dan
vooral de periode nadat de supervisie in feite is afgerond. Aios gaven
te kennen dat de supervisoren soms moeite hebben met loslaten, nadat ze
een bekwaamheidsverklaring voor een bepaalde verrichting hebben
behaald." Deze en andere aandachtspunten, inclusief groene en oranje,
worden in de komende opleidingsvergadering van gynaecologie besproken.
Om de kwaliteitscirkel rond te maken, zullen de aandachtspunten
geëvalueerd gaan worden. Brölmann: "We overwegen om ieder jaar een
dergelijke dialoog met elkaar te houden."
Succes
Door het succes van de eerste twee dialogen, is voor nog eens twaalf
gesprekken subsidie verkregen. Kersloot: "Iedere afdeling met meer dan
zeven respondenten op de enquête krijgt een dialoog aangeboden, waarin
de uitslag van de eigen afdeling als uitgangspunt dient. Afdelingen met
minder respondenten, mogen kiezen of ze op het eigen profiel of op het
algemene profiel, in gesprek willen gaan."
Ellen Kleverlaan
bron: Origineel