| | | |
|EUROPESE UNIE | |NL | |Brussel, 11 juni 2010 | |(OR. en) | |10995/10 | |PRESSE 171 | |Verklaring van hoge vertegenwoordiger Catherine Ashton namens de | |Europese Unie over de mensenrechten in China |De EU betreurt het besluit van het hooggerechtshof van de provincie Sichuan om de veroordeling van Tan Zuoren tot vijf jaar wegens "ondermijning van de staat'' te bevestigen. Het vonnis tegen Tan Zuoren is volledig in strijd met zijn vrijheid van meningsuiting en voldoet niet aan de internationale normen inzake het recht op een eerlijke behandeling.
De EU betreurt ook ten zeerste dat de heer Tan zich niet naar behoren heeft kunnen verdedigen en dat het proces dat tot het vonnis heeft geleid procesrechtelijke gebreken vertoonde, waardoor de heer Tan het recht om zichzelf te verdedigen niet volledig heeft kunnen uitoefenen. De EU betreurt het dat geen gehoor is gegeven aan de internationale oproepen om de zaak te heropenen. De EU roept daarom de Chinese regering opnieuw op om Tan Zuoren onvoorwaardelijk vrij te laten.
De kandidaat-lidstaten Turkije, Kroatië* en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië*, de landen van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaten Bosnië en Herzegovina, Montenegro en de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, sluiten zich bij deze verklaring aan.
* Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.