Hagenaar (17) conform eis OM veroordeeld voor moord
9 juni 2010 - Arrondissementsparket Den Haag
De minderjarige jeugdkamer van de rechtbank in Den Haag heeft vandaag
een 17-jarige man uit Den Haag veroordeeld voor de moord op een
33-jarige Hagenaar. De jongeman kreeg een gevangenisstraf van twintig
maanden en de PIJ-maatregel, ook bekend als jeugd-tbs. Dit is conform
de eis van het Openbaar Ministerie.
De 17-jarige man stak op 3 september vorig jaar het slachtoffer drie
maal in de rug. Aan de moord ging een woordenwisseling vooraf. De
verdachte was rond half vier 's nachts op weg naar de woning van zijn
zus toen hij op het Hobbemaplein in Den Haag werd aangesproken door het
slachtoffer. De twee mannen praatten enige tijd met elkaar in een
portiek en volgens de verdachte deed de man hem een oneerbaar voorstel.
Dit mondde uit in een ruzie. De verdachte trok een mes, rende achter
het slachtoffer aan en stak hem in totaal drie keer in de rug. Na die
derde steekwond viel de man op de grond en liep de verdachte weg.
Enkele meters verderop belde de verdachte met een valse melding 112.
Hij vertelde dat hij zojuist door een man was neergestoken. Hierbij gaf
hij een verkeerd signalement van de verdachte op. Omdat de verdachte
gewond was aan zijn knie, verzorgde het ambulancepersoneel zijn been.
Terwijl de ambulancemedewerkers hem hielpen, was de politie op zoek
naar een dader met een signalement dat niet klopte. Het slachtoffer
voldeed niet aan het signalement en lag al die tijd op slechts een paar
meter afstand van de ambulance. De politie veronderstelde dat de man
dronken was. Pas later zagen de agenten dat de man onder het bloed zat.
Het ambulancepersoneel dat nog aanwezig was voor de 17-jarige man,
schoot direct te hulp en reanimeerde het slachtoffer. Kort na zijn
aankomst in het ziekenhuis overleed de man.
Zowel het OM als de rechtbank namen het de verdachte kwalijk dat hij
niets heeft gezegd over de verwondingen van de man en dat hij de
politie op het verkeerde spoor heeft gezet. Al die tijd dat de
ambulancemedewerkers zijn been verzorgden, kon de verdachte zijn
slachtoffer op straat zien liggen. Maar hij deed niets om hem te
helpen.
Openbaar Ministerie