PERSBERICHT
Amsterdam, juni 2010
Anticiperen op het onbekende
Bij uitgeverij SUN architecture zijn deze week twee boeken verschenen over stedenbouw. In beide boeken staat de vraag centraal: Hoe kunnen stedenbouwkundigen anticiperen op onbekende ontwikkelingen in de toekomst? 'Stedenbouw als strategie' gaat daarbij uit van de bestaande stad, terwijl in 'New Towns for the 21st Century' de stad nog ontworpen moet worden.
In 'Stedenbouw als strategie' onderzoekt de redactie van Stadscahiers de potenties van het vak stedenbouw in de transformatie van de twintigste-eeuwse stadswijken. Stadscahiers biedt een perspectief op de nieuwe dynamiek in de stedelijke vernieuwing en op de actuele rollen die de stedenbouw aanneemt, en brengt in beeld hoe stedenbouw en stedelijke vernieuwing kunnen anticiperen op de komende periode. Donderdag 10 juni wordt 'Stedenbouw als strategie' gepresenteerd op de gelijknamige studiedag georganiseerd door Trancity i.s.m. KEI en AIR. >> Meer informatie over de studiedag op de
Stedenbouw als strategie.
De transformatie van de bestaande stad
Redactie Stadscahiers
ISBN 9789085067948 | Nederlandstalig | Paperback | 176 pagina's ¤ 19,50
uitgave van SUN Trancity
>>
In 'New Towns for the 21st Century' zoekt het International New Town Institute (INTI) o.l.v. Michelle Provoost naar de relatie tussen de geplande en de ongeplande stad. Is het mogelijk om steden aan de tekentafel te ontwerpen? En kunnen ontwerpers anticiperen op ongeplande activiteiten en bijdragen van burgers en op veranderingen in de politieke, economische en culturele omstandigheden als de stad eenmaal is 'opgeleverd'? Dit boek geeft een overzicht van de mogelijkheden om de diverse relaties tussen het geplande en het ongeplande in bestaande 'new towns' te analyseren en daaruit lessen te trekken voor het vak van de ontwerper.
New Towns for the 21st Century.
The Planned vs. the Unplanned City
INTI/Michelle Provoost (red.)
ISBN 9789085068051 | Engelstalig | Paperback | 288 pagina's ¤ 29,50
uitgave van SUN
>>
'New Towns of the 21st Century' is mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Stimuleringsfonds voor Architectuur.