Rechtbank Utrecht


Vrijspraak in fraudezaak Maarssen

Utrecht, 2 juni 2010 - De rechtbank in Utrecht heeft een ambtenaar die werkzaam was bij de gemeente Maarssen vrijgesproken van valsheid in geschrifte. Ook een tweede verdachte - directeur van een bedrijf waar de ambtenaar zaken mee deed - gaat vrijuit. De rechtbank vindt dat er te weinig bewijs is voor de frauduleuze handelingen waar de twee van verdacht werden.

De rechtbank merkte allereerst op dat zij niet oordeelt of de vriendschappelijke band tussen verdachte en zijn medeverdachte, gelet op hun werkrelatie en het belang om zorgvuldig met gemeenschapsgeld om te gaan, als een ongeoorloofde belangenverstrengeling moet worden beschouwd. De rechtbank moet uitsluitend beoordelen of de verdachte de door de officier van justitie ten laste gelegde gedraging heeft begaan.

De ambtenaar werd verdacht van het aannemen van goederen en giften van de directeur, zoals een tankpasje, een home cinema set en abonnementen. In ruil daarvoor zou hij onder meer facturen hebben vervalst. Het is volgens de rechtbank echter niet bewezen dat de ambtenaar valse facturen heeft opgemaakt of heeft gebruikt. De ambtenaar werd er van verdacht dat hij facturen waarop teveel uren in rekening waren gebracht voor het onderhoud van een noodaggregaat, heeft goedgekeurd. Volgens de rechtbank is er echter geen bewijs in het dossier terug te vinden dat was afgesproken dat facturering van werkzaamheden zou plaatsvinden conform de daadwerkelijk bestede manuren. Voor een periodiek terugkerende onderhoudsopdracht bleek namelijk mondeling tussen de gemeente Maarssen en de directeur overeengekomen dat maandelijks een vast bedrag in rekening zou worden gebracht. De facturen waren conform deze afspraak ingediend. Dat de werkzaamheden mogelijk voor een veel lager bedrag hadden kunnen worden uitgevoerd, maakt de facturen nog niet vals.

De ambtenaar en de directeur werden er ook van verdacht dat zij opzettelijk een onjuiste overwerkvergoeding hebben gehanteerd, zodat hierdoor een te hoge vergoeding in rekening werd gebracht. De rechtbank merkte op dat de overwerkvergoeding zoals die is overeengekomen en is ondertekend, hoger is dan een gebruikelijke overwerkvergoeding. Dit maakt de facturen echter nog niet vals. De rechtbank stelt vast dat genoemde facturen volgens de overeenkomst zijn berekend en ingediend.

Omdat er geen valsheid in geschrifte is geconstateerd, kan volgens de rechtbank ook niet worden bewezen dat de ambtenaar goederen en giften heeft aangenomen, terwijl hij wist dat deze hem werden aangeboden om valse facturen te laten uitbetalen aan het betrokken bedrijf.

De directeur werd - naast bovenstaande feiten - ook verdacht van het vervalsen van gegevens in een rapportage. Ook voor dit feit vond de rechtbank onvoldoende bewijs aanwezig in het dossier.

LJ Nummers

BM6390
BM6375

Zie het origineel
Bron: Rechtbank Utrecht Datum actualiteit: 2 juni 2010 Naar boven