TenneT


TenneT/transpower kondigt twee nieuwe kabels naar Noorwegen aan


01-06-2010 TenneT/transpower geeft het startsein voor de volgende fase in de aanleg van twee nieuwe verbindingen met Noorwegen. Dit werd vandaag bekendgemaakt door Mel Kroon, CEO van TenneT/transpower, bij gelegenheid van het bezoek van koningin Beatrix aan Noorwegen. De nieuwe onderzeese hoogspanningsverbinding wordt aangelegd met het oog op verhoging van de import van duurzame energie uit Noorwegen en versterking van de ambities van de Europese Commissie op het gebied van duurzaamheid.

TenneT/transpower is de eerste grensoverschrijdende TSO van Europa. Het nieuwe bedrijf beheert veertien grensoverschrijdende verbindingen. Daarnaast bereidt TenneT nieuwe verbindingen voor met het Verenigd Koninkrijk (2011), Duitsland (2014) en Denemarken (2016). Dankzij de integratie van de transportnetten van het Duitse transpower en het Nederlandse TenneT zal het bedrijf een leidende rol in Europa kunnen gaan spelen.

De aankondiging geldt als het startsein voor de ontwikkelings- en voorbereidingsfase van de nieuw aan te leggen Noors-Nederlandse (NorNed2) en Noors-Duitse (Nordlink) verbindingen. Beide grensoverschrijdende verbindingen vergroten de import en export van elektriciteit en geven daarmee invulling aan het beleid van de Europese Unie om markten onderling te verbinden en de marktliquiditeit te bevorderen.

De kabel zal de reeds bestaande verbindingen tussen de Scandinavische landen en de rest van Europa versterken en daarmee de integratie van de Europese elektriciteitsmarkt vergroten, de leveringszekerheid versterken en tot meer mogelijkheden voor duurzame ontwikkeling leiden. In Noorwegen wordt 99% van alle elektriciteit opgewekt met waterkracht. Het aandeel duurzame energie van de via de NorNed-verbinding - de eerste verbinding tussen Nederland en Noorwegen die sinds 6 mei 2008 in gebruik is - geïmporteerde elektriciteit bedraagt 80%. Het uiteindelijke besluit voor de aanleg van de twee onderzeese kabels zal worden genomen aan het eind van de ontwikkelings- en voorbereidingsfase, eind 2013.