Arriva




Den Haag, 29 mei 2010. Het openbaar vervoer in Nederland kan beter voor de reiziger, goedkoper voor de belastingbetaler en vriendelijker voor het milieu. Dat stelt de Federatie Mobiliteitsbedrijven Nederland (FMN) in haar vandaag verschenen Alternatief OV plan. Uitvoering van de plannen kan al in de komende kabinetsperiode.

Intermodale OV-netwerken
Nederland kent verschillende OV-netwerken van trein, bus, tram en metro die mensen niet alleen in staat stellen dagelijks op hun werk te komen, maar die ook een grote sociale functie vervullen. Door deze verschillende netwerken beter met elkaar te integreren is het volgens FMN mogelijk beter tegemoet te komen aan de wensen van de reiziger. 80% van de verplaatsingen van reizigers gaan over een afstand van minder dan 30 kilometer. Het is dan ook logisch om de OV-netwerken juist daarop in te richten vindt FMN.

In het alternatieve OV-plan van FMN worden stoptrein, bus, tram en metro geïntegreerd in één regionaal netwerk dat wordt aanbesteed door één regionale opdrachtgever. Deze regionale netwerken worden op hun beurt weer met elkaar verbonden door een landelijk intercity netwerk.

Kwaliteit voor de reiziger
Met deze nieuwe regionale integrale netwerkbenadering is het voor vervoerders en opdrachtgevers mogelijk het vervoer beter op elkaar af te stemmen. Reizigers krijgen hierdoor meer, betere en logische aansluitingen waardoor het openbaar vervoer in heel Nederland een serieuzer en aantrekkelijker alternatief wordt voor de auto. Het alternatieve OV-plan van FMN levert hiermee ook haar bijdrage aan het reduceren van het fileprobleem
en de CO2-uitstoot. Daarnaast zullen opdrachtgevers de vervoerders sturen op `output' zoals klanttevredenheid en punctualiteit. Hierdoor komt de reiziger meer centraal te staan. "En daar doen we het tenslotte allemaal voor", aldus FMN-voorzitter Anne Hettinga.

Kosten en investeringen
Door de integratie en aanbesteding van de verschillende regionale netwerken zijn vervoerders in staat de OV-netwerken logischer in te richten gebaseerd op de vraag van de reiziger. Dit leidt alleen al binnen de regionale netwerken tot een jaarlijkse besparing van minimaal EUR 215 miljoen vanaf 2012. Als vervolgens in 2015 ook nog het intercitynetwerk wordt aanbesteed levert dit een nog een extra jaarlijkse besparing van minimaal EUR 160 miljoen op. Deze besparingen zijn noodzakelijk om te kunnen investeren in beter spitsvervoer, betere doorstroming van het openbaar vervoer (bijvoorbeeld vrije busbanen), sociale veiligheid, betere reisinformatie en P&R-mogelijkheden.

Highlights plan

* Voer intermodale netwerken verder door in aanbestede gebieden. Haal een selectie van relevante stoptreinen uit het hoofdrailnet, decentraliseer en integreer deze in grootstedelijke en regionale intermodale netwerken onder verantwoordelijkheid van één opdrachtgever.

* Stem vraag naar en aanbod van openbaar vervoer beter op elkaar af.
* Gebruik een belangrijk deel van de besparingen voor de noodzakelijke investeringen in spitsvervoer, doorstroming van het openbaar vervoer, sociale veiligheid, intermodale reisinformatiesystemen en P&R. Verbeter hiermee de concurrentiepositie van het openbaar vervoer ten opzichte van de auto.

* Besteed het intercitynetwerk aan. Stem de regionale netwerken en het intercitynetwerk optimaal op elkaar af. Laat vervoerders en nationale en regionale overheden nauw samenwerken.
* Besteed het openbaar vervoer in de drie grote steden aan en richt hier nieuwe netwerken in die volledig geïntegreerd zijn met het rail- en streekvervoer. De betere afstemming van vraag en aanbod verhoogt de efficiency van het netwerk en leidt tot een betere invulling van de behoeftes van de reizigers.

FMN
De Federatie Mobiliteitsbedrijven Nederland is een federatie van de private vervoerders Arriva, Connexxion, Syntus en Veolia. FMN gaat zich de komende tijd inspannen om met alle betrokken partijen dit plan verder uit te werken, om het zo spoedig mogelijk in te kunnen voeren. Het uitgebreide plan kunt u vinden op www.alternatiefovplan.nl. Geschreven op 28 mei 2010