Raad voor het openbaar bestuur presenteert advies aan de Eerste Kamer
27 april 2010
De Raad voor het openbaar bestuur (Rob) heeft op verzoek van de Eerste
Kamer een advies uitgebracht over de inrichting van het openbaar
bestuur in ons land. Voorzitter P.R.H.M. (René) Van der Linden van de
Eerste Kamer kreeg dinsdag 27 april het advies `Het einde van het
blauwdruk-denken' pdf icoon aangeboden door vice-voorzitter G.D.
(Geert) Dales van de Rob. Van der Linden verwelkomde het advies als een
`waardevolle bijdrage aan de diepgang en samenhang van de reeds in gang
gezette herbezinning over de wijze waarop het openbaar bestuur
functioneert.'
Volgens de Kamervoorzitter verschijnt het advies op een strategisch
moment. `In bestuurlijke en politieke kring groeit de bereidheid om de
onderlinge taakverdeling en de schaalgrootte van de verschillende
bestuurslagen in ons land tegen het licht te houden. Het is nu tijd om
spijkers met koppen te slaan en de bestuurlijke inrichting van in lijn
te brengen met de vragen en uitdagingen van deze tijd. De enorme
doorwerking van de Europese wet- en regelgeving op het regionaal en
lokaal beleid is daarbij van grote betekenis', aldus Van der Linden.
De Raad voor het openbaar bestuur concludeert in zijn advies dat de
bestuurlijke slagkracht van onder meer gemeenten en provincies is
afgenomen door de vele organen en samenwerkingsverbanden die zowel
rijkstaken als regionale verantwoordelijkheden voor hun rekening nemen.
Dit heeft in de loop der jaren geleid tot een ondoorzichtige, trage en
ook ondemocratische wijze van bestuur. In plaats van een nieuw model te
ontwerpen voor het bestuurlijke gebouw van gemeenten, provincies en
rijksoverheid, bepleit de Rob de instelling van een `Assemblee van
Thorbecke', waarin alle bestuurlijke organen en belanghebbenden in
samenspraak werken aan een oplossing voor de geconstateerde gebreken.
Door de benoeming van een `programmaminister voor bestuurlijke
herinrichting' in een volgend kabinet kunnen volgens de adviesraad in
de komende kabinetsperiode al concrete resultaten worden geboekt.
De Raad voor het openbaar bestuur concludeert dat in de afgelopen 60
jaar een reeks van adviezen is uitgebracht over een nieuwe inrichting
van het openbaar bestuur in Nederland. Daarin werd veelal een pasklare
oplossing (blauwdruk) gepresenteerd voor de gewenste vernieuwing van
het openbaar bestuur. `Al deze initiatieven bleven vruchteloos, vooral
omdat de opstellers een blinde vlek hadden voor het ontbrekende
maatschappelijk draagvlak en de gebrekkige veranderingsgezindheid van
betrokken bestuurders', zo verklaarde vice-voorzitter Dales van de Rob
bij de presentatie van het adviesrapport `Het einde van het
blauwdruk-denken'.
De Eerste Kamer heeft op 14 mei 2009 een adviesaanvraag ingediend bij
de Raad voor het openbaar bestuur, mede naar aanleiding van een debat
over de bevoegdheden van omgevingsdiensten en handhavingsorganen in de
regio. De Kamer zag spanning ontstaan tussen de bestuurspraktijk die
geleidelijk is ontstaan rond de zeggenschap over politie, brandweer en
hulpverleningsdiensten enerzijds en de gewenste democratische inbedding
van deze organen anderzijds. De positie van gemeenten en provincies zou
door het instellen van nieuwe functionele organen leiden tot spanningen
tussen bestuurlijke taken en de (territoriale) schalen van de
verschillende overheidsorganen.
Kamervoorzitter Van der Linden verwacht dat het advies een belangrijke
rol zal spelen bij toekomstige debatten in de senaat over de
bestuurlijke verhoudingen in Nederland. Hij zal in samenspraak met de
Leden en hun fractievoorzitters bezien hoe het rapport in de Eerste
Kamer wordt geagendeerd en besproken.
Eerste Kamer der Staten Generaal