Toetreding van de Europese Unie tot het EVRM
26 april 2010
Het op 1 december 2009 inwerking getreden Verdrag van Lissabon maakt de
weg vrij voor de toetreding van de Europese Unie tot het Europees
Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele
Vrijheden (EVRM). Dit verdrag waarborgt onder meer het recht op een
eerlijk proces (artikel 6) en het recht op respect voor het privé- en
familieleven (artikel 8). Het EVRM-verdrag werd kort na de oprichting
van de Raad van Europa (in 1949) opgesteld en trad in 1953 in werking.
Bij deze organisatie hebben zich in de afgelopen zestig jaar in totaal
47 landen aangesloten. Daarvan zijn 27 eveneens lid van de Europese
Unie. De overige 20 verdragspartijen van de Raad van Europa bestaan
grotendeels uit landen in Centraal- en Oost-Europa.
In het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en
de Fundamentele Vrijheden zijn eveneens de bevoegdheden vastgelegd van
het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Dit Hof spreekt
recht inzake door individuen of staten ingediende verzoekschriften over
beweerde schendingen van rechten zoals omschreven in het Europees
Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele
Vrijheden. In het Europese Hof voor de Rechten van de Mens nemen
rechters van alle verdragslanden zitting.
Jurisdictie Europese Hof vergroot
Om de toetreding van de Europese Unie tot het EVRM mogelijk te maken
moest ook de verdragstekst van de Raad van Europa worden aangepast.
Daartoe heeft de Raad Protocol nr. 14 opgesteld. Op 18 februari 2010
heeft Rusland als laatste verdragspartner Protocol nr. 14 bij het EVRM
geratificeerd. Dit protocol, dat op 1 juni 2010 in werking treedt,
geeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens bevoegdheid om zich
ook uit te spreken over zaken die door instellingen van de Europese
Unie ter beoordeling worden voorgelegd.
Overigens staat nog niet precies vast hoe de verhouding is tussen het
recht van de Europese Unie en het recht dat wordt ontleend aan oordelen
van het Europese Hof. Dit moet zich gaandeweg uitkristalliseren,
evenals de bevoegdheden van het Hof van Justitie in Luxemburg versus de
bevoegdheden van het Europese Hof in Straatsburg in zaken waarin beide
jurisdictie hebben. In alle bij het EVRM aangesloten landen kunnen
rechters eveneens oordelen over geschillen waarbij nationale wetgeving
wordt getoetst aan de principes van het EVRM. Zij zijn daarbij echter
gebonden aan de interpretatie van de verdragsbepalingen zoals die is
gegeven door het EHRM.
Organen van de Raad van Europa
Behalve het EHRM zijn ook de Parlementaire Assemblee en het Comité van
Ministers belangrijke organen van de Raad van Europa. De Parlementaire
Assemblee bestaat uit parlementariërs die tegelijk zitting hebben in de
nationale parlementen van de 47 verdragsstaten. Ook een aantal leden
van de Eerste Kamer hebben een zetel in deze Parlementaire Assemblee.
De Assemblee heeft onder meer tot taak het Comité van Ministers te
adviseren. Dit is het beslissende orgaan binnen de Raad van Europa, en
bestaat uit de ministers van Buitenlandse Zaken van alle 47 lidstaten.
Eerste Kamer der Staten Generaal