INLIA
Centrale Raad van Beroep: recht op opvang op basis van art. 8 EVRM
(23-04-10)
De Centrale Raad van Beroep (CRvB) heeft voor het eerst een recht op
opvang vastgesteld op basis van artikel 8 van het Europees Verdrag voor
de Rechten van de Mens (EVRM). De Gemeente Rotterdam wordt opgedragen
om in het kader van de WMO opvang te verstrekken aan een kwetsbare
asielzoeker die rechtmatig in Nederland verblijft.
Het betreft hier een asielzoeker met psychische en fysieke problemen
die rechtmatig in Nederland verblijft op grond van een aanvraag voor
een verblijfsvergunning vanwege een medische noodsituatie. De CRvB
geeft aan dat art. 8 EVRM 'kwetsbare personen' beschermt en betrokkene
dus moet worden toegelaten tot de maatschappelijke opvang. De CRvB
vindt overigens dat de overheid wel belang mag toekennen aan de al dan
niet legale status van het verblijf van betrokkene. In dit
geval verbleef de betrokkene echter, op grond van zijn lopende aanvraag
voor een verblijfsvergunning, rechtmatig in Nederland. De CRvB volgt
hierin dus de lijn van het Europees Hof dat kwetsbare groepen met
rechtmatig verblijf opvang moeten krijgen.
Deze uitspraak heeft vermoedelijk nogal wat consequenties. De CRvB is
het hoogste administratief-rechterlijke orgaan in ons land; er is geen
beroepsmogelijkheid tegen deze uitspraak, die dus voor alle gemeenten
in ons land gevolgen kan hebben.
Ook valt te denken aan de positie van kinderen, die immers ook onder de
noemer `kwetsbare personen' kunnen worden gerekend.