HR: R-C mag tapverslagen niet-verdachte advocaat niet toevoegen aan dossier
Als tapverslagen geheimhoudergesprekken blijken te bevatten en de
advocaat geen verdachte is ten tijde van het tappen, mogen deze
verslagen niet door de R-C aan het dossier worden gevoegd, en moeten ze
worden vernietigd (126aa lid 2 Sv). Dit heeft de Hoge Raad afgelopen
dinsdag beslist in een zaak waarin tapverslagen op vordering van de
officier van justitie door de R-C aan het dossier waren toegevoegd. Het
ging om gesprekken van een advocaat met de zus en de zoon van de
verdachte; de (toenmalige) advocaat was zelf geen verdachte. Volgens de
Hoge Raad ging het `onmiskenbaar' om gesprekken met een advocaat.
Het nieuwe van de uitspraak is dat de R-C geen tapverslagen mag
toevoegen. Als dat wel is gebeurd, heeft de feitenrechter geen
bevoegdheid om alsnog een weging te laten plaatsvinden. Nu de
tapverbalen eenmaal aan het dossier waren toegevoegd, had de rechtbank
niet mogen bevelen dat zij alsnog uit het dossier moesten worden
verwijderd. En het hof had die tapverbalen niet bij zijn
bewijsbeslissingen mogen betrekken, omdat die verbalen al meteen
vernietigd hadden behoren te zijn. Het hof had het verschoningsrecht
van de advocaat moeten eerbiedigen.
---
Nederlandse Orde van Advocaten