PERSMEDEDELING
3005e zitting van de Raad
Buitenlandse Zaken
Brussel, 22 maart 2010
Voorzitter Catherine ASHTON
Hoge vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid
van de EU
Voornaamste resultaten van de Raadszitting
De Raad heeft een verklaring over vrije toegang tot informatie in Iran
aangenomen, waarin hij de Iraanse autoriteiten ertoe oproept het
blokkeren van satellietuitzendingen, het censureren van het internet,
en het storen van de mobiele telecommunicatie te beëindigen. De Raad
verklaarde zich vastbesloten hierop te blijven aandringen, met het
doel een einde te maken aan deze onaanvaardbare situatie.
De Raad heeft de bevolking van Haïti zijn blijvende steun betuigd en
conclusies aangenomen waarbij de hoge vertegenwoordiger wordt
gemachtigd de Unie te vertegenwoordigen tijdens de internationale
donorconferentie "Naar een nieuwe toekomst voor Haïti", op
31 maart 2010 in New York. De hoge vertegenwoordiger zal op de
conferentie het gemeenschappelijk standpunt van de EU presenteren,
daarbij een overzicht geven van de collectieve reactie van de EU op de
aardbeving en de steun van de EU betuigen voor het langetermijnplan
voor wederopbouw en ontwikkeling van de Haïtiaanse regering.
De Raad heeft een bespreking gewijd aan de situatie in Afghanistan en
aan de inspanningen van de EU op het terrein; ook heeft de Raad de
heer Vygaudas Usackas aangesteld tot enige vertegenwoordiger van de EU
in Afghanistan, die zowel het ambt van speciale vertegenwoordiger van
de EU als dat van hoofd van de delegatie van de Unie in Kabul op zich
neemt.
INHOUD1
DEELNEMERS
BESPROKEN PUNTEN
VRIJE TOEGANG TOT INFORMATIE IN IRAN
STANDPUNT VAN DE EU VOOR DE INTERNATIONALE CONFERENTIE VAN NEW YORK
OVER HAÏTI
CHILI
AFGHANISTAN
VREDESPROCES IN HET MIDDEN-OOSTEN
DIVERSEN
IN DE MARGE VAN DE RAAD
ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN
BUITENLANDSE ZAKEN
* Nieuwe speciale vertegenwoordiger van de EU voor Afghanistan
* EU - Israël - Conformiteitsbeoordeling van industrieproducten
GEMEENSCHAPPELIJK VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID
* EU-missie Atalanta ter bestrijding van piraterij voor de
Somalische kust - Overdrachtovereenkomsten
* Missie Atalanta ter bestrijding van piraterij voor de Somalische
kust - Deelneming van Montenegro
* Somalië - militaire opleidingsmissie van de EU in Uganda
JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN
* Vrij verkeer van onderdanen van derde landen met een visum voor
verblijf van langere duur in het Schengengebied
DEELNEMERS
De zitting werd voorgezeten door Catherine Ashton, hoge
vertegenwoordiger voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid van de
EU.
De regeringen van de lidstaten en de Europese Commissie waren als
volgt vertegenwoordigd:
België:
de heer Olivier CHASTEL staatssecretaris voor Buitenlandse Zaken,
belast met de voorbereiding van het Europese voorzitterschap,
toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
Bulgarije:
de heer Konstantin DIMITROV viceminister van Buitenlandse Zaken
Tsjechië:
de heer Jan KOHOUT viceminister-president en minister van Buitenlandse
Zaken
Denemarken:
de heer Claus GRUBE staatssecretaris
Duitsland:
de heer Guido WESTERWELLE minister van Buitenlandse Zaken
de heer Werner HOYER staatssecretaris
Estland:
de heer Raul MÄLK permanent vertegenwoordiger
Ierland:
de heer Micheál MARTIN minister van Buitenlandse Zaken
Griekenland:
de heer Dimitris DROUTSAS viceminister van Buitenlandse Zaken
Spanje:
de heer Miguel Ángel MORATINOS CUYAUBÉ minister van Buitenlandse Zaken
en Samenwerking
Frankrijk:
de heer Bernard KOUCHNER minister van Buitenlandse en Europese Zaken
Italië:
de heer Franco FRATTINI minister van Buitenlandse Zaken
Cyprus:
de heer Markos KYPRIANOU minister van Buitenlandse Zaken
Letland:
de heer Normunds POPENS permanent vertegenwoordiger
Litouwen:
de heer Audronius AZUBALIS minister van Buitenlandse Zaken
Luxemburg:
de heer Jean ASSELBORN viceminister-president, minister van
Buitenlandse Zaken en Immigratie
Hongarije:
de heer Péter BALÁZS minister van Buitenlandse Zaken
Malta:
de heer Tonio BORG viceminister-president en minister van Buitenlandse
Zaken
Nederland:
de heer Maxime VERHAGEN minister van Buitenlandse Zaken
Oostenrijk:
de heer Michael SPINDELEGGER minister van Europese en Internationale
Zaken
Polen:
de heer Radoslaw SIKORSKI minister van Buitenlandse Zaken
Portugal:
de heer Pedro LOURTIE staatssecretaris voor Europese Zaken
Roemenië:
de heer Teodor BACONSCHI minister van Buitenlandse Zaken
Slovenië:
de heer Samuel ZBOGAR minister van Buitenlandse Zaken
Slowakije:
de heer Miroslav LAJCÁK minister van Buitenlandse Zaken
Finland:
de heer Alexander STUBB minister van Buitenlandse Zaken
Zweden:
de heer Carl BILDT minister van Buitenlandse Zaken
Verenigd Koninkrijk:
de heer David MILIBAND minister van Buitenlandse Zaken en
Gemenebestzaken
Commissie:
mevrouw Kristalina GEORGIEVA lid
de heer Andris PIEBALGS lid
de heer Stefan FÜLE lid
BESPROKEN PUNTEN
VRIJE TOEGANG TOT INFORMATIE IN IRAN
De Raad heeft een verklaring over vrije toegang tot informatie in Iran
aangenomen, waarin hij de Iraanse autoriteiten ertoe oproept een einde
te maken aan het storen van satellietuitzendingen, het censureren van
het internet, en het verstoren van de mobiele telecommunicatie.
"1. De Raad verwijst naar zijn conclusies van december 2009 over
mensenrechten en democratisering in derde landen, en herhaalt dat hij
zich zal inzetten voor de versterking van het optreden van de EU op
het snijvlak van de vrijheid van meningsuiting en nieuwe
technologieën. De EU wijst erop dat de vrijheid van meningsuiting alom
ter wereld een universeel recht is dat het recht van personen omvat
informatie te vragen, te ontvangen en door te geven zonder
inachtneming van landsgrenzen. Gebleken is dat begrenzing en
beknotting van het gebruik van nieuwe technologieën in vele delen van
de wereld de mensenrechten sterk in het gedrang kunnen brengen door
een rem te zetten op de mogelijkheden van deze technologieën om de
vrijheid van meningsuiting te bevorderen.
2. De Europese Unie geeft daarom uitdrukking aan haar ernstige
bezorgdheid over door de Iraanse autoriteiten genomen maatregelen om
de vrije communicatie en ontvangst van informatie via televisie,
radiosatellietuitzendingen en het internet door haar burgers te
beletten. Vele radio- en televisiediensten, met inbegrip van door
EUTELSAT doorgegeven Europese diensten, zijn geconfronteerd met
opzettelijke verstoringen van satellietuitzendingen. Bovendien
verhinderen de Iraanse autoriteiten regelmatig de vrije toegang tot en
de communicatie en ontvangst van informatie via het internet voor hun
burgers, en beperken of blokkeren zij de mobiele telecommunicatie.
3. Het storen van TV- en radiosatellietuitzendingen is in strijd met
de verbintenissen die de Islamitische Republiek Iran eigener beweging
is aangegaan in de context van de Internationale Telecommunicatie-unie
(ITU). In weerwil van via de ITU bij de Iraanse autoriteiten
ingediende klachten, hebben deze geen einde gemaakt aan de storingen,
die vanaf Iraans grondgebied plaatsvinden.
4. De EU roept de Iraanse autoriteiten daarom op een einde te maken
aan de storingen van satellietuitzendingen en aan de censurering van
het internet, en onverwijld een einde te maken aan deze elektronische
inmenging. De EU is vastbesloten de ontwikkelingen met betrekking tot
deze punten nauwlettend te volgen, met het oogmerk een einde te maken
aan deze onaanvaardbare situatie.
5. De EU roept Iran op het recht op vrije meningsuiting te verzekeren
zoals dat is neergelegd in het Internationaal Verdrag inzake
burgerrechten en politieke rechten dat door de Republiek Iran is
ondertekend en bekrachtigd."
STANDPUNT VAN DE EU VOOR DE INTERNATIONALE CONFERENTIE VAN NEW YORK
OVER HAÏTI
De Raad aanhoorde een briefing door de hoge vertegenwoordiger en het
Commissielid voor internationale samenwerking, humanitaire hulp en
crisisbestrijding, Kristalina Georgieva, over het bezoek dat zij op 2
en 3 maart aan Haïti brachten. De Raad heeft de hoge vertegenwoordiger
gemachtigd de Unie te vertegenwoordigen tijdens de internationale
donorconferentie "Naar een nieuwe toekomst voor Haïti", op
31 maart 2010 in New York, en in het aldaar te presenteren
gemeenschappelijk standpunt van de EU een overzicht te geven van de
collectieve inspanning van de Unie en haar steun te betuigen voor het
langetermijnplan voor wederopbouw en ontwikkeling van Haïti.
Hij heeft de volgende conclusies aangenomen:
"1. De Raad betuigt naar aanleiding van de aardbeving zijn steun aan
de bevolking van Haïti en benadrukt dat het een eigen inbreng heeft en
een centrale verantwoordelijkheid om te bepalen wat zijn huidige en
toekomstige prioriteiten zijn. Voortbouwend op haar snelle en tastbare
eerste reactie wenst de Europese Unie hulp te blijven bieden op het
vlak van de humanitaire behoeften, onder meer door noodmaatregelen te
treffen voor de komende regen- en orkaanseizoenen. Voor de verdere
toekomst staat de Europese Unie klaar om steun te verlenen voor een
langetermijnplan voor de komende tien jaar, onder leiding van de
regering van Haïti, in een partnerschap met de internationale
gemeenschap, ter ondersteuning van wederopbouw en duurzame
ontwikkeling in Haïti.
2. De Raad steunt het leiderschap van de Haïtiaanse regering wat
betreft de herstel- en wederopbouwinspanningen en prijst haar
voornemen om haar "Plan d'action pour le relèvement et le
développement national: les grands chantiers pour l'avenir"
("actieplan voor nationale wederopbouw en ontwikkeling: de grote
opgaven voor de toekomst") te presenteren tijdens de internationale
donorconferentie "Naar een nieuwe toekomst voor Haïti", op
31 maart 2010 in New York.
3. De hoge vertegenwoordiger zal de Europese Unie in New York
vertegenwoordigen en een gemeenschappelijk EU-standpunt verwoorden dat
onderstaande elementen bevat:
a) een overzicht van de collectieve inspanning die de EU sedert de
aardbeving levert om humanitaire en civiele bescherming en andere
noodhulp te bieden, evenals militaire middelen en politiële steun;
b) de blijken van solidariteit van Europese burgers en het Europese
maatschappelijk middenveld;
c) een gezamenlijk totaalbedrag dat de totale toezegging van de EU
voor de wederopbouw van Haïti vertegenwoordigt;
d) steun voor een langetermijnplan dat de basis legt voor blijvende
economische groei en ontwikkeling voor iedereen in Haïti in de context
van een gezamenlijke EU-aanpak die hulp koppelt aan rehabilitatie en
ontwikkeling, geschraagd door een toezegging voor een gezamenlijke
programmering die de doeltreffendheid van de hulp moet vergroten en
een doeltreffende taakverdeling moet stimuleren;
e) een EU-huis in Haïti waar de ontwikkelingsvermogens van de EU
gezamenlijk kunnen worden ondergebracht, zodat de EU-coördinatie ter
plekke beter wordt, gezamenlijke programmering wordt ondersteund en de
niet in Haïti aanwezige EU-donoren kunnen worden geholpen.
4. De Raad benadrukt het leiderschap van de regering van Haïti bij de
coördinatie van de donoren, de sectorcoördinatie en het beheer van de
algemene wederopbouwagenda, en het belang van democratisch bestuur.
Ook benadrukt de Raad dat er een toereikende coördinatie moet worden
opgezet met de VN, de Wereldbank, de Inter-Amerikaanse
Ontwikkelingsbank, belangrijke bilaterale donors en andere
belanghebbenden zoals regionale actoren, in het bijzonder via een
overkoepelend, door het land geleid bestuursmechanisme dat ook een
forum biedt voor een beleidsdialoog, donorcoördinatie en overleg met
het Haïtiaanse maatschappelijk middenveld.
5. De EU vindt het positief dat er wordt gedacht aan
uitvoeringsregelingen zoals een multidonortrustfonds dat steun moet
waarborgen voor ontwikkelingsprioriteiten voor de lange termijn en
voor meer samenhang moet zorgen. In samenhang met de gezamenlijke
programmering zal de EU haar deelname aan diverse uitvoeringsorganen
bepalen, uitgaande van een beoordeling van de doeltreffendheid ervan.
6. In het licht van de toezegging voor gezamenlijke programmering,
vermeld in punt 3d, juicht de Raad de opstelling toe van een
EU-landenstrategiedocument en een gezamenlijk document voor de
planning van de hulp voor de EU1 waarmee de communautaire
ontwikkelingsfondsen en die van de lidstaten, die een bijdrage zijn
aan de inspanning om Haïti er weer bovenop te helpen, op doeltreffende
wijze kunnen worden gecoördineerd. Deze documenten zullen na de
Conferentie van New York worden opgesteld op basis van het door de
regering van Haïti opgestelde "Plan d'action pour le relèvement et le
développement national: les grands chantiers pour l'avenir",
geschraagd door de volledige taxatie van de behoeften na de ramp, en
in overleg met de regering van Haïti en belanghebbenden.
* * *
De Raad waardeert het voornemen van de hoge vertegenwoordiger en de
Commissie om het vermogen van de Unie om op noodsituaties te reageren
opnieuw te bezien en aan de Raad verslag uit te brengen, met
inachtneming van lopende evaluaties en de lering die is getrokken uit
alle actie die de EU naar aanleiding van de aardbeving in Haïti heeft
ondernomen."
CHILI
De Raad aanhoorde een briefing door het Commissielid voor
internationale samenwerking, humanitaire hulp en crisisbestrijding,
Kristalina Georgieva, over de EU-respons op de aardbeving en de
tsunami in Chili en over haar bezoek aan het land. De Raad hield een
korte gedachtewisseling, waarbij hij beklemtoonde dat de EU een vlotte
en brede respons op touw had gezet en dat hij zich reeds beraadde op
ondersteuning van de wederopbouw voor de langere termijn. Hij verzocht
de Europese Investeringsbank hetzelfde te doen.
AFGHANISTAN
De Raad besprak de ontwikkelingen in Afghanistan en de inspanningen
die de EU ter plaatse verricht op basis van het Actieplan voor een
grotere inzet van de EU in Afghanistan en Pakistan, dat in oktober
2009 werd aangenomen, in aanwezigheid van de heer Vygaudas Usackas, de
enige vertegenwoordiger van de EU in Afghanistan.
Hij heeft de volgende conclusies aangenomen:
"1.) De Raad besprak de ontwikkelingen in Afghanistan en de
inspanningen die de EU ter plaatse verricht op basis van het Actieplan
voor een grotere inzet van de EU in Afghanistan en Pakistan, dat in
oktober 2009 werd aangenomen. Het debat werd bijgewoond door de heer
Vygaudas USACKAS, die deze dag is aangewezen als enige
vertegenwoordiger van de EU in Afghanistan, met ingang van 1 april
2010. Zijn benoeming tot speciale vertegenwoordiger van de EU én hoofd
van de EU-delegatie in Kabul is een nieuwe stap op weg naar een betere
coördinatie van het EU-optreden aldaar, in nauwe samenwerking met de
overige internationale actoren. De heer Usackas zal, in nauwe
samenwerking met de vertegenwoordigers van de lidstaten in Kabul,
leiding geven aan de EU-activiteiten en de uitvoering van het
actieplan. De Raad sprak zijn grote waardering uit voor het
uitstekende werk dat de vertrekkende SVEU, de heer Ettore Sequi, en de
heer Hansjörg Kretschmer, die ontslag neemt als hoofd van de
EU-delegatie, de afgelopen jaren verricht hebben.
2.) De Raad wees er andermaal op dat de binnenlandse veiligheid een
directe voorwaarde is voor de stabiliteit van Afghanistan. Hij zegde
toe de internationale civiele inspanningen in Afghanistan te blijven
ondersteunen, benadrukte de centrale coördinerende rol die Unama
speelt en bevestigde zijn steun voor het VN-mandaat en de
doelstellingen van het ISAF. De sleutel tot het welslagen van de
civiele inspanningen ligt in een betere coördinatie en een coherentere
aanpak tussen alle belangrijke civiele actoren, met name de SVEU, de
SV van de secretaris-generaal van de VN en de hoge civiele
vertegenwoordiger van de NAVO, onder leiding van de Afghaanse
regering. De Raad onderstreepte het belang van de eigen
verantwoordelijkheid en het leiderschap van Afghanistan.
3.) De Raad betuigde met klem zijn instemming met het resultaat van de
conferentie van Londen van 28 januari 2010 en herhaalde dat alle
inspanningen nu gericht moeten worden op het nakomen van de aldaar
gemaakte afspraken, onder meer wat betreft het aangekondigde Fonds
voor Vrede en Re-integratie voor de financiering van het door
Afghanistan geleide programma voor vrede en re-integratie. De Raad
beklemtoonde dat een evenwichtig, door de Afghanen zelf geleid proces
van verzoening en re-integratie de sleutel vormen voor een duurzame
politieke oplossing in Afghanistan. Hij was derhalve verheugd over de
Jirga voor de vrede die komend voorjaar moet plaatsvinden. De Raad was
ook blij met de contacten die regionale leiders recentelijk gehad
hebben om het onderlinge vertrouwen te vergroten. Hij sprak de hoop
uit dat ook de tweede ad-hoctop tussen de EU en Pakistan, op 21 april
2010, succesvol zal zijn.
4.) De Raad sprak over de conferentie van Kabul die werk moet maken
van de afspraken die in Londen zijn gemaakt. De conferentie van Kabul
biedt de Afghaanse regering de gelegenheid stappen vooruit te zetten,
met name inzake corruptiebestrijding, verbetering van de veiligheid,
doeltreffend, onpartijdig bestuur, economische en sociale
ontwikkeling, mensenrechten en een beter kiesstelsel. De EU verwacht
dat de Afghaanse regering kordaat en krachtdadig te werk zal gaan om
haar beloften aan het Afghaanse volk in te lossen. Via het actieplan
blijft de EU, in samenwerking met Unama en andere internationale
actoren, het land langetermijnhulp bieden bij de programma's voor het
opbouwen van instellingen en civiele vermogens, ook op subnationaal
niveau. De Raad zal naar verwachting komende maand het eerste verslag
bespreken over de uitvoering van het actieplan.
5.) De Raad benadrukte het belang van geloofwaardige, inclusieve en
veilige parlementsverkiezingen in Afghanistan waarin de wil van het
volk tot uitdrukking komt. Onder verwijzing naar de aanbevelingen van
de waarnemingsmissie van de EU bij de presidentsverkiezingen van 2009
en de afspraken die op de conferentie van Londen zijn gemaakt om de
integriteit van de verkiezingen te waarborgen, drong de Raad er bij de
regering van Afghanistan op aan de hervorming van het kiesstelsel
onverwijld door te zetten teneinde, in nauwe samenwerking met de SVSG
van de VN, de onpartijdigheid, onafhankelijkheid en integriteit van de
verkiezingsorganen, met name van de onafhankelijke verkiezings
commissie en de klachtencommissie, te waarborgen. De Raad beklemtoonde
dat de steun die het verkiezingsproces krijgt van de internationale
gemeenschap alleen door structurele hervormingen volledig tot zijn
recht komt. De Raad zal de voorbereiding op de komende
parlementsverkiezingen op de voet blijven volgen."
VREDESPROCES IN HET MIDDEN-OOSTEN
* De Raad heeft tijdens de lunch een bespreking gewijd aan het
vredesproces in het Midden-Oosten, in aanwezigheid van de gezant
van het Kwartet, Tony Blair. De hoge vertegenwoordiger bracht
verslag uit over haar bezoek aan het Midden-Oosten en over de
bijeenkomst van het Kwartet in Moskou, en de gezant van het
Kwartet gaf een briefing over de situatie en de inspanningen op
het terrein.
EUROPESE DIENST VOOR EXTERN OPTREDEN
Tijdens een gezamenlijke zitting (Algemene Zaken/Buitenlandse Zaken)
heeft de Raad van gedachten gewisseld over de lopende werkzaamheden in
verband met de toekomstige Europese dienst voor extern optreden (zie
persmededeling 7802/10).
DIVERSEN
* De Raad hield een gedachtewisseling over Oekraïne en de
hoofdlijnen van de EU-inzet, onder meer het pakket aan
maatregelen, zoals een draaiboek voor visumvrijstelling, dat de EU
Oekraïne zou kunnen aanbieden, mocht dit land interne hervormingen
doorvoeren.
* De Raad wijdde een korte bespreking aan de Republiek Moldavië, met
als onderwerpen macro-financiële bijstand, het opstarten van een
visumdialoog en onderhandelingen over een brede vrijhandelszone.
* De Raad hield een korte gedachtewisseling over het bilaterale
geschil tussen Libië en Zwitserland en de bemiddelingspogingen die
onder leiding van Duitsland en Spanje worden ondernomen.
* De Raad aanhoorde een briefing van de minister van Buitenlandse
Zaken van Slovenië over de conferentie inzake de Westelijke Balkan
die op 20 maart in Brdo heeft plaatsgevonden.
IN DE MARGE VAN DE RAAD
* Ministeriële politieke dialoog IGAD (Intergouvernementele
Ontwikkelingsautoriteit) - Hoorn van Afrika (7956/10).
ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN
BUITENLANDSE ZAKEN
Nieuwe speciale vertegenwoordiger van de EU voor Afghanistan
De Raad heeft de heer Vygaudas Usackas (Litouwen) benoemd tot speciale
vertegenwoordiger van de Europese Unie (SVEU) voor Afghanistan voor de
periode van 1 april tot en met 31 augustus 2010, of tot de datum van
inwerkingtreding van het besluit betreffende de oprichting van de
Europese dienst voor extern optreden, mocht die datum eerder vallen
(7017/10).
De heer Usackas vervangt de heer Ettore Francesco Sequi, wiens mandaat
op 31 maart afloopt.
Het mandaat van de SVEU voor Afghanistan behelst dat hij de
beleidsdoelstellingen van de EU in Afghanistan bevordert en leiding
geeft aan de EU-delegatie aldaar.
De beleidsdoelstellingen van de EU omvatten het volgende:
* bijdragen tot de uitvoering van de Gezamenlijke Verklaring van de
EU en Afghanistan en leiding geven aan de uitvoering van het
onderdeel 'Afghanistan' van het EU-actieplan voor Afghanistan en
Pakistan, in samenwerking met de vertegenwoordigers van de
EU-lidstaten in Afghanistan;
* steun verlenen aan de rol die de VN spelen in Afghanistan, met
bijzondere nadruk op het bijdragen tot een beter gecoördineerde
internationale bijstand.
EU - Israël - Conformiteitsbeoordeling van industrieproducten
De Raad heeft een besluit aangenomen tot ondertekening van een
protocol bij de associatieovereenkomst tussen de EU en Israël,
betreffende conformiteitsbeoordeling en aanvaarding van
industrieproducten.
De Raad heeft voorts besloten een ontwerp-besluit betreffende de
sluiting van het protocol ter goedkeuring aan het Europees Parlement
toe te zenden.
GEMEENSCHAPPELIJK VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID
EU-missie Atalanta ter bestrijding van piraterij voor de Somalische
kust - Overdrachtovereenkomsten
De Raad heeft de hoge vertegenwoordiger gemachtigd onderhandelingen
aan te knopen met Mauritius, Mozambique, Zuid-Afrika, Tanzania en
Uganda met het oog op het sluiten van overdrachtovereenkomsten in het
kader van de militaire EU-operatie "EU NAVFOR Atalanta" tot
bestrijding van piraterij en gewapende overvallen voor de Somalische
kust.
Conform Gemeenschappelijk Optreden 2008/851/GBVB van de Raad^1 kunnen
in de territoriale wateren van Somalië gevangengenomen personen die
daden van piraterij of gewapende overvallen hebben begaan of hiervan
verdacht worden, alsmede de goederen die tot uitvoering van deze daden
gediend hebben, worden overgedragen aan een derde staat, mits de met
deze derde staat overeengekomen voorwaarden voor de overdracht zijn
vastgesteld overeenkomstig het toepasselijk internationaal recht, met
name het internationaal recht inzake de mensenrechten.
Missie Atalanta ter bestrijding van piraterij voor de Somalische kust
- Deelneming van Montenegro
Tijdens de zitting Algemene Zaken heeft de Raad een besluit aangenomen
betreffende de ondertekening en sluiting van een overeenkomst met
Montenegro inzake de deelneming van dat land aan de Operatie Atalanta
ter bestrijding van piraterij voor de Somalische kust (doc. 6976/10).
Somalië - militaire opleidingsmissie van de EU in Uganda
De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een brief, gericht aan de
bij resolutie 751 (1992) van de VN-Veiligheidsraad betreffende Somalië
ingestelde commissie, houdende kennisgeving aan die commissie van het
besluit van de EU om in Uganda een militaire opleidingsmissie uit te
voeren die de federale overgangsregering in Somalië moet versterken.
De EU heeft besloten om, op uitnodiging van Uganda, in Uganda een
militaire opleidingsmissie uit te voeren teneinde bij te dragen tot
een breed en duurzaam perspectief voor de ontwikkeling van de
Somalische veiligheidssector.
De VN-Veiligheidsraad heeft in Resolutie 1872 (2009) de internationale
gemeenschap opgeroepen technische bijstand aan de Somalische
veiligheidstroepen te verlenen.
JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN
Vrij verkeer van onderdanen van derde landen met een visum voor
verblijf van langere duur in het Schengengebied
De Raad heeft een verordening aangenomen tot wijziging van de
Schengenuitvoeringsovereenkomst en Verordening (EG) nr. 562/2006 wat
het verkeer van personen met een visum voor verblijf van langere duur
betreft (7392/10).
Visa voor verblijf van langere duur, de zogenoemde "D"-visa, worden
aan onderdanen van derde landen afgegeven voor verblijfsperioden van
langer dan drie maanden.
Krachtens de nieuwe voorschriften worden onderdanen van derde landen
met een visum voor verblijf van langere duur op voet van
gelijkwaardigheid gesteld met onderdanen van derde landen die houder
zijn van geldige verblijfstitels. Zij zullen gedurende maximaal drie
maanden per halfjaar vrij kunnen reizen op het grondgebied van de
andere Schengenstaten.
De verordening bepaalt tevens dat visa voor verblijf van langere duur
niet langer dan één jaar geldig zijn. Indien een lidstaat een
vreemdeling een verblijf van langer dan één jaar toestaat, wordt het
visum voor een verblijf van langere duur vóór het verstrijken van de
geldigheidsduur ervan vervangen door een verblijfstitel.
Voor nadere informatie wordt verwezen naar persmededeling 7803/10.
1 :
Conclusies van de Raad van 11 april 2006 (doc. 8388/06).
1 :
PB L 301 van 12.11.2008, blz. 33, rectificatie in PB L 253 van
25.9.2009, blz. 18. Gewijzigd bij Besluit 2009/907/GBVB van de Raad
van 8 december 2009 (PB L 322 van 9.12.2009, blz. 27).
European Union