Buiten Malta. Rentmeesters en aandeelhouders in een veranderd archeologisch
bestel
Datum: 06 april 2010
Oratie: dhr. prof.dr. H. Groenendijk, 16.15 uur, Academiegebouw,
Broerstraat 5, Groningen
Titel: Buiten Malta. Rentmeesters en aandeelhouders in een veranderd
archeologisch bestel
Leeropdracht: Archeologie en maatschappij
Faculteit: Letteren
De invoering van een nieuw archeologiebestel in 2007, 'Malta' in de
wandelgangen, heeft het vak archeologie veel bekendheid bezorgd, maar
tegelijk oude werkrelaties in de archeologie op z'n kop gezet. De
deelname van amateurarcheologen is op een zijspoor geraakt. Opgraven
is sterk gereguleerd en wie ergens een gat in de bodem wil graven,
moet kunnen aantonen dat hij geen waardevolle archeologische gegevens
verstoort. Verwijderen van archeologische informatie uit de bodem -
opgraven - komt voor rekening van degene die het plan ontwikkelt. Een
tegenstelling in de relatie tussen de professionals die de agenda
bepalen (de 'rentmeesters') en de publieksgroepen die gewild of
ongewild met archeologie te maken krijgen (de 'aandeelhouders') tekent
zich af. Enerzijds brengt de toename van het aantal opgravingen een
grote stroom publieksproducten op gang, waarvoor brede belangstelling
bestaat. Anderzijds is de regelgeving sterk toegenomen, wat burgers in
hun belangen kan treffen maar waarop zij geen invloed kunnen
uitoefenen. Archeologie wordt soms als een lust, dan weer als een last
gezien. Over 'Malta' loopt nog geen breed maatschappelijk debat.
Henny Groenendijk stelt in zijn oratie voor een open discussie aan te
gaan tussen rentmeesters en aandeelhouders. Daarvoor moet men eerst
elkaars bezorgdheid kennen en delen. De rentmeester ziet het erfgoed
in de bodem afkalven, de aandeelhouder is bang voor de belemmeringen
vanuit het archeologisch bestel. Vervolgens moeten aandeelhouders
toegang krijgen tot de archeologische kennis, zodat zij zien waarom en
hoe de besluitvorming tot stand komt. Het delen van kennis maakt
mondiger en zal zeker tot lastige vragen leiden. De contramal is
echter het ontwikkelen van verantwoordelijkheidszin. De dialoog zou
uiteindelijk moeten leiden tot een vorm van medezeggenschap over de
archeologische agenda.
Laatst gewijzigd: 26 maart 2010 12:04
Rijksuniversiteit Groningen