Minister De Jager over het eerste bestuurdersonderzoek DSB
Nieuwsbericht | 01-03-2010 | Financieel toezicht
Minister De Jager heeft op maandag 1 maart een statement afgegeven
over het eerste bestuurdersonderzoek DSB. Het eerste
bestuurdersonderzoek betreft de heer Zalm.
Minister De Jager over het eerste bestuurdersonderzoek DSB:
Afgelopen vrijdag heb ik het rapport van professor Scheltema
ontvangen. Daarin geeft hij zijn oordeel over het eerste
bestuurdersonderzoek dat is gedaan door toezichthouders De
Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM).
Naar aanleiding van het faillissement van DSB Bank is eind oktober
vorig jaar besloten een onafhankelijk onderzoek te verrichten naar de
gebeurtenissen rondom de val van deze bank. Een commissie onder
leiding van professor Scheltema heeft deze taak op zich genomen.
Daarnaast komen DNB en AFM tot een hernieuwd oordeel over de
betrouwbaarheid en deskundigheid van oud-bestuurders en commissarissen
van DSB Bank die op dit moment nog een beleidsbepalende functie hebben
in de financiële sector. Op uitdrukkelijk verzoek van de Tweede Kamer
is er voor gekozen om een onafhankelijke derde een toets te laten
doen. Deze toets moet laten zien of de toezichthouders hun
werkzaamheden zorgvuldig hebben uitgevoerd. En ook of zij in
redelijkheid tot hun oordelen over de getoetste personen hebben kunnen
komen. Professor Scheltema is bereid gevonden deze toets te doen. Het
eerste bestuurdersonderzoek betreft de heer Zalm. DNB is hier de
vergunningverlenende en daarmee leidende toezichthouder.
De uitkomst van de herbeoordeling van de heer Zalm door de DNB, is
positief. Daarbij is in acht genomen dat de AFM tot een ander oordeel
is gekomen.
Gelet op dit positieve eindresultaat is de toezichthouder niet
overgegaan tot het treffen van maatregelen. De conclusie van professor
Scheltema is dat de toezichthouder zorgvuldig te werk is gegaan en dat
zij in redelijkheid tot haar eindoordeel heeft kunnen komen. Op basis
hiervan heb ik geen aanleiding om tot een ander oordeel te komen.
Ik vind het belangrijk om bij het verstrekken van informatie over dit
rapport zo transparant mogelijk te zijn waarbij ik me realiseer dat
het nastreven van dit publieke belang op gespannen voet kan komen te
staan met de bescherming van belangen van de getoetste personen.
Uiteindelijk heb ik er voor gekozen om het volledige rapport van
professor Scheltema openbaar te maken. Uit het rapport blijkt dat de
AFM tot een afwijkend oordeel komt dan de leidende toezichthouder DNB.
Dit is ongelukkig en vraagt om een nadere uitleg. Eind deze week zal
ik zowel de voorzitter van de raad van bestuur van de AFM als de
president van de Nederlandsche Bank in een gesprek aanspreken op de
verschillende oordelen.
Meer informatie
* Eerste bestuurdersonderzoek DSB
Kamerbrief | 01-03-2010 | Financieel toezicht
Zie het origineel
Ministerie van Financiën