Praktijkonderzoek Plant & Omgeving


boomkwekerijsector
Nederland heeft sterke boomkwekerijsector

26 feb 2010

De Nederlandse boomkwekerij heeft een sterke internationale positie. Dit blijkt uit de Concurrentiemonitor Boomkwekerij die het LEI heeft uitgebracht. Hierin is de sector vergeleken met die in de meest concurrerende landen: Italië, België, Duitsland en Spanje. Nederland is een relatief grote producent en speelt een belangrijke rol in de internationale handel.

Het areaal boomkwekerij is de afgelopen jaren gegroeid en de sector heeft met nieuwe concepten en producten de afzet doen toenemen. Winterharde mediterrane bomen en struiken bijvoorbeeld die hier gekweekt worden, hebben een plaats gekregen op de Nederlandse markt. In ons land vormen tuincentra het belangrijkste afzetkanaal (72%), gevolgd door de kwekerij (12%). Bloemenwinkels hebben een marktaandeel van 3%, evenals bouwmarkten. Dit in contrast met Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, waar bouwmarkten met respectievelijk 18% en 14% een veel belangrijker afzetkanaal zijn.

De verwachting is dat Nederland zijn sterke positie in de boomkwekerij kan behouden, mits de bedrijven voldoende in staat zijn om uit te breiden en zich te ontwikkelen. Op dit moment heeft de sector een hoge arbeidsproductiviteit maar er moet wel voldoende kwalitatief goede arbeid beschikbaar blijven. Ook laaggeschoolde arbeid zal in de toekomst moeilijker te krijgen zijn, zeker als andere sectoren een (groter) beroep gaan doen op Centraal- en Oost-Europese arbeidsmigranten. Congestie op het wegennet is een andere bedreiging.

De Kaderrichtlijn Water zal in bepaalde gevallen grote gevolgen hebben voor boomkwekerijen in Nederland. Ook nieuwe regelgeving ten aanzien van gewasbescherming en onkruidbestrijding heeft gevolgen voor de bedrijven. Het is daarbij vooral de vraag of tijdig voldoende alternatieve methoden of middelen beschikbaar komen voor chemische middelen. Voor de export naar met name landen buiten de EU kan dit ook een probleem zijn. Importerende landen stellen hogere fytosanitaire eisen aan de producten, terwijl producenten minder middelen tot hun beschikking hebben om plagen en ziekten tegen te gaan.