Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Datum 19 februari 2010
Betreft Ouderbetrokkenheid in VVE
Tijdens het Algemeen Overleg "Onderwijsachterstanden" met de Commissie
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, d.d. 2 december 2009, heb ik toegezegd uw
Kamer nader te informeren over de stand van zaken betreffende de
ouderbetrokkenheid bij de voor- en vroegschoolse educatie (VVE).
Ouderbetrokkenheid is van groot belang voor de taalontwikkeling van kinderen. In
mijn brief aan uw Kamer over "Ontwikkelkansen door Kwaliteit en Educatie"
(Kamerstukken II 2008-2009, 31322, nr. 24) en de "Agenda voor- en
vroegschoolse educatie" (Kamerstukken II 2008-2009, 31293, nr. 37) ben ik al
uitgebreid ingegaan op het belang van ouderbetrokkenheid. Er bestaan inmiddels
vele vormen van ouderbetrokkenheid bij de VVE. Dat heb ik in de VVE-agenda
onder andere geïllustreerd aan de hand van een concreet voorbeeld.
Ouderbetrokkenheid in de vve-programma's
In het merendeel van de VVE-programma's is een "oudercomponent"
opgenomen. Recentelijk heb ik het Nederlands Jeugd Instituut gevraagd om een
overzicht te maken in welke erkende VVE programma's (een component)
ouderbetrokkenheid is opgenomen. Het Nederlands Jeugd Instituut heeft alle
door haar erkende programma's Piramide, Kaleidoscoop, Startblokken en
Basisontwikkeling, Sporen, KO-totaal, Speelplezier en Doe meer met Bas
bekeken. Gebleken is dat van deze programma's ouderparticipatie in meerdere of
mindere mate onderdeel uitmaakt. Zo beschouwt Kaleidoscoop ouders als
partners van leidsters en leerkrachten. Ouders zijn welkom in de groep en
leidsters/leerkrachten overleggen regelmatig met ouders over hun kind. Er is een
handleiding voor groepsbijeenkomsten ontwikkeld als hulpmiddel voor
leidsters/leerkrachten om met ouders te praten over wat de kinderen leren en
waarom dat belangrijk is. Hierbij hoort het ideeënboek voor ouders met
suggesties van activiteiten die ze thuis met hun kind kunnen doen.
Ouderbetrokkenheid is ook een belangrijk onderdeel van de Piramidemethode. Op
dagelijks niveau wordt die betrokkenheid gestimuleerd tijdens de spelinloop, het
moment waarop de ouders hun kinderen op school komen brengen. Daarnaast
zijn er ouderactiviteiten gedurende ieder project, er is een ouderweek waarin de
ouders samen met de kinderen in de klas vaardigheden uitvoeren, die ook thuis
kunnen worden gedaan en er zijn ouderavonden. Ouders die de Nederlandse taal
nog niet spreken, krijgen informatie en ouderactiviteiten in hun eigen taal
aangeboden.
a
na 1 van 3
Pagi
Uit de Landelijke Monitor Voor- en vroegschoolse Educatie 2009 (Sardes,
september 2009) blijkt dat in het merendeel van de gemeenten één van de
hiervoor genoemde VVE-programma's wordt gebruikt. Dat wil dus zeggen dat er
in een groot deel van de VVE-instellingen sprake is van enige vorm van
ouderparticipatie.
Organisatie van ouderbetrokkenheid
In de Agenda voor- en vroegschoolse educatie heb ik geschreven dat het ITS in
Nijmegen heeft onderzocht welke factoren de betrokkenheid van ouders positief
beïnvloeden. Ik heb het ITS verzocht op basis van dit onderzoek, "VVE en ouders,
ouderbetrokkenheid en participatie in de Voor- en vroegschoolse Educatie" (ITS,
oktober 2008), een brochure te ontwikkelen aan de hand waarvan VVE-
instellingen ouderbetrokkenheid kunnen opzetten dan wel optimaliseren. Eind
2009 heeft het ITS de brochure "Stappenplan optimalisering ouderbetrokkenheid
in de Voor- en Vroegschoolse Educatie" uitgebracht. Via de websites
www.focusvroegschool.nl en www.wetoke.nl en de PO nieuwsbrief zal de brochure
onder de aandacht worden gebracht van de VVE-instellingen.
Scholing in ouderbetrokkenheid
In december 2009 heeft het kabinet besloten om extra gelden uit te trekken uit
het Fonds Economische Structuurversterking (FES) voor de professionalisering
van VVE personeel. Hierdoor kan het reeds lopende professionaliseringstraject
Vversterk worden verlengd tot het jaar 2012. Tot 2012 zullen nog eens 15.000
VVE-personeelsleden worden geschoold. In de Vversterk nascholing voor leidsters
en leerkrachten zijn twee modules opgenomen die gaan over ouderbetrokkenheid
namelijk een basismodule en een verdiepingsmodule ouderbetrokkenheid.
Toezicht op ouderbetrokkenheid
In 2007 heeft de Inspectie van het Onderwijs op verzoek van de minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de wethouders van onderwijs van de
gemeenten Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht een onderzoek
uitgevoerd naar de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie in de vier
grote steden (G4). Uit dit onderzoek is gebleken dat de ouderbetrokkenheid op de
meeste voor- en vroegscholen voldoende is maar dat de ouderbetrokkenheid op
onderdelen voor verbetering vatbaar is. De G4 hebben de aanbevelingen van de
inspectie m.b.t. dit onderdeel ter harte genomen en hebben maatregelen
aangekondigd om de ouderbetrokkenheid te optimaliseren. De inspectie zal in het
kader van het uitoefenen van toezicht op VVE in de G4 maar ook in alle andere
gemeenten het kwaliteitsaspect ouders (blijven) monitoren. Dat krijgt concreet
gestalte in de voorgestelde wijziging van artikel 15g van de Wet op het
onderwijstoezicht. De wijziging van dit artikel maakt onderdeel uit van de
voorgestelde wettelijke wijzigingen in het kader van het wetsvoorstel
"Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie" (Kamerstukken I 2009/10, 31
989, A). In genoemd artikel wordt geregeld dat de inspectie bij het uitoefenen
van het toezicht op de voorschoolse educatie ook het aspect het informeren van
ouders en ouderbetrokkenheid zal betrekken.
Koppeling tussen taallessen voor ouders en kinderen die VVE volgen
Het belang van ouderbetrokkenheid bij VVE vind ik dermate groot dat ik samen
met de minister van Wonen, Wijken en Integratie wil bezien of VVE onderdeel kan
gaan uitmaken van het inburgeringstraject.
Pagina 2 van 3
De minister voor Wonen, Wijken en Integratie (WWI), heeft mede namens de
minister voor Jeugd en Gezin en ondergetekende, de brief "Juridisch onderzoek
verbrede leerplicht" aan uw Kamer gezonden (Kamerstukken II 2009/10, 31 143,
nr. 75). Daarin is aangekondigd dat onderzocht wordt of het wenselijk is een
verplichting in te voeren bij gemeenten voor het aanbieden van taallessen voor
vrijwillige inburgeraars in het geval het ouders van jonge kinderen betreft. De
minister van WWI is tevens voornemens is om gemeenten die bereid zijn een
extra inspanning te verrichten om de inburgeringambities voor 2010 te realiseren,
extra middelen ter beschikking te stellen waarmee zij (onder andere)
instapcursussen kunnen financieren. Ook staat in de brief dat de betrokken
ministeries met de overige betrokken organisaties het initiatief nemen om
professionals zoals die van de jeugdgezondheidszorg, VVE-medewerkers,
huisartsen, leerkrachten, buurtwerkers te informeren over bestaande
mogelijkheden voor het leren van de Nederlandse taal en inburgering binnen de
gemeente. In zijn brief aan uw Kamer d.d. 5 februari jl. over voortgang
inburgering (kamerstukken 2009/10 II, 31 143, nr. 77) heeft de minister voor
Wonen, Wijken en Integratie (WWI) bovendien aangekondigd dat in het
inburgeringbeleid in 2010 specifiek zal worden ingezet op ouders als één van de
prioritaire doelgroepen voor inburgering en dat scholen hierbij betrokken zullen
worden.
De ouderbetrokkenheid is dus een belangrijk item in de implementatie van het
vve-beleid. De afgelopen jaren is daarin veel in gang gezet. Vooral vanuit het veld
zijn er vele creatieve manieren gevonden om ouders betrokken te houden bij de
ontwikkeling van hun jonge kinderen. Ik verwacht dat mede door de genoemde
maatregelen deze ouderbetrokkenheid hoog in het vaandel blijft van degenen
die met de jonge kinderen werken.
de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Sharon A.M. Dijksma
Pagina 3 van 3