Rechtbank Amsterdam
Gevangenisstraffen voor cocaïnehandel Amsterdam Zuidoost
Amsterdam, 22 februari 2010 - De rechtbank Amsterdam heeft twee
verdachten veroordeeld tot gevangenisstraf van resp. 30 maanden en 4
jaar voor het bezit van grote hoeveelheden cocaïne en witwassen. Het
gaat om politie-invallen in mei 2009 in Zuidoost waarbij personen via
balkons probeerden te vluchten. Enkelen raakten ernstig gewond, één
hoofdverdachte heeft de vluchtpoging met de dood moeten bekopen.
In het kader van een onderzoek naar Afrikaanse smokkelaars van
verdovende middelen heeft onder de naam â13Quartairâ een onderzoek
gelopen naar de invoer en doorvoer van transporten cocaïne. In het
kader van dit onderzoek zijn verdachten geobserveerd en zijn telefoons
afgeluisterd. Eén van de personen die door de politie beschouwd werd
als hoofdverdachten dit onderzoek staat bekend onder de bijnaam
âZubiâ. Een andere belangrijke verdachte wordt aangeduid met de naam
âAnayoâ.
Op 9 en 13 mei 2009 hebben in Amsterdam Zuidoost invallen
plaatsgevonden in de Boris Pasternakstraat, in Kikkenstein en in de 3e
Kekerstraat.
Daarbij heeft een aantal personen geprobeerd aan arrestatie te
ontkomen door via de balkons van de woningen naar beneden te klauteren
of te springen. Hierbij is een aantal mensen ten val gekomen. Eén van
hen, bovengenoemde âZubiâ, heeft deze vluchtpoging met de dood moeten
bekopen; anderen zijn ernstig gewond geraakt. âAnayoâ wist te ontkomen
en is tot vandaag spoorloos.
In de verschillende woningen zijn grote hoeveelheden cocaïne
aangetroffen, voor een deel in de vorm van slikkersbollen, en grote
geldbedragen. Ook zijn versnijdingsmiddelen gevonden en apparatuur die
gebruikt kan worden bij de bewerking van verdovende middelen.
De tenlastelegging heeft â kort gezegd â betrekking op de verdenking
van het aanwezig hebben van hoeveelheden verdovende middelen, het
witwassen van geld, het voorbereiden van delicten in het kader van de
Opiumwet en de deelneming aan een criminele organisatie.
In overeenstemming met de eis van de officieren van justitie spreekt
de rechtbank vier van de zes verdachten vrij, omdat de rechtbank niet
heeft kunnen vaststellen dat deze verdachten beschikkingsmacht hadden
over de aangetroffen verdovende middelen of het geld of zelfs op de
hoogte waren van de aanwezigheid van deze middelen en/of geld in de
woningen waar zij zijn aangetroffen.
Twee andere verdachten worden veroordeeld tot gevangenisstraffen van
respectievelijk 30 maanden en vier jaar voor het aanwezig hebben van
de cocaïne en het witwassen van geld alsmede de
voorbereidingshandelingen. Tegen hen was respectievelijk zes jaar en
vier jaar gevangenisstraf geëist. Bij eerstgenoemde verdachte is veel
minder cocaïne aangetroffen dan bij de tweede verdachte.
De rechtbank spreekt beide verdachten vrij van de deelname aan een
criminele organisatie.
Naar het oordeel van de rechtbank biedt het dossier voldoende
aanknopingspunten voor de stelling dat er in de periode direct
voorafgaand aan 13 mei 2009 een criminele organisatie actief was,
gevormd door in ieder geval genoemde Zubi en Anayo naast mogelijk
één of meer anderen. Uit het dossier valt echter onvoldoende af te
leiden dat één van deze zes verdachten heeft deelgenomen aan deze
criminele organisatie.
Zie ook BL4974
LJ Nummers
BL5033
BL4957
BL4971
BL5208
BL4969
Zie het origineel
Bron: Rechtbank Amsterdam
Datum actualiteit: 22 februari 2010 Naar boven