Wageningen Universiteit en Researchcentrum
kou maar drie dagen later dan normaal op gang
Natuur komt ondanks kou maar drie dagen later dan normaal op gang
22 feb 2010
Nummer: N3
Het was koud de afgelopen maanden. De ontwikkeling in de natuur komt
dit jaar twee weken later op gang dan vorig jaar. De achterstand op
het extreem vroege 2008 is maar liefst 38 dagen. Toch ligt de
ontwikkeling in de natuur momenteel maar drie dagen achter op het
gemiddelde van voor 1988. Dit blijkt uit de waarnemingen van De
Natuurkalender dat vandaag het officiële jaaroverzicht van 2009
publiceert op www.natuurkalender.nl. In De Natuurkalender werken een
groot aantal instellingen en organisaties samen met Wageningen UR
(University &Research centre).
De gemiddelde temperatuur sinds het begin van 2010 ligt ongeveer een
graad lager dan tijdens de ook al koude start van 2009. Dit komt tot
uiting in de beduidend tragere start van de natuur dit jaar. De bloei
van vroege planten zoals hazelaar, els en gele kornoelje valt ongeveer
twee weken later dan een jaar geleden. Vlinders en amfibieën laten
zich tot nu toe niet zien. Dit staat in schril contrast met de extreem
vroege start van de natuur in 2008. De gele boterbloempjes van het
speenkruid werden toen rond deze tijd al in ruim tweederde van het
land in bloei gezien. Nu komen we nog niet verder dan een procent.
Voor het speenkruid is de achterstand daarmee opgelopen tot naar
verwachting 50 dagen. Veel dieren, waaronder vlinders, kikkers en
padden, zijn momenteel nog volledig in rust.
De natuur komt daarmee ogenschijnlijk in 2010 laat tot zeer laat uit
de winterrust. Door de waarnemingen van dit jaar echter te vergelijken
met die van voor 1988, toen de temperatuur in Nederland begon te
stijgen, blijkt dat de natuur gemiddeld maar drie dagen achter loopt
op wat we vroeger normaal vonden.
Het jaaroverzicht 2009 van De Natuurkalender laat zien dat de
ontwikkeling in de natuur het afgelopen jaar op een aantal punten
bijzonder verlopen is. Na de relatief koude start van het jaar volgde
een extreem warme lente waardoor veel planten tegelijkertijd in bloei
kwamen en de bloei uitbundig was. Planten en vlinders liepen in de
lente ruim twee weken voor op de normaal. De amfibieën konden echter
niet profiteren van de hogere temperaturen doordat ze last hadden van
de droge omstandigheden.
De warme zomer van 2009 zorgde ervoor dat de natuur een voorsprong van
gemiddeld twee weken behield ten opzichte van normaal. De rijping van
vlierbessen vond daarentegen ruim een maand eerder dan normaal plaats
door de combinatie van vroege bloei en een versnelde ontwikkeling van
vruchten in de zomer.Â
De herfstkleuring en bladval begonnen gemiddeld elf dagen later dan
normaal. De extreem hoge temperaturen in november hadden een nog
sterkere vertraging kunnen veroorzaken, ware het niet dat twee
nachtvorsten halverwege oktober het proces van bladverkleuring
onomkeerbaar in gang hadden gezet.Â