Woonbond
19-02-2010
VROM-raad: hervorm woningraad stap voor stap
De economische crisis is volgens de VROM-raad een extra reden om de
woningmarkt grondig te hervormen. Maar dan wel stap voor stap. Dit
schrijft de raad in zijn advies ´Stap voor stap: naar hervorming van
het woningmarktbeleid´, dat onlangs verscheen.
Uitgangspunten bij deze hervorming zijn volgens de raad (1) vertrouwen
en zekerheid bij partijen op de markt, (2) flexibiliteit en (3)
eigendomsneutraliteit van het beleid. Wat dat laatste betreft,´niet de
overheid, maar de burger kiest voor huren dan wel kopen van de
woning´, aldus de raad.
Wat de huurwoningenmarkt pleit de raad ervoor om te schakelen van een
´inflatievolgend´ naar ´welvaartsvolgend´ huurbeleid, niet per woning,
maar per verhuurder. Binnen de woningportefeuille ontstaat dan ruimte
voor differentiatie in de huuraanpassing. Verder is de raad
voorstander van een aanpassing van het huidige
woningwaarderingssysteem, waardoor er meer ruimte komt voor
differentiatie in huurprijzen tussen en binnen regio´s. In
tegenstelling tot bijvoorbeeld het Centraal Planbureau ziet de
VROM-raad niets in zogeheten markthuren. ´Ook met de huidige
huurregulering zijn de huurquotes van huurders in de afgelopen twee
decennia al fors verhoogd, waardoor de ruimte voor structurele
verhoging van het huurpeil beperkt is. Verhoging van het huurpeil zal
onvermijdelijk leiden tot druk op andere consumptieve uitgaven met
alle economische effecten van dien of tot extra inkomensondersteuning
met effecten op de rijksbegroting.´
Ook is de raad tegen een anti-scheefheidsbeleid, bijvoorbeeld door
inkomenstoetsen. ´Te veel beleid voor een te kleine groep´, aldus de
raad. Diverse onderzoeken wijzen namelijk uit dat scheefheid slechts
op beperkte schaal voorkomt (4 procent). In de visie van de raad
´maakt de betaalbaarheid integraal deel uit van de publieke taak van
de overheid in het wonen. Bij het invoeren van niet door de overheid
vastgestelde inkomenshuren begeeft men zich op een glibberig pad. ´ De
raad is tegen het overhevelen van de huurtoeslag naar de corporaties
met toestemming voor ruimer huurbeleid. Ook bij Huur op Maat zet de
raad vraagtekens. ´Zo is het de vraag of er wel zoveel extra
huuropbrengsten gegeneerd kunnen worden door hogere huren bij de
middeninkomens. Het is sowieso de vraag of huurders met hogere
inkomens de financierders moeten zijn van de betaalbaarheidsproblemen
aan de onderkant. Dit is niet consistent met het beleid voor de
koopmarkt, waar de vraagondersteuning uit de algemene middelen wordt
gefinancierd.´ Als grootste bezwaar ziet de raad echter dat de relatie
prijs-kwaliteit wordt losgelaten.
Wat de corporaties betreft wil de raad af van het afromen van de
vermogens door de wijkenheffing en de vennootschapsbelasting. In
plaats daarvan moeten de corporatievermogens worden ´geactiveerd´ door
de instelling van een investeringsfonds, waarbij de omvang van de
investeringsopgave van een corporatie van invloed is op haar bijdrage
aan het fonds.
Voor de koopsector pleit de raad voor het afschaffen van de
overdrachtsbelasting en het stapsgewijs verlagen van de
hypotheekrenteaftrek. Het eigenwoningforfait kan in fasen worden
opgetrokken.
De Woonbond is niet ontevreden over het advies. Directeur Ronald
Paping: ´De lijn van denken van de VROM-raad staat ons aan. Ook wij
zijn een groot voorstander van een eigendomsneutraal
woningmarktbeleid; wel zou de fiscale bevoordeling van eigen
woningbezitters steviger moeten worden aangepakt. Bovendien zijn wij
niet voor een welvaartsvolgend huurbeleid. Wij vinden de huurquotes in
Nederland nog veel te hoog. Vergeleken met andere landen in Europa
zitten we aan de bovenkant. De Woonbond streeft naar lagere
huurquotes. Daarom moeten de huurstijgingen lager zijn dan de
gemiddelde inkomensontwikkeling. Het idee voor een investeringfonds
spreekt mij wel aan. De overheid moet de corporatievermogens niet
afromen, maar inzetten voor investeringen in de nieuwbouw,
wijkvernieuwing en energiebesparende maatregelen.´