Vrije Universiteit Amsterdam
Persbericht
18-02-2010
Internationaal rapport OECD:
Kennisstad Amsterdam moet meer investeren in talentontwikkeling
Amsterdam benut onvoldoende kansen om haar internationale, uitdagende en
welvarende karakter te krijgen en te behouden. Het hoger onderwijs, de gemeente en
het bedrijfsleven moeten intensiever samenwerken. Nodig is een gezamenlijke visie
en agenda om de vruchten te kunnen plukken van de goede positie die Amsterdam
heeft.
Dit is een belangrijke conclusie uit de het rapport van de OECD (Organisation for
Economic Co-operation and Development) dat de state of the art beschrijft van de
regio Amsterdam. Die regio heeft veel potentie, die veel beter benut kan worden.
Talentontwikkeling, op stedelijk en internationaal niveau, dient meer aandacht
krijgen.
Gepleit wordt voor betere samenwerking tussen bedrijfsleven en kennisinstellingen ter
verbetering van het regionale innovatie potentieel. De universiteiten hebben daartoe
Technology Transfer Offices ingericht die de schakel vormen tussen kennis en
innovatie, universiteiten en bedrijfsleven. De beide Amsterdamse universiteiten willen
daarmee tot een betere koppeling komen van hun kennis- en innovatiestrategie, met
een duidelijke inbreng van marktpartijen. Ze bouwen zo voort op de samenwerking
die reeds in gang is gezet met het Life Science Center Amsterdam, waarin
kennisinstellingen, overheid en bedrijfsleven een centrum bieden voor de vertaling
van ontwikkelde kennis in life sciences naar maatschappij en markt.
Een overkoepelende citymarketingstrategie, die alle toponderwijsinitiatieven verbindt
en Amsterdam internationaal profileert als kennisstad, ontbreekt echter nog. De twee
universiteiten presenteren hun inzet begin maart onder het label `Amsterdam
Academic Alliance'. Volgens de OECD heeft Amsterdam de belangrijkste kwaliteiten in
huis om een internationaal en mondiaal centrum van onderwijs te zijn met de stad als
grootste aantrekkingskracht.
Nog voor de zomer komen de partners van de review met een gezamenlijke agenda
(Kennis Investerings Programma). Daarbij worden onder meer concrete plannen
gepresenteerd op het gebied van beurzen en de verdere samenwerking en
ontwikkeling van de TTO's. De economische speerpunten, onderwijs en onderzoek
worden verbonden met de maatschappelijke agenda. Dit alles wordt uitgewerkt in
concrete stappen en ambities.