Rechtbank Utrecht
Elftal vv Gestel terecht uit competitie gezet
12 februari - De KNVB hoeft het A1-elftal van voetbalvereniging Gestel
niet tot de competitie toe te laten. Dat heeft de voorzieningenrechter
in Utrecht geoordeeld in een kort geding dat was aangespannen door de
voetbalclub.
De vereniging was het onder meer niet eens met de straf die door
Tuchtcommissie en Commissie van Beroep was opgelegd na een incident op
10 oktober 2009. Tijdens een wedstrijd tegen Wilhelmina Boys werd een
speler van die club door meerdere spelers van vv Gestel achter
nagezeten en terwijl hij op de grond lag gedurende enige tijd getrapt
en geslagen. De speler van de Wilhelmina Boys moest naar het
ziekenhuis, waar hij één nacht ter observatie is gebleven. De politie
heeft het complete A-1 elftal van de Voetbalvereniging Gestel en haar
twee begeleiders meegenomen naar het politiebureau. De A-1 spelers
zijn daar vervolgens tussen de drie á vijf dagen vastgehouden.
Volgens de rechter wijkt de oplegde straf af van het normaal door de
KNVB gehanteerde beleid, dat voorschrijft dat een elftal pas bij
recidive definitief uit de competitie wordt genomen. De KNVB mag wel
afwijken van dat beleid, maar die beslissingen moeten goed gemotiveerd
worden. Ook dat is volgens de rechter onvoldoende gebeurd.
De rechter liet de opgelegde straf echter in stand. Volgens de rechter
was de collectieve vechtpartij die in oktober plaatsvond zo ernstig
dat dit de door de Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep
opgelegde straf rechtvaardigt. Meerdere spelers (zo'n 5 á 6) van de
Voetbalvereniging Gestel hebben de speler van de Wilhelmina Boys
achtervolgd en hebben hem vervolgens, terwijl hij op de grond lag en
geen kant meer uit kon, gedurende een tijdje getrapt en geslagen. De
spelers en begeleiders van het A-1 elftal hebben bovendien niet
voortvarend meegewerkt aan het achterhalen van de personen die bij de
vechtpartij waren betrokken en elkaar in bescherming hebben genomen.
Deze feiten maken het, zo oordeelde de rechter, begrijpelijk dat de
Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep zijn afgeweken van het
beleid.
LJ Nummer
BL3530
Zie het origineel
Bron: Rechtbank Utrecht
Datum actualiteit: 12 februari 2010 Naar boven