Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


Kamervragen over een toename van abortussen vanwege een open rug en waterhoofd als gevolg van de twintig-weken-echo

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u, mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Wiegman-van Meppelen Scheppink en Voordewind (CU) over een toename van abortussen vanwege een open rug en waterhoofd als gevolg van de twintig-weken-echo (2010Z00612).

Hoogachtend,
de Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker





Antwoorden op kamervragen van de Kamerleden Wiegman-van Meppelen Scheppink en Voordewind over een toename van abortussen vanwege een open rug en waterhoofd als gevolg van de twintig-weken-echo. (2010Z00612)


1
Heeft u kennisgenomen van het onderzoek van TNO `Preventie en Zorg', waaruit blijkt dat de twintig weken echo tot een forse toename van het aantal abortussen vanwege een open rug en waterhoofd heeft geleid? 1)


1
Ja, het TNO-rapport "Aangeboren afwijkingen in Nederland 1997-2007" is mij bekend. TNO `Kwaliteit van Leven', voorheen TNO `Preventie en Gezondheid', rapporteert jaarlijks op verzoek van VWS over de prevalentie van aangeboren afwijkingen in Nederland. Het rapport concludeert dat er sterke aanwijzingen zijn dat de invoering van het Structureel Echoscopisch Onderzoek (SEO) in 2007 heeft geleid tot een toename van het aantal doodgeborenen met een open rug. Het is echter niet bekend hoe sterk die toename is, aangezien men niet weet welk deel van de doodgeborenen toe te rekenen is aan zwangerschapsafbrekingen.


2
Op welke wijze bent u voornemens de bevindingen van het TNO rapport te betrekken bij het onderzoek naar de aard van de noodsituatie?


2
Het onderzoek waar u op doelt, is het kwalitatieve onderzoek van ZonMw dat gericht is op het verhelderen van de besluitvorming omtrent de keuze voor een abortus. Met de resultaten van het onderzoek zal worden gekeken hoe de voorlichting en counseling aan vrouwen, die overwegen hun zwangerschap af te breken, kan worden geoptimaliseerd.
De bevindingen van het TNO-rapport zullen te zijner tijd worden betrokken bij de oordeelsvorming over de aanbevelingen uit het ZonMw-onderzoek.


3
Bent u bereid via (anonieme) registratie de redenen voor een abortus beter inzichtelijk te maken, en hiervan in het vervolg verslag te doen in de jaarrapportages Wet Afbreking Zwangerschap?

3
Op basis van de Wet afbreking zwangerschap is het aan de vrouw (en haar partner) en de arts om de redenen voor het afbreken van de zwangerschap te bespreken. Dit gebeurt in de beslotenheid van de spreekkamer. Overigens zal wel op het nieuwe registratieformulier van de abortusklinieken, dat op dit moment in ontwikkeling is, worden gevraagd of de zwangerschapsafbreking plaatsvindt naar aanleiding van prenatale diagnostiek.


4
Welke rol ziet u voor uzelf weggelegd om de voorlichting en informatievoorziening door artsen omtrent de twintig-weken-echo te verbeteren, bijvoorbeeld met betrekking tot de behandelmogelijkheden van aandoeningen?





4
Voorlichting is op basis van de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) in de eerste plaats een taak voor de beroepsgroepen zelf. Prenatale screening is bedoeld om zwangere vrouwen en hun partners handelingsopties te bieden. Dit stelt zware eisen aan de voorlichting. Het centraal orgaan prenatale screening, bestaande uit betrokken beroepsgroepen en de regionale centra, stelt landelijk voorlichtingsmateriaal vast, dat onder meer beschikbaar is op www.rivm.nl/zwangerschapsscreening/20_wekenecho. Prenatale screening is vergunningplichtig op grond van de Wet op het bevolkingsonderzoek (WBO). De regionale centra voor prenatale screening zijn WBO-vergunninghouder. Verloskundigen die onder contract met een WBO- vergunninghouder werken, zijn opgeleid om de voorlichting en counseling te doen bij die zwangeren die dit wensen. In de opleiding wordt het recht op niet weten ook expliciet aan de orde gesteld.
Ik vind het van groot belang dat de voorlichting aan vrouwen en hun partner over de 20-wekenecho en de counseling, die volgt nadat er eventuele aandoeningen zijn geconstateerd, zeer zorgvuldig is. Het veld zet zich daar ook sterk voor in. Het zorgplan met betrekking tot schisis dat in samenspraak met de centra voor prenatale screening is opgesteld, is daarvan een voorbeeld. Het zorgplan gaat in op diagnostiek, begeleiding (door klinisch-genetische consulten, plastische chirurgie en psychosociale hulpverlening) en behandeling (aan de hand van een perinataal beleidsplan) van schisis.


1) Nederlands Dagblad, 13 januari 2010: "Meer abortus om open rug en waterhoofd






---- --