Datum
11 februari 2010
Den Haag wil betere hulp voor mannenprostitutie
De gemeente Den Haag wil de hulpverlening voor mannelijke prostituees
in de stad verbeteren. Wethouder Bert Van Alphen heeft de Haagse
Stichting Hulp en Opvang Prostitutie en Mensenhandel (SHOP) daartoe
opdracht gegeven. Er is nauwelijks zicht op mannenprostitutie.
Uit onderzoek blijkt dat er steeds minder contact is tussen mannen op
zogenoemde 'zones', terwijl het contact op internet juist toeneemt.
Den Haag is de eerste gemeente die onderzoek heeft laten doen naar de
aard en omvang van mannenprostitutie. Belangrijkste conclusie is dat in
de regio Den Haag zo'n vierhonderd meerderjarige mannen als prostitué
werken. Ongeveer driehonderd mannen hebben alleen contact met mannen. De
overige honderd mannen laten zich als 'gigolo' inhuren door vrouwen.
Internet
Zo'n 78 procent van de mannelijke prostituees werkt sinds de
legalisering van de prostitutie
in 2000 via internet. Steeds minder mannen leggen contact op
homo-ontmoetingsplaatsen.
Er is een flinke toename van het gebruik van webcams en chatboxen.
Hulpverlening
Hulpverleners hebben weinig zicht op mannenprostitutie.
Dat komt mede door het 'dubbele taboe' waar de mannen mee te maken
hebben.
Betaalde seks is omstreden en er is schaamte voor de homoseksualiteit.
Juist daarom wil de gemeente Den Haag mannelijke prostituees beter in
beeld krijgen.
'Ik vind het goed dat we nu meer weten over deze groep mannen. Vooral
omdat zij grote veiligheids- en gezondheidsrisico's lopen.
Hulpverleners moeten weten dat deze groep bestaat en daar dus heel alert
op zijn,' aldus wethouder Van Alphen.
SHOP is bezig met het ontwikkelen van een speciale hulp-op-maat-aanpak.
Minder dwang
Mannelijke prostituees zijn in tegenstelling tot vrouwen minder vaak
het slachtoffer van uitbuiting en dwang. Velen van hen doen het werk als
bijverdienste.
Er is maar een kleine groep mannen die door de prostitutie volledig in
het eigen levensonderhoud kan voorzien.
Gemeente Den Haag
Gemeente Den Haag