CDA
Van Hijum: Laat jonge werkloze huis niet 'opeten'
woensdag 10 februari 2010
Het CDA in de Tweede Kamer wil dat jonge werklozen die een beroep doen
op bijstand niet eerst hun huis moeten âopetenâ. CDA-Kamerlid Eddy van
Hijum vraagt minister Donner om gemeenten te wijzen op de mogelijkheid
om het huizenbezit bij de zogeheten âvermogenstoetsâ in de bijstand te
ontzien. Van Hijum noemt het âwel zo rechtvaardigâ dat de regels die
voor oudere werklozen gelden in deze tijd ook voor jongere werklozen
gaan gelden. Hij wijst er op dat de werkloosheid onder gezinnen er
steeds vaker toe leidt dat hypotheeklasten moeilijk of niet gedragen
kunnen worden. âHet is niet in het belang van de gezinnen, de
huizenmarkt en de gemeente om gezinnen nu te dwingen hun huis te koop
te zettenâ, stelt Van Hijum.
Het CDA wijst er op dat de Wet Werk en Bijstand (WWB) mogelijkheden
biedt om maatwerk te leveren. Gemeenten hoeven gezinnen niet te
dwingen om eerst de overwaarde van hun huis te gelde te maken, voordat
zij worden toegelaten tot de bijstand. Artikel 50 van de WWB bepaalt
dat âwanneer tegeldemaking of bezwaring van het vermogen in de woning
in redelijkheid niet kan worden verlangdâ er bijstand kan worden
verstrekt in de vorm van een lening. Daarbij kunnen gemeenten volledig
zelf bepalen wanneer en onder welke voorwaarden de lening wordt
terugbetaald.
Het UWV verwacht dat het aantal mensen dat hun maximale WW-duur
gebruikt hoger zal zijn dan ooit. In 2011 zal dit percentage
vermoedelijk zelfs op 50% uitkomen. Werklozen van wie de maximale
WW-duur is verstreken kunnen, als zij nog geen baan hebben gevonden,
gemeentelijke bijstand aanvragen. Wie over financiële reserves
beschikt of een eigen huis heeft, krijgt geen uitkering en moet
zichzelf bedruipen. Deze zogeheten âvermogenstoetsâ geldt niet voor
werklozen ouder dan 50 jaar (IOAW) en voor zelfstandigen (eigen huis
wordt beschouwd als voor het bedrijf noodzakelijk vermogen).