Ministerie van Buitenlandse Zaken

Kamerbrief inzake Uw verzoek inzake het schriftelijk overleg bijdrage EGF aan NTM-A

Kamerbrief | 29 januari 2010

Graag bieden wij u hierbij de reactie aan op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 22 januari 2010 met kenmerk 27925-376 inzake het schriftelijk overleg over de Nederlandse bijdrage aan de EGF in Afghanistan.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen

De Minister van Defensie,

Dhr. E. van Middelkoop

Antwoorden van de ministers van Buitenlandse Zaken en van Defensie

Deelname van Nederland en volledige vulling van de EGF

De fracties van de SP, de PvdA en het CDA vragen om nadere toelichting over de volledige vulling van de benodigde 325 gendarmes, de deelname van Nederland hieraan en het besluit om deze marechaussees voor training van de ANCOP in te zetten. Uit de opgave van de deelnemende EGF-lidstaten blijkt dat de voorziene ontplooiing van 325 gendarmes in de tweede helft van 2010 vrijwel volledig zal worden bereikt. Mogelijk zal later een extra behoefte aan gendarmes ontstaan op het ANCOP-opleidingscentrum in Mazar-e-Sharif. Zodra hierover meer duidelijkheid bestaat, kan worden besloten tot de inzet van de twee extra marechaussees.

De EGF-bijdrage aan de NAVO Trainingsmissie (NTM-A) bestaat uit twee componenten. Enerzijds zal de EGF zich gaan toeleggen op de opleiding van de Afghan National Civil Order Police (ANCOP), en anderzijds zal het de mentoring van de Afghan Uniformed Police (AUP) verzorgen. Tevens levert de EGF gendarmerie-expertise in de staf van NTM-A. De behoefte aan opleidingscapaciteit voor de ANCOP is geformuleerd door NTM-A en draagt bij aan de doelstellingen van het Afghaanse Ministerie van Binnenlandse Zaken. Een van deze doelstellingen behelst de verdere omvorming van de ANCOP tot een volwaardige Gendarmerie. Ondersteuning door EGF ligt daarom voor de hand.

Naast training zal de EGF zich ook gaan toeleggen op mentoring van de AUP. Dit gebeurt door zogenaamde Police Operational Mentoring and Liaison Team's (P-OMLTs) die beschikken over kennis van politieoptreden. Zij zullen de AUP begeleiden tijdens de inzet te velde. Sinds begin 2009 heeft Nederland reeds vijf van dergelijke teams in Uruzgan ontplooid. Er is voor gekozen om geen aanvullende EGF-bijdrage voor deze taak te leveren, maar om de Nederlandse bijdrage in te zetten ten behoeve van de trainingscomponent.

Structuur en hervorming van de Afghaanse politie

In antwoord op de vragen van de leden van de CDA-fractie over de verschillende soorten politie-eenheden in Afghanistan, de wijze waarop deze worden aangestuurd, en de meest recente ontwikkelingen op het gebied van politieopbouw kan ik u het volgende berichten.

De Afghaanse nationale politie (ANP) valt, net als in Nederland, onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Binnenlandse Zaken. De Afghaanse politie heeft een totale omvang van 96.800 man en bestaat uit vier onderdelen. De reguliere politie (Afghan Uniformed Police - AUP) is veruit het grootste met een aantal van 67,500 agenten. De AUP richt zich op ordehandhaving op lokaal niveau. In vrijwel alle 365 districten in Afghanistan zijn voor de AUP politieposten opgericht. In elk district wordt de AUP geleid door een district-politiechef, die wordt aangestuurd door een provinciale politiechef. De provinciale politiechefs worden door een regionale politiechef aangestuurd die zelf direct onder het ministerie van Binnenlandse Zaken valt.

De Afghaanse grenspolitie telt 12.800 agenten en de drugsbestrijdingpolitie heeft een omvang van 2.695 agenten. De Afghan National Civil Order Police (ANCOP), die wat taken en organisatie betreft het meest op een gendarmeriekorps lijkt, heeft een omvang van 3.210 man. Het Afghaanse ministerie van Binnenlandse Zaken heeft de ambitie om de ANCOP uit te breiden naar 35.000.De grenspolitie en de ANCOP zijn volgens militaire structuur georganiseerd (brigades /bataljons /compagnieën). De drugsbestrijdingspolitie is, net als de AUP, volgens de bestuurlijke indeling georganiseerd (nationaal, regionaal, provinciaal en district). De verantwoordelijkheid voor alle politieonderdelen is, ongeacht de wijze waarop ze georganiseerd zijn, bij de minister van Binnenlandse Zaken belegd.

Het Afghaanse ministerie van Binnenlandse Zaken werkt aan een nieuwe nationale politiestrategie. De strategie zal naar verwachting tijdens de aanstaande Kabul Conferentie aan de internationale gemeenschap gepresenteerd worden.

Doelen van NTM-A en EGF

De CDA-fractie vraagt naar de planning van NTM-A, de doelen die worden gesteld, en de wijze waarop de EGF hieraan bijdraagt. Het hoofddoel van NTM-A is door training de Afghaanse politie en het leger in staat te stellen de verantwoordelijkheid voor het waarborgen van de veiligheid op zich te nemen. De EGF levert hieraan een bijdrage door specifieke kennis in te zetten op het gebied van training van de Afghaanse ANCOP en de begeleiding van de Afghaanse politie in de dagelijkse praktijk. De concrete doelen van NTM-A worden in overleg met de Afghaanse autoriteiten, ISAF en de internationale gemeenschap bepaald en opgenomen in het operatieplan. De Afghaanse ministers van Defensie en Binnenlandse Zaken hebben de internationale gemeenschap recentelijk verzocht in te stemmen met een verdere groei van het Afghaanse leger en de politie tot 400.000 man in 2013. Omdat niet alleen de kwantiteit maar ook de kwaliteit van de Afghaanse veiligheidstroepen bewaakt moet worden, is slechts gedeeltelijk met deze groei ingestemd. Gestreefd zal worden naar een uitbreiding per oktober 2011 van de Afghaanse politie tot 134.000 man en van het Afghaanse leger tot 171.600 man.

EGF-partners

In reactie op de vraag van de fractie van het CDA over de wijze waarop wordt omgegaan met de bijdrage van EGF-partnerlanden die geen formeel lid zijn, kan het volgende worden geantwoord. Naast de landen die lid zijn van het samenwerkingsverband kent de EGF ook waarnemers en partners. Zowel Litouwen als Polen is partner van de EGF, Turkije is waarnemer. Besluitvorming over missies is een aangelegenheid van de leden. Wanneer een besluit tot een missie is genomen, kunnen partners en waarnemers een bijdrage leveren. Vervolgens zijn de partners of waarnemers die werkelijk bijdragen ook welkom bij de vergaderingen over de missie.

Veiligheid buiten de compound

De fractie van het CDA vraagt om verdere uitleg over de wijze waarop in de beveiliging van de trainers wordt voorzien wanneer zij buiten de ommuurde compound werken. Binnen het ommuurde terrein van het trainingscentrum in Mazar-e-Sharif zijn leslokalen ingericht voor theoretisch onderwijs. Tevens kan een aantal praktische lessen buiten de leslokalen, maar binnen de ommuurde compound worden verzorgd. In enkele gevallen (zoals schiettraining) zal men gebruik maken van trainingsfaciliteiten buiten de compound. Het EGF-personeel draagt te allen tijde de persoonlijke bewapening en voorziet daarmee in de eigen beveiliging.

Curriculum en screening van cadetten

In antwoord op de vragen van de leden van de CDA-fractie over screening van de cadetten en overleg over het curriculum met de Afghaanse autoriteiten kan het volgende worden geantwoord. Het curriculum (Program of Instructions) is in overleg met de Afghaanse overheid opgesteld. Hierdoor wordt standaardisatie van de politieopleidingen in Afghanistan gegarandeerd. De kandidaten voor de officiersopleidingen worden geselecteerd door de Afghaanse autoriteiten. Aangezien de ANCOP alleen uit onderofficieren en officieren bestaat, zijn de selectie-eisen scherper dan voor andere politie-eenheden. De selectie wordt gemaakt uit het bestand aan onderofficieren. De kandidaten voor de onderofficiersopleiding worden na hun aanmelding geregistreerd, waarna tevens een screening wordt uitgevoerd. De onderofficieren worden landelijk geworven. Bij de werving heeft de verhouding tussen verschillende tribale groeperingen de aandacht.

Beleid ten aanzien van de opbouw van het Afghaanse leger en politie

De leden van de CDA-fractie hebben verzocht om een brief waarin de visie van het kabinet ten aanzien van de opbouw van de Afghaanse politie en het leger uiteen wordt gezet. Een dergelijke brief zal de Kamer toegaan.

Functie van de Afghan National Civil Order Police

De fractie van de SP vroeg om opheldering over de functie van de ANCOP. De ANCOP wordt ingezet bij gevallen van grote (civiele) onrust in de stedelijke gebieden. In de eerdergenoemde politiestrategie van het Afghaanse ministerie van Binnenlandse Zaken wordt voorgesteld de ANCOP om te vormen tot een gendarmerie. Dit betekent dat deze politie-eenheid ook kan worden ingezet als belangrijkste contraterrorisme- en crisiscapaciteit.

Standaardisering van politietraining en de lessen van EUPOL

De fractie van de SP heeft gevraagd om opheldering over de in de brief genoemde standaardisatie van de training van Afghaanse politieagenten. Daarnaast hebben de fracties van de SP en het CDA vragen gesteld over de wijze waarop de EGF-bijdrage zich verhoudt tot de bijdrage aan de Europese politiemissie EUPOL. De opleiding van de Afghaanse politie bestond in eerste instantie uit een aantal bilaterale initiatieven. In 2007 is een systeem van coördinatie opgezet en is een basistraining ontwikkeld die alle Afghaanse agenten moeten doorlopen. Deze basistraining wordt verzorgd door NTM-A, waar de EGF-bijdrage een onderdeel van is, en door CSTC-A, het Amerikaanse legeronderdeel dat tot voor kort de hoofdverantwoordelijke was voor de training van het leger en de basistraining voor de politie. De eveneens in 2007 opgerichte Europese politiemissie EUPOL richt zich op de training van het midden en hoger kader van de Afghaanse politie en het ministerie van Binnenlandse Zaken. EUPOL is daarmee complementair aan NTM-A.

Duur van Nederlandse inzet bij de EGF

De fractie van de SP vraagt naar opheldering over de aard van de Nederlandse EGF-inzet. In afwachting van de besluitvorming over de Nederlandse betrokkenheid bij Afghanistan na augustus 2010 is besloten de initiële bijdrage aan de EGF tot augustus 2010 te beperken. Zodra meer duidelijkheid bestaat over de aard van de Nederlandse inzet na die periode wordt bezien of, en zo ja hoe, een verlengde bijdrage aan de EGF binnen deze herziene inzet past.

Verhouding tussen ISAF en NTM-A

De structuur van de ISAF-missie is eind vorig jaar herzien. Hierbij is het hoofdkwartier verdeeld in een strategisch hoofdkwartier (HQ ISAF), met daaronder een operationeel hoofdkwartier (ISAF Joint Command, JC), een hoofdkwartier voor speciale operaties en de NAVO-trainingsmissie NTM-A. Het JC stuurt de operationele eenheden aan via de regionale commando's. NTM-A stuurt de trainingscentra aan.