Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Eerste Kamer akkoord met wetsvoorstel veiligheidsregio's
9 februari 2010
De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel veiligheidsregio's aanvaard. De
wet regelt de instelling van 25 veiligheidsregio's. De gemeenten
werken hierdoor in hetzelfde gebied, met dezelfde grenzen, samen met
politie, brandweer en ambulancezorg. Hierdoor gaat vooral in de
crisisbeheersing en rampenbestrijding de bestuurlijke en operationele
slagkracht omhoog. Daarnaast regelt het wetsvoorstel de organisatie
van de brandweerzorg, de geneeskundige hulpverlening en de organisatie
van rampen- en crisisbeheersing. Nadere kwaliteitseisen komen in
aparte besluiten.
De wet Veiligheidsregio's zal de Brandweerwet 1985, de Wet
geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (Wghor) en de Wet
rampen en zware ongevallen (Wrzo) vervangen.
De burgemeesters van de gemeenten binnen een regio vormen samen het
bestuur van de veiligheidsregio. De gemeenten financieren voor het
grootste deel hun regio. De voorzitter van de veiligheidsregio is de
burgemeester die ook de korpsbeheerder van de regiopolitie is.
Bij een plaatselijke ramp binnen één gemeente blijft de burgemeester
verantwoordelijk voor de aanpak. Tijdens een ramp of crisis die meer
dan één gemeente tegelijk treft, krijgt de voorzitter van de
veiligheidsregio het opperbevel over de hulpverleningsdiensten en de
bevoegdheid om knopen door te hakken in de regionale besluitvorming.
De commissaris van de Koningin kan tijdens een ramp die meerdere
regio's raakt of landelijke dimensies krijgt, aanwijzingen geven aan
de veiligheidsregio's; niet in zijn of haar functie van provinciaal
bestuurder, maar als vertegenwoordiger van het rijk onder
verantwoordelijkheid van de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties. In de voorbereiding op rampen en crises kunnen de
commissarissen van de Koningin namens de minister aanwijzingen geven
aan de veiligheidsregio's als uit het toezicht door de Inspectie
Openbare Orde en Veiligheid blijkt dat een regio onvoldoende is
voorbereid op een ramp.
In aparte besluiten komen kwaliteitseisen te staan waaraan de
veiligheidsregio's moeten voldoen. Zo wordt voorgeschreven binnen
hoeveel tijd de verschillende functionarissen en diensten op hun post
moeten zijn, afhankelijk van de ernst van de situatie. Voor de
brandweer worden er standaard-aanrijtijden voor verschillende soorten
incidenten vastgelegd; de veiligheidsregio's mogen daar alleen
beargumenteerd van afwijken, gelet op de situatie en de risico's in
het gebied.
Ook is vastgelegd dat standaard de bezetting van de eerste
brandweerwagen die op een incident af gaat uit zes mensen bestaat.
Slechts in bijzondere gevallen mogen dat vier mensen zijn, en alleen
als dan alle taken wel veilig gedaan kunnen worden. Op sommige
plaatsen in Nederland wordt gewerkt met snelle interventievoertuigen
of rukken meerdere kleine voertuigen met een bezetting van vier man
gelijktijdig uit. Denk aan krappe binnensteden waar grote, zware
brandweerwagens lastig manoeuvreren of aan de melding dat een
defibrillator nodig is om iemand met hartproblemen te redden. De
bepaling dat in sommige gevallen vier mensen voldoende zijn, zal zo
geformuleerd worden dat er geen verkeerd gebruik gemaakt van kan
worden.