Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Datum 5 februari 2010
Betreft de positie van ouders in de kinderopvang
1. Inleiding
Tijdens het debat over de wijziging van de Wet kinderopvang in verband met de
herziening van het stelsel van gastouderopvang in juni 2009, heeft uw Kamer
twee moties aangenomen om de positie van ouders te versterken1. De eerste
motie roept de regering op om een onafhankelijke toezichthouder voor de
kinderopvang in te stellen, zodat niet ouders (via oudercommissies), maar een
nieuw orgaan toezicht houdt op de prijsvorming. De tweede motie betreft het
verzoek om met voorstellen te komen om de positie van ouders te versterken.
In antwoord op Kamervragen op 18 november 2008 heb ik aangekondigd dat de
Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) door middel van een marktscan
mogelijke knelpunten in de kinderopvangsector vanuit het perspectief van de
Mededingingswet in kaart brengt. De NMa heeft de marktscan laten uitvoeren
door het marktonderzoeksbureau Regioplan. De marktscan is inmiddels afgerond.
De NMa heeft een oplegmemo bij het onderzoeksrapport geschreven met de
belangrijkste bevindingen uit het onderzoek. Daarnaast heeft SEO de markt voor
kinderopvang in kaart gebracht. Dit hebben zij eerder gedaan in 2004. Voor dit
onderzoek is hetzelfde toetsingskader gebruikt als in 2004, om te onderzoeken of
de Wet kinderopvang heeft geleid tot betere marktwerking in de kinderopvang.
Tenslotte heeft Regioplan in opdracht van mij onderzoek verricht naar de
ontwikkelingen in de contracturen, prijzen en openingstijden in de kinderopvang.
Met deze brief wil ik u informeren over de uitkomsten van deze onderzoeken en
zal ik reageren op de twee aangenomen moties.
2. Conclusies uit de onderzoeken
De conclusies uit de onderzoeken komen in grote lijnen met elkaar overeen. De
belangrijkste conclusies zijn als volgt:
1 Tweede Kamer, vergaderjaar 20082009, 31 874, nr. 40 en Tweede Kamer, vergaderjaar 20082009,
31 874, nr. 30
a
na 1 van 7
Pagi
Datum
Aanbodzijde kinderopvangmarkt
· Zowel SEO als Regioplan (in opdracht van de NMa) concluderen dat de
KO/175225
kinderopvangmarkt een dynamische markt is met een sterk groeiend aantal
aanbieders met veel toe- en uittreding. SEO heeft berekend dat het aantal
voor ouders binnen 10 minuten bereikbare kindplaatsen is toegenomen in
2008 ten opzichte van 20042.
· Uit het onderzoek van Regioplan blijkt dat ondanks de toename van het aantal
aanbieders er in veel gemeenten één grote kinderopvangorganisatie actief is
met een marktaandeel van veertig procent of meer. Dit lijkt een erfenis uit de
tijd waarin de gemeenten verantwoordelijk waren voor de organisatie van
kinderopvang en hierover vaak maar met één kinderopvangorganisatie of met
een zeer beperkt aantal kinderopvangorganisaties afspraken maakten. Bij de
buitenschoolse opvang speelt dit ook.
· De NMa schrijft in haar oplegmemo dat, indien er in een gemeente maar één
(grote) kinderopvangorganisatie actief is, dat niet per definitie betekent dat er
van verstoorde marktwerking sprake is. Volgens de NMa is het zeer
aannemelijk dat zelfs in gemeenten waar nog steeds maar een zeer beperkt
aantal aanbieders actief is, aanbieders er rekening mee houden dat er nieuwe
toetreders komen als zij hoge prijzen gaan rekenen of tegen ongunstige
voorwaarden gaan leveren. De toetredingsbelemmeringen zijn namelijk
relatief laag.
· Volgens SEO en Regioplan zijn de belangrijkste belemmeringen voor toetreding
of uitbreiden naar een andere gemeente, de noodzaak van het hebben van
lokale relaties met vooral schoolbesturen en gemeenten, het vinden van een
geschikte locatie (die aan de wettelijke eisen voldoet), het aantrekken van
geschikt personeel, de lange terugverdientijd van gemaakte investeringen, de
onzekerheid over toekomstig overheidsbeleid en de voorkeur van ouders voor
opvang op maandag, dinsdag en donderdag. Lokaal belemmert een tekort aan
voldoende gekwalificeerd personeel de toetreding.
Keuzegedrag ouders
· Hoewel het aanbod de afgelopen jaren hard is gestegen, is de vraag naar
formele kinderopvang de afgelopen jaren sterker gestegen. Dat heeft geleid
tot wachtlijsten. De wachtlijstomvang als percentage van de capaciteit is
echter aan het afnemen, wat betekent dat het aanbod een inhaalslag aan het
maken is en steeds beter aan de vraag van ouders kan voldoen.
· SEO schrijft dat een belangrijke voorwaarde voor goede marktwerking is dat
ouders prijs en kwaliteit echt kunnen afwegen en dat aanbieders met elkaar
concurreren. SEO stelt dat ouders door het bestaan van wachtlijsten (vooral
op populaire dagen) kiezen voor de opvang waar het eerst plaats is en dus
geen prijs/kwaliteitafweging maken.
· Daarnaast blijkt uit zowel de enquête van Regioplan als die van SEO dat de
keuze van ouders voor een opvanglocatie vooral ingegeven wordt door de
reistijd. De belangrijkste reden voor ouders om over te stappen naar een
andere instelling komt dan ook door verhuizing.
2 In 2004 is per kind gemiddeld 0,14 voltijds kindplaats binnen 10 minuten reizen van de woning
beschikbaar, terwijl dit gemiddelde in 2008 gelijk is aan 0,2 (SEO, ontwikkelingen op de markt voor
kinderopvang 2004-2008, pagina 16)
Pagina 2 van 7
Datum
· Prijs blijkt geen belangrijk keuzemotief voor ouders om voor een bepaalde
organisatie te kiezen. Ouders zijn meer tevreden over de prijs in 2008 dan in
KO/175225
20043. Vermoedelijk is de belangrijkste reden hiervoor dat de ouderbijdrage
in dezelfde periode flink is afgenomen.
· Uit de enquête van SEO blijken ouders in 2008, evenals in 2004, zeer tevreden
over de kwaliteit van de kinderopvang. Kanttekening daarbij is wel dat ouders
de instelling vooral beoordelen op de voor hen observeerbare kwaliteit, maar
nauwelijks op zogenaamde `objectieve kwaliteit'. Zowel Regioplan als SEO
concluderen dat de informatiebeschikbaarheid voor ouders niet optimaal is,
waardoor het lastig is voor hen om instellingen te vergelijken.
Prijzen, contracturen en rendementen
· Uit onderzoek van Regioplan blijkt dat het aantal contracturen van een
volledige kindplaats in dagopvang, naschoolse opvang en vakantieopvang in
de periode 2007-2009 min of meer hetzelfde is gebleven. Ook in de
openingstijden van deze opvangsoorten hebben zich nagenoeg geen
veranderingen voorgedaan.
· De gemiddelde stijging van de uurprijs is in beide markten ongeveer gemiddeld
4% en ligt daarmee boven de jaarlijkse inflatie4. De NMa concludeert dat de
gemiddelde stijging van het uurtarief niet buiten proportioneel lijkt te zijn.
· In de kenmerken van het aanbod bleek dat bij dagopvang in de afgelopen twee
jaar weinig verandering is opgetreden in aanvullende kosten voor ouders
(luiers, etc). In de naschoolse opvang blijkt het aantal contracten waarbij
vervoer is inbegrepen, gedaald. Mogelijk speelt hierbij mee dat het aantal
BSO-vestigingen op de locatie van de school is toegenomen.
· Om de financiële positie van kinderopvangorganisaties te beoordelen hebben
zowel SEO als Regioplan gebruik gemaakt van informatie van het
Waarborgfonds Kinderopvang. De NMa concludeert dat het aannemelijk is dat
kinderopvangorganisaties geen of slechts beperkt de ruimte hebben om
kostenstijgingen zelf op te vangen, omdat de gemiddelde rentabiliteit in de
sector met 5,2% aan de lage kant is.
· SEO heeft in de enquête aan ouders gevraagd of de prijs die zij betaalden voor
de buitenschoolse opvang inclusief uren was waar ze geen gebruik van
maakten. Het aantal `ja' antwoorden op deze vraag is gedaald van 26% in
2004 tot 17% in 2008.
3. Knelpunten
Zowel Regioplan (in opdracht van de NMa) als SEO wijzen het tekort aan aanbod
ten opzichte van de vraag, hetgeen wachtlijsten veroorzaakt, aan als
belangrijkste knelpunt op het gebied van marktwerking in de kinderopvang. Dit
heeft tot gevolg dat ouders weinig keuzemogelijkheden hebben en dus geen
goede prijs/kwaliteitafweging kunnen maken en dat aanbieders niet scherp met
elkaar hoeven te concurreren. Ook het gebrek aan transparantie over de
prestaties van kinderopvangorganisaties zorgt er volgens de onderzoeken voor
dat ouders geen goede prijs/kwaliteitafweging kunnen maken.
3 Zie SEO; ontwikkelingen op de markt voor kinderopvang 2004-2008, pagina 27; figuur 4.3
4 In 2007 en 2008 was de inflatie respectievelijk 1,6 en 2,5 procent.
Pagina 3 van 7
Datum
Opvallend is dat uit de onderzoeken geen grote prijsstijgingen blijken. De NMa
KO/175225
stelt dat vergeleken met de stijging van de salarissen in de kinderopvang, die een
groot deel van de totale kosten van instellingen uitmaken, de gemiddelde stijging
van het uurtarief niet buiten proportioneel lijkt te zijn. Ook het aantal in rekening
gebrachte contracturen per voltijd kindplaats lijkt nauwelijks te zijn gestegen. Uit
de enquête van SEO komt naar voren dat ouders in de BSO in 2008 minder vaak
voor uren moet betalen waar zij geen gebruik van maken dan in 2004.
Desalniettemin ontvang ik nog steeds veel signalen dat ouders verplicht worden
om uren en dagen opvang af te nemen waar zij geen gebruik van maken. Voor
zover dat het gaat om uren die ouders moeten afnemen ten gunste van een
stabiele pedagogische omgeving (zodat kinderen en ouders niet continu komen en
gaan) kan ik dat plaatsen. Als het gaat om ondernemers, die door uitbreiding van
het aantal door ouders verplicht af te nemen uren op oneigenlijke wijze
prijsverhogingen doorvoeren en daarmee misbruik maken van hun marktmacht, is
dat onwenselijk.
4. Maatregelen
Een goed functionerende markt veronderstelt een balans tussen vraag en aanbod.
Bovenstaande knelpunten zorgen ervoor dat deze balans is verstoord. Uit de
onderzoeken blijkt dat de belangrijkste reden voor de verstoring het tekort aan
aanbod ten opzichte van de vraag is. De kinderopvangmarkt is een jonge markt
met in de afgelopen jaren een enorme stijging van de vraag, die nu aan het
afvlakken is. Deze afvlakking biedt perspectief, maar betekent niet dat de markt
in evenwicht is. Bovendien zorgt het gebrek aan transparantie ervoor dat ouders
moeilijk een goede afweging kunnen maken.
De afgelopen periode heb ik benut om mij intensief te oriënteren op de meest
effectieve maatregelen om balans tussen vraag en aanbod te herstellen. Ik heb
allereerst gekeken of het mogelijk is om met behulp van bestaande
toezichthouders de knelpunten op te lossen. De kinderopvangmarkt is zeer lokaal.
Uit de onderzoeken blijkt dat de toetredingsbelemmeringen niet heel hoog zijn,
maar door lokale omstandigheden worden beïnvloed. Mij is gebleken dat ingrijpen
met behulp van het instrumentarium van een op mededingingsleest geschoeide
toezichthouder vermoedelijk weinig effectief is. Voor een toezichthouder als
bijvoorbeeld de NMa is het vrijwel onmogelijk om lokaal vast te stellen dat een
ondernemer duurzaam misbruik maakt van zijn machtspositie, omdat er bijna
altijd in ieder geval in theorie- een nieuwe toetreder op de markt kan komen.
Dat is een belangrijke vereiste om eventuele prijsingrepen van een dergelijke
toezichthouder te kunnen rechtvaardigen. Een andere mogelijkheid, die ik in
overweging heb genomen, is het betrekken van de Consumentenautoriteit. De
Consumentenautoriteit ziet wel toe op de belangen van de consument maar heeft
geen mogelijkheid om direct in te grijpen om de marktwerking van de
kinderopvangsector te verbeteren.
Aangezien een toezichthouder de geconstateerde knelpunten niet oplost, kies ik
voor een oplossing die nauw aansluit bij het specifieke karakter van de
kinderopvangmarkt en die de kracht van de bestaande instituties benut en
versterkt. Mijn oplossingsrichting combineert de aanpak van de kern van het
probleem door capaciteitsverbetering en het vergroten van de transparantie, met
Pagina 4 van 7
Datum
een veel stevigere positie van ouders richting ondernemers. Ondernemers zullen
worden gedwongen uitleg te geven wanneer hun prijsontwikkeling uit de pas loopt Onze referentieKO/175225
en ouders krijgen instrumenten in handen om zich hier tegen te wapenen.
Concreet neem ik de volgende maatregelen:
· Capaciteitsverbetering: het Netwerkbureau wordt gericht ingezet om de
wachtlijsten lokaal te verminderen
· Transparantie prijs/kwaliteit: BOinK maakt met behulp van een subsidie de
prijs en kwaliteit voor ouders beter inzichtelijk via een website
· Versterking positie van ouders: in de gevallen waarin ondernemers een
machtspositie misbruiken door oneigenlijke prijsstijgingen af te kondigen
en/of ouders te dwingen meer contracturen af te nemen, zorg ik voor een
verbeterde positie van ouders. Dit doe ik aan de hand van de volgende
maatregelen:
- Het instellen van een ter zake kundig adviesorgaan voor ouders, dat
ouders ondersteunt bij het beoordelen of een stijging in prijs en/of
contracturen reëel is.
- Het aanscherpen van het klachtrecht in het geval de ondernemer een
advies van de oudercommissie over prijzen, contracturen en
openingstijden niet overneemt. Mijn voornemen is om de
klachtenkamer over deze onderwerpen een bindende uitspraak te
laten doen.
- Het bieden van betere bescherming voor leden van de
oudercommissies, zodat zij niet bang hoeven te zijn hun kindplaats te
verliezen als zij een klacht tegen de ondernemer indienen.
Over de laatste drie punten, die vallen onder de versterking van de positie van
ouders, ben ik nog in overleg met het veld. De maatregelen worden hieronder
verder beschreven.
Capaciteitsverbetering
In mijn brief van 8 oktober jl. heb ik u geïnformeerd over de maatregelen die ik
neem om de sector te ondersteunen bij het uitbreiden van de capaciteit. Zo is in
2008 het Netwerkbureau Kinderopvang opgericht om het kinderopvangveld te
ondersteunen bij het wegwerken van de wachtlijsten. Inmiddels is het
Netwerkbureau Kinderopvang voortvarend aan de slag. Het Netwerkbureau zal
onder andere gericht bij gemeenten langsgaan waar knelpunten zijn in de
capaciteit van kinderopvang. Het Netwerkbureau Kinderopvang zal bij het
bezoeken van gemeenten aandacht besteden aan signalen die erop duiden dat
kinderopvanginstellingen ouders dwingen om extra uren af te nemen.
Mochten er signalen zijn dat in een bepaalde gemeente gedwongen urenafname
plaatsvindt dan zal het Netwerkbureau deze gemeenten met voorrang bezoeken.
Het Netwerkbureau streeft er vervolgens naar om vraag naar en aanbod van
opvang in de specifieke lokale situatie dichterbij elkaar te brengen.
Transparantie prijs/kwaliteit
Ik heb subsidie verleend aan BOinK voor het project vergelijkingssite
`Kinderopvangkaart'. Doel van de Kinderopvangkaart is het vergroten van de
transparantie in de kinderopvangmarkt, waardoor gebruikers duidelijk inzicht
krijgen in de kwaliteit die kinderopvangorganisaties bieden, hoe de prijs die zij
daarvoor vragen is opgebouwd en daarmee ook op de vraag of deze prijs (en
Pagina 5 van 7
Datum
prijsverhogingen) gerechtvaardigd zijn. Ook openingstijden en het pakket van
uren of dagdelen die instellingen aanbieden, worden op de site gepresenteerd.
KO/175225
Hierdoor wordt het voor ouders mogelijk om kinderopvanginstellingen met elkaar
te vergelijken en een gefundeerde keuze te maken. Deze website zal de positie
van de ouders verbeteren en het kinderopvangveld transparanter maken. De
website moet medio 2010 in de lucht zijn.
Daarnaast komt er in 2010 een Landelijk Register Kinderopvang voor
goedgekeurde kinderopvanginstellingen. Instellingen die aan de kwaliteitseisen
van de Wet kinderopvang voldoen worden in dit register opgenomen. Via het
register kunnen ouders ook de GGD-rapporten bekijken. Hierdoor wordt het voor
ouders makkelijker om te zien welke instellingen kwalitatief op orde zijn, en wat
het oordeel van de GGD over de instelling is.
Versterking positie van ouders
Naast maatregelen om de capaciteit in de sector te vergroten en te zorgen voor
extra transparantie via de kinderopvangkaart, wil ik het klachtrecht en de
medezeggenschap voor ouders en oudercommissies in de kinderopvang
verbeteren. Regelingen voor klachtrecht en medezeggenschap voor ouders en
oudercommissies maken deel uit van het kwaliteitsstelsel in de kinderopvang en
kunnen de positie van ouders versterken.
De Wet klachtrecht cliënten zorgsector (WKCZ), waaronder nu het klachtrecht van
de kinderopvang valt, wordt gewijzigd. Dit biedt de mogelijkheid om het
klachtrecht voor de kinderopvang in de eigen Wet kinderopvang te regelen. Bij de
hervorming van het klachtrecht zal ook de medezeggenschap door
oudercommissies worden betrokken. Vanwege deze wetswijzigingen ga ik met
partijen in het veld bespreken óf en wat er in het klachtrechtstelsel en de
medezeggenschap gehandhaafd dient te blijven dan wel moet worden aangepast.
Deze gesprekken hierover met het veld zijn momenteel gaande. Uitgangspunt is
om zoveel als mogelijk de harmonisatie met peuterspeelzalen hier ook bij te
betrekken, zodat voor ouders, oudercommissies en ondernemers in de
kinderopvangsector er een zo éénduidig mogelijk stelsel ontstaat.
Oudercommissies hebben momenteel onder andere een adviesrecht op de
prijsvorming en openingstijden. Ik ben voornemens ook de contracturen
hieronder te scharen, zodat oudercommissies kunnen adviseren op het beleid van
ondernemers ten aanzien van urenpakketten die ouders moeten afnemen.
Daarnaast stel ik een adviesorgaan in dat oudercommissies hulp kan bieden om te
beoordelen of een stijging van contracturen en/of prijzen reëel is. Een
oudercommissie kan op basis van informatie van dit orgaan, een goed
onderbouwd advies uitbrengen over het prijs- en contracturenbeleid van de
ondernemer. De Belangenvereniging van Ouders in de Kinderopvang (BOinK) zal
hierbij nauw worden betrokken.
Mocht een ondernemer besluiten het advies van de oudercommissie te negeren,
dan kan een oudercommissie een klacht indienen bij een klachtenkamer. De
uitspraken van deze klachtenkamer zijn momenteel niet bindend. Ik ben
voornemens uitspraken over prijs, openingstijden en contracturen wel bindend te
laten zijn.
Pagina 6 van 7
Datum
Dit betekent dat ondernemers worden gedwongen om hun prijzen, openingstijden
KO/175225
en contracturen toe te lichten. Het is niet zo dat de klachtenkamer (en/of het
adviesorgaan) kan bepalen wat de uurprijs, openingstijden of contracturen
moeten zijn. Dat zou te diep ingrijpen op privaatrechtelijke contracten. Overigens
gaat er van de maximumuurprijs, waarover de toeslag wordt berekend, al een
regulerende werking uit.
Daarnaast wil ik leden van een oudercommissie enige vorm van bescherming
bieden tegen het verlies van hun kindplaats. Er bereiken mij namelijk signalen dat
ouders van oudercommissies die een klacht (willen) indienen tegen een
ondernemer gedreigd worden met het verbreken van het contract. Zowel over de
invulling van het klachtrecht als over de versteviging van de positie van leden van
de oudercommissie ben ik in gesprek met het veld. Medio 2010 zal een voorstel
voor wijziging van het klacht- en medezeggenschapsrecht aan u worden
aangeboden.
5. Slot
Al deze maatregelen zullen de positie van ouders in de kinderopvang versterken.
Daarmee geef ik op een gerichte en effectieve manier invulling aan de intentie
van de aangenomen moties. Ik ben ervan overtuigd dat mijn keuze voor
bovenbeschreven maatregelen het beste aansluit bij de huidige situatie in de
branche en bijdraagt aan het oplossen van de knelpunten. Uiteraard zal ik de
ontwikkelingen met betrekking tot prijsvorming, contracturen en rendementen
scherp blijven volgen en uw Kamer daarover blijven informeren. Indien dat
noodzakelijk blijkt, zal ik vanzelfsprekend nog verdergaande maatregelen aan uw
Kamer voorstellen.
de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Sharon A.M. Dijksma
Pagina 7 van 7