Rechtbank Assen


Opvang 24 minderjarige vreemdelingen Gieterveen mag doorgaan

In geschil is de vraag of verweerder ontheffing van het bestemmingsplan heeft mogen verlenen op grond van artikel 3.23 van de Wro voor het bieden van opvang aan amvâs. Op het betreffende perceel rust de bestemming âVerblijfsrecreatieve Doeleindenâ. Verzoekers hebben zich op het standpunt gesteld dat verweerder niet bevoegd was tot het verlenen van een ontheffing op grond van artikel 3.23 van de Wro, nu uit artikel 4.1.1. Bro volgt dat alleen ontheffing kan worden verleend voor bouwwerken en in het onderhavige geval de ontheffing ziet op het gehele perceel. De voorzieningenrechter is echter van oordeel dat artikel 4.1.1., onder i, van het Bro, niet enkel ziet op (het gebruik van) bouwwerken.

Met betrekking tot de door verweerder gemaakte belangenafweging overweegt de voorzieningenrechter dat gelet op de vigerende bestemming âVerblijfsrecreatieve Doeleindenâ niet is gebleken dat de ruimtelijke impact en uitstraling op het gebied van de opvang van amvâs wezenlijk verschilt van die van bijvoorbeeld recreërende jongeren. De voorzieningenrechter benadrukt dat in het kader van het verlenen van een dergelijke ontheffing de ruimtelijke inpasbaarheid en de ruimtelijke gevolgen van het project op het betreffende gebied bepalend zijn. De argumenten van de verzoekers dat er overlast wordt gevreesd en het leven in het dorp, gelet op angst voor de gedragingen van de amvâs, aanzienlijk zal wijzigen, treffen om die reden geen doel.

LJ Nummer

BL1941

Bron: Rechtbank Assen
Datum actualiteit: 4 februari 2010 Naar boven