MinAZ.nl
Brief aan Tweede Kamer over het rijksbrede communicatiebeleid
Kamerstuk | 04-02-2010
In een brief aan de Tweede Kamer reageert de minister-president op de
motie van de Kamerleden Remkes (VVD) en Bosma (PVV) over de
departementale persvoorlichters en woordvoerders.
De geachte afgevaardigden Remkes en Bosma hebben het kabinet gevraagd
de Kamer "nader te rapporteren inzake de uitvoering van de aanbeveling
tot formatiereductie met betrekking tot departementale
persvoorlichters en woordvoerders" (motie 32123 VIII, nr. 75 op 30
november 2009). Dit gelet op het advies van de commissie-Brinkman
inzake het persbeleid en de omvang van de departementale
voorlichtingsapparaten (23 juni 2009).
Zoals aangegeven door minister Plasterk bij brief van 18 januari 2010
zal ik op dit onderwerp nader ingaan, gezien mijn verantwoordelijkheid
voor het rijksbrede communicatiebeleid.
Recht op communicatie en informatie
Het medialandschap is de afgelopen jaren sterk veranderd. Niet alleen
het aantal soorten media groeit explosief, ook de snelheid van nieuws
en berichtgeving heeft een grote vlucht genomen. Het kabinet ziet zich
hierdoor gesteld voor een taak en een uitdaging: streven naar
transparante communicatie tussen overheid en burger die tijdig en
volledig is. Hoofddoel van de communicatie van de Rijksoverheid is
immers voldoen aan het recht van de burger op communicatie met en
informatie van de Rijksoverheid en het ondersteunen van goed
democratisch bestuur.
In de afgelopen jaren is veel aandacht besteed aan de
professionalisering van de overheidscommunicatie. Basis daarvoor
vormen de adviezen van de commissie Toekomst Overheidscommunicatie
(2001) en de taakanalyse van de Gemengde Commissie Communicatie
(2005) . Deze rapporten en de kabinetsreacties daarop zijn besproken
met uw Kamer (zie Kamerstuk 2001-2002, 26387, nr. 12, Tweede Kamer, en
Kamerstuk 2004-2005, 29362, nr. 47, Tweede Kamer).
De aanbevelingen zijn de afgelopen jaren in de praktijk vertaald. Zo
wordt er structureel onderzoek gedaan naar wat onder burgers leeft. De
directies Communicatie zijn inmiddels zo georganiseerd dat zij 24 uur
per dag en 7 dagen per week aanspreekbaar zijn voor de media. De
publieksvoorlichting is verbeterd. Bij een groot aantal
overheidsorganisaties is of wordt ten behoeve van de herkenbaarheid
het rijksbrede logo ingevoerd. Ook is de inzet van nieuwe media sterk
verbeterd. Deze professionalisering is een reactie op de eisen die de
samenleving stelt.
Ontwikkeling van de communicatiefunctie
De veranderingen hebben de laatste jaren ook de discussies over de
inrichting van de communicatiefunctie binnen het Rijk beïnvloed. In
het kader van het programma Vernieuwing Rijksdienst wordt gewerkt aan
verdergaande samenwerking, zodat met minder mensen de gevraagde taken
toch op niveau kunnen blijven worden uitgevoerd. In 2011 zal de
formatie van de communicatiedirecties bij de Rijksoverheid gemiddeld
met meer dan 20% zijn afgenomen. Het takenpakket van woordvoerders en
persvoorlichters wordt steeds uitgebreider. Ze bedienen al lang niet
meer alleen de parlementaire pers en deadlines zijn er voor hen
'24/7'. Daarnaast leveren zij een steeds grotere bijdrage aan de
activiteiten van de overheid op internet. De zogenaamde web 2.0
toepassingen komen er als 'kanalen van de overheid' bij, maar gaan de
traditionele zeker niet vervangen. Opgemerkt zij overigens dat het
aantal woordvoerders per departement/bewindspersoon verschilt. De
samenstelling van een directie Communicatie is een departementale
verantwoordelijkheid. Deze hangt onder andere samen met taken,
speelveld en omgeving van het betreffende departement.
Keuzes maken en samenwerken
De trend is er één van krimp, keuzes maken en samenwerken. De
strategische, nauw aan het departementale beleidsproces gelieerde
communicatietaken worden op het departement uitgevoerd in compacte,
strategische directies. Andere taken worden zoveel mogelijk rijksbreed
georganiseerd. Met de uitvoering van dit plan wordt ingezet op een
slankere (departementale) communicatiediscipline, die flexibeler en
eenduidiger werkt. Door interdepartementale samenwerking worden vitale
communicatietaken die door de taakstelling anders departementaal
onvoldoende uitvoerbaar zouden worden, gewaarborgd.
Waarborgen overheidscommunicatie
Vrijheid van meningsuiting en vrije nieuwsgaring vormen hoekstenen in
onze democratische samenleving. Overheidscommunicatie moet hieraan
dienstbaar zijn. De communicatiediscipline werkt daarom met de
zogenoemde 'uitgangspunten overheidscommunicatie' (Kamerstuk
2001-2002, 26387, nr. 12, Tweede Kamer, de bijlage). Deze omvatten
waarborgen voor juiste en evenwichtige communicatie door de overheid
waarin proportionaliteit, herkenbaarheid en een feitelijke toon een
belangrijke rol spelen.
Ik ga er vanuit u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.
DE MINISTER-PRESIDENT, Minister van Algemene Zaken,
mr.dr. J.P. Balkenende
De commissies zijn beter bekend onder de namen van hun
voorzitters, respectievelijk de commissie-Wallage en
commissie-Wolffensperger.