Partij van de Arbeid

Den Haag, 3 februari 2010

Bijdrage lid Depla (PvdA) aan plenaire behandeling wetsvoorstel wijziging sectorvakken vmbo

Gesproken woord geldt!

Voorzitter
Vmbo-ers kunnen meer dan we denken. Maar we moeten ze wel de kans geven om het beste uit zichzelf te halen, hun talenten te ontwikkelen. Hoe? Door de leerling centraal te stellen en niet het systeem. Door maatwerk te leveren dat rekening houdt met de verschillen tussen de leerlingen. Door leerlingen te laten leren in een omgeving waar ze welkom zijn, zich geborgen en veilig voelen, waar structuur is en waar iets van hen geëist wordt. Waar kwaliteit van het onderwijs en van de docenten vanzelfsprekend is. Waar jongeren beter worden voorbereid op het vervolgonderwijs en het onderwijs beter aansluit bij de wensen en behoeften van de arbeidsmarkt. Voorzitter
We moeten zuinig zijn op de vmbo-leerlingen, ze vormen een belangrijk en onontbeerlijk deel van de maatschappij van morgen.

Voorzitter
Om die kwaliteit van het onderwijs vanzelfsprekend te laten zijn heeft dit kabinet ingezet op het aantrekkelijker maken van het vak leraar, het opschroeven van de eisen aan de lerarenopleiding door het vaststellen van referentieniveaus voor taal en rekenen, en op het eerder aanpakken van zwakkere scholen. Aanpakken door het bieden van hulp en als dat niet snel genoeg werkt door aanwijzingen en bekostigingsmaatregelen.

Het wetsvoorstel dat we vandaag bespreken maakt meer maatwerk mogelijk. Keuzevrijheid en doorstroommogelijkheden van leerlingen worden groter. Dat is nodig. Leerlingen kunnen nu op 133 verschillende manieren met een diploma het vmbo verlaten. Juist hierdoor zijn er allerlei schotten ontstaan tussen leerroutes en opleidingen waardoor de keuzemogelijkheden voor leerlingen eerder beperkt dan uitgebreid worden. Ook belemmeren de schotten scholen die nieuwe programma's aan willen bieden die jongeren verleid te kiezen voor opleidingen waarmee ze bredere mogelijkheden en kansen voor de arbeidsmarkt hebben. Iedereen weet dat het aantal techniek leerlingen terugloopt En juist daar is op de langere termijn meer werk. Het omgekeerde geldt voor de administratieopleidingen. Het wetsvoorstel geeft meer keuzemogelijkheden omdat er per sector maar één vak verplicht wordt (naast Nederlands en Engels). Scholen krijgen zo meer ruimte om programma's en leerwegen aan te bieden die aansluiten bij hun onderwijsvisie en waaraan de leerlingen behoefte hebben. Voorwaarde is dat de basiskennis (kerncurriculum) gegarandeerd is en dat programma's afgestemd zijn op de wensen van het regionaal bedrijfsleven. Deze vrijheid is een recht, geen plicht. Scholen mogen ook vasthouden aan de huidige indeling van sectoren.

Het wetsvoorstel wat we vandaag bespreken zet een stap in de goede richting is. Daarom steunen we het.

Voorzitter, maar de PvdA heeft wel twee amendementen , samen met collega Biskop van het CDA, ingediend. De PvdA vindt het belangrijker om leerlingen gedegen voor te bereiden op de arbeidsmarkt dan een uniform stelsel. De afname van het aantal leerlingen dat techniek kiest, staat haaks op de nog altijd goede arbeidsmarktperspectieven voor de technisch opgeleiden. Een belangrijke manier om jongeren te interesseren is dat we ze goed voorbereiden op de vervolgopleiding.

Daarom wil de PvdA bij de sector techniek voorstellen dat een leerling naast wiskunde moet kiezen voor een vak scheikunde of natuurkunde (net als bij havo en vwo profielkeuzevakken ). Hiervoor hebben we samen met collega Biskop een amendement ingediend. Het bezwaar dat als we meer eisen stellen, we mensen afschrikken overtuigt ons niet. In tegendeel. Net als bij oplossen van het tekort aan docenten ga je niet de eisen verlagen maar juist verhogen. Het is een misverstand dat je jongeren in het onderwijs verleidt tot hogere prestaties als je lat lager legt. Het tegendeel is het geval. In het amendement regelen we ook dat het verplichte sectorvak voor het groen wiskunde of biologie is. Op die manier vergroten we de mogelijkheden om door te stromen naar andere technische mbo-opleidingen

Ten tweede een amendement met collega Biskop van het CDA om de vakken geen NASKI of NASKII te noemen maar natuurkunde en scheikunde. Hoeft geen toelichting. Niemand weet wat NASKI of NASKII is. Natuurkunde en scheikunde kennen we wel allemaal. En het argument dat natuurkunde ook elementen van scheikunde heeft en andersom is niet nieuw. Immers atomen en elektronen komen voor bij de natuurkunde en bij de scheikunde. Er bastaan geen goede argument enom de onbegrijpelijke termen te handhaven

Willen we de vmbo'ers tot hun recht laten komen, dan moeten we ruim baan geven aan hun talent!

Persvoorlichting Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid Plein 2
Postbus 20018
2500 EA Den Haag