Rechtbank Almelo
Ontslag burgemeester Dinkelland blijft in stand
Almelo, 1 februari 2010 - De rechtbank Almelo heeft vandaag uitspraak
gedaan in het bestuursrechtelijke geschil tussen de heer W. en de
Kroon. De heer W. had beroep ingesteld tegen zijn ontslag als
burgemeester van de gemeente Dinkelland. De rechtbank oordeelt dat de
Kroon in redelijkheid tot het ontslag heeft kunnen komen.
Aanleiding en procesverloop
In een collegevergadering van 29 oktober 2007 hebben de wethouders van
de gemeente Dinkelland het vertrouwen in burgemeester W. opgezegd. Op
20 november 2007 heeft de gemeenteraad een motie over de blijvend
verstoorde verhouding tussen de raad en de burgemeester aanvaard. Bij
koninklijk besluit is de heer W. met ingang van 1 maart 2008 eervol
ontslag verleend als burgemeester van de gemeente Dinkelland.
Hiertegen heeft de heer W. op 7 april 2008 bezwaar gemaakt en op 13
november 2008 beroep ingesteld. Nadat beroep- en verweerschriften
waren ingediend, is de zaak op 23 november 2009 behandeld ter openbare
zitting van de meervoudige kamer van de rechtbank Almelo. De rechtbank
heeft het onderzoek op 17 december 2009 gesloten.
Standpunt eiser
De heer W. is van mening dat het ontslagbesluit niet in stand kan
blijven. Op zijn bezwaar tegen het ontslag is besloten door de
Minister zonder dat deze daartoe door de Kroon was gemachtigd. De
werkelijke reden voor het ontslag zou niet zijn gelegen in zijn
verstoorde verhouding met de gemeenteraad, maar in het conflict binnen
het college van burgemeester en wethouders. Hierbij zou het met name
gaan om integriteitskwesties waarbij wethouders waren betrokken.
Verder is de heer W. van mening dat de Commissaris van de Koningin te
weinig heeft gedaan om bij het conflict te bemiddelen.
Standpunt verweerder
De Kroon meent dat het besluit op bezwaar rechtens juist is. Het
college van burgemeester en wethouders wordt gecontroleerd door de
gemeenteraad. Als de gemeenteraad het vertrouwen in een lid van het
college opzegt, dan is staatsrechtelijk het vertrek van die persoon
geboden. Uit de stukken is de Minister gebleken dat de bestuurbaarheid
van de gemeente in het geding was. Uit het dossier blijkt voldoende
dat sprake was van verstoorde verhoudingen. De procedure is zorgvuldig
verlopen.
Oordeel en motivering rechtbank
De rechtbank Almelo is van oordeel dat de Kroon in redelijkheid heeft
kunnen komen tot het ontslag.
De gemeenteraad is het aangewezen orgaan om te bepalen of sprake is
van een verstoorde verhouding tussen raad en burgemeester. In dit
geval heeft de gemeenteraad van Dinkelland vastgesteld dat sprake is
van een verstoorde verhouding met burgemeester W.. Daarbij heeft de
gemeenteraad niet alleen gekeken naar de crisis binnen het college van
burgemeester en wethouders. De gemeenteraad heeft de continuïteit van
het bestuur van de gemeente vooropgesteld. De integriteitskwestie van
de wethouders was niet het enige dat een rol speelde.
De rechtbank vindt in dit verband de opvatting van de Commissaris van
de Koningin belangrijk. De Commissaris van de Koningin heeft onderzoek
laten doen naar de integriteit van de wethouders. Hieruit werd
weliswaar geconcludeerd dat de burgemeester zich zorgen kon maken over
het handelen van individuele wethouders, maar die gevallen waren reeds
afgehandeld. Volgens de Commissaris van de Koningin heeft de heer W.
zijn zorgen pas aan de raad geuit nadat zijn eigen positie ter
discussie kwam te staan. Hij heeft zich daarbij zo negatief uitgelaten
over de wethouders dat hij daarmee definitief het vertrouwen van de
raad heeft verloren.
De gemeenteraad heeft een aanbeveling gedaan tot ontslag van
burgemeester W.. Van die aanbeveling mag alleen worden afgeweken als
er zwaarwegende gronden zijn. Volgens de rechtbank mag in redelijkheid
worden aangenomen dat die zwaarwegende gronden niet bestaan.
Wel heeft de rechtbank geoordeeld dat de Minister van Binnenlandse
Zaken een vormfout heeft gemaakt. De Minister heeft zelf beslist over
het bezwaar dat de heer W. had gemaakt tegen het ontslag. Dit had niet
de Minister moeten doen, maar de Kroon. Deze vormfout is echter tijdig
hersteld. De rechtbank vernietigt daarom de beslissing op bezwaar,
maar laat de rechtsgevolgen in stand. Dit betekent dat het ontslag van
kracht blijft.
Hoger beroep
De heer W. kan tegen de uitspraak in hoger beroep bij de Centrale Raad
van Beroep.
LJ Nummer
BL1513
Zie het origineel
Bron: Rechtbank Almelo
Datum actualiteit: 1 februari 2010 Naar boven