MBO raad

Ronde tafelgesprek toekomst van de rugzak in het mbo

26-01-2010 - De Tweede Kamer organiseert donderdag 28 januari een apart ronde tafelgesprek over de toekomst van 'de rugzak' in het mbo; de indicatiesystematiek voor Leerling Gebonden Financiering (LGF). De MBO Raad en de AOC Raad willen deze gelegenheid benutten om de Tweede Kamerleden een breder inzicht te bieden in de positie van het mbo als het gaat om jongeren met een zorgbehoefte. Hiertoe hebben de beide organisaties zeven stellingen geformuleerd.

Het ronde tafelgesprek is onderdeel van de voorbereiding voor de wetgeving over passend onderwijs. Eerder organiseerde de Tweede Kamer (commissie OCW) een aantal hoorzittingen met betrokkenen uit het primair en voortgezet onderwijs en Regionale Expertise Centra.

De MBO Raad en de AOC Raad zien voordelen in de afschaffing van de LGF-systematiek, zoals meer mogelijkheden voor maatwerk en minder bureaucratie. Maar er zijn ook risico's aan verbonden, omdat er nog geen duidelijkheid is over de toekenning en de verdeling van de middelen. Dit probleem wordt nog urgenter omdat de diversiteit aan zorgvragen toeneemt, terwijl tegelijkertijd steeds meer gewicht wordt gegeven aan rendementscijfers en de zorgmiddelen in vergelijking met het vmbo substantieel lager zijn.

Zeven stellingen
De MBO Raad en AOC Raad hebben de volgende stellingen geformuleerd voor het ronde tafelgesprek in de Tweede Kamer:
1. In het mbo is al sprake van passend onderwijs. Het betreft in ieder geval een bredere groep dan
de LGF-geïndiceerden.

2. MBO Raad en AOC Raad staan niet negatief tegenover de afschaffing van de huidige
indicatiesystematiek. Voordelen zijn:
a. Werken vanuit handelingsgerichte diagnostiek (meer mogelijkheden voor maatwerk).
b. Afschaffing verplichte winkelnering bij de rec's (minder bureaucratie).

3. Er zijn ook risico's: onduidelijkheid over toekenning en verdeling van de middelen. Goed overleg is
noodzakelijk, met een zo hoog mogelijke efficiëntie als uitgangspunt.

4. De toenemende diversiteit aan zorgvragen maakt de problematiek rond de zorg in de mboinstellingen
steeds ingewikkelder, wat nog verzwaard wordt door het toenemende gewicht van
rendementscijfers.

5. In vergelijking met het vo zijn de zorgmiddelen in het mbo substantieel lager. Een vergelijkbare
zorg als in het vo is daarmee onrealistisch.
6. De verschillende ketenpartners werken aan een gezamenlijke doelstelling. Ieders
verantwoordelijkheid daarbij moet helder geformuleerd en geformaliseerd zijn.

7. Extra voorzieningen zijn nodig voor de arbeidsmarkttoeleiding die van het mbo gevraagd wordt.

Meer informatie
Het overleg op 28 januari 2010 is van 11.00 tot 12.45 uur, onder de titel 'Toekomst van de rugzak in mbo'. Het is ook digitaal te volgen, via de website van de Tweede Kamer, ('Troelstrazaal').

Bron/Auteur: Webredactie