Universiteit Leiden

Leidse fotocollectie in Haags fotomuseum

'Als fotografie je passie is, kun je geen mooiere baan hebben dan deze.' Zaterdag 23 januari werd in het Fotomuseum Den Haag 'Fotografie! Een Bijzondere Collectie van de Universiteit Leiden' geopend, de eerste grote tentoonstelling van drs. Maartje van den Heuvel in haar functie van conservator van de Leidse collectie. Ze maakt de opmerking over haar baan als we op weg zijn naar haar werkkamer, een royale, wat rommelige ruimte met veel stapeltjes en mapjes, en een kloeke houten tafel. Weerstand Hoogleraar Kunstgeschiedenis Hans van de Waal had in 1953 heel wat weerstand te overwinnen toen hij bij de Universiteit Leiden begon met het aanleggen van een fotocollectie - als onderdeel van het Prentenkabinet. Die weerstand kwam zowel uit de academische als uit de artistieke wereld: men verlaagde zich toch niet tot zoiets? Maar Van de Waal stoorde zich er niet aan en de tijd heeft hem gelijk gegeven.

Fotografie als kunst
De Leidse collectie is buitengewoon waardevol als wetenschappelijke collectie. Als vorm van kunst is de fotografie nog erg jong én omstreden: pas in de jaren zestig (Verenigde Staten) en zeventig (Nederland) begonnen musea mondjesmaat fototentoonstellingen in te richten. Illustratief in dit verband is dat de vier fotomusea die Nederland kent - Foam en Huis Marseille, beide in Amsterdam, het Nederlands Fotomuseum in Rotterdam en Fotomuseum Den Haag, - pas in de jaren negentig van de vorige eeuw of later zijn opgericht. Het Haagse museum, waarmee de Universiteit Leiden nauw samenwerkt, kwam er in 2002, als onderdeel van het Gemeentemuseum.

Particuliere collecties
Het feit dat Van de Waal in Leiden in redelijk tempo aan de opbouw van de collectie kon werken, kwam mede omdat er al wel langer particuliere collecties bestonden; de Leidse universiteit kon als pionier op het gebied van de publieke fotocollectie, een aantal van deze collecties, al of niet bij vererving, verwerven. De collectie begon zelfs met een verzameling, namelijk die van de Hagenaar Auguste Grégoire. Hij vroeg Van der Waal zich erover te ontfermen toen hij het met minder woonruimte moest gaan doen.

Ontwikkeling van de fotografie
Het was Van de Waals uitdrukkelijke doel dat de verzameling de ontwikkeling van het medium fotografie in beeld bracht. 'Daardoor hebben we voorbeelden van bijna alle procedés in huis', zegt Van den Heuvel. 'En heel veel fotografica, dat zijn de apparatuur en de hulpmiddelen die fotografen gebruikten.' Een voorbeeld is het houten, met verf besmeurde toestel van Breitner, die zich als schilder liet inspireren door de nieuwe visuele mogelijkheden van de fotografie. Van den Heuvel was ook zeer blij verrast te ontdekken dat een origineel exemplaar van het boek uit de 16e eeuw waarin voor het eerst een tekening was opgenomen van het camera obscura-principe - het optische principe waar de fotografie gebruik van maakt - zich in de Bibliotheca Thysiana aan het Rapenburg bleek te bevinden. De totale fotografische collectie bevat ongeveer 120.000 items.

Uitsnede
De richting die grondlegger Van de Waal koos, komt tot uiting in de tentoonstelling. Die is een uitsnede geworden van de collectie, op basis van artistieke motieven, zoals engagement en intimiteit, waarbij oude en recente foto's bij elkaar worden getoond. Daarbij wordt ook de internationale context geschetst. De tentoonstelling bevat foto's van onder meer Emmy Andriesse, Henri Berssenbrugge, Paul Citroen, Diane Arbus, Piet Zwart, Paul Schuitema, Rineke Dijkstra, Cas Oorthuys, Julia Margaret Cameron, Edward Curtis en Richard Avedon.

Artistieke kwaliteit
Bij de selectie van foto's was de beeldende kwaliteit doorslaggevend. Een onvermijdelijke leemte zijn de originelen van de vroegste zoutdrukken. Er bevinden zich voorbeelden in de collectie maar deze zijn dermate kwetsbaar dat ze alleen voor wetenschappelijke doeleinden, in aangepaste fysische omstandigheden, bekeken kunnen worden. Hendriks Kerstens
Een bijzonder onderdeel van de tentoonstelling is de complete serie van 45 portretten die fotograaf Hendrik Kerstens in de loop van de jaren maakte van zijn inmiddels 22-jarige dochter Paula. De meest recente foto's doen op het eerste gezicht sterk denken aan oude schilderijen, in het bijzonder aan die van de Vlaamse primitieven - die nog zo primitief niet waren - uit de 15e en begin 16e eeuw maar bij nadere beschouwing blijkt het suggestie te zijn, op basis van vorm, stijl en techniek. De internationaal bekende Kerstens maakt zijn foto's gewoon thuis, met af en toe een weinig flitslicht maar nauwelijks andere technische hulpmiddelen. De Universiteitsbibliotheek heeft alle 45 portretten en zal, volgens afspraak met Kerstens, ook de volgende portretten verwerven.

Scheppingsproces
Hoewel foto's net als literatuur eindeloos te vermenigvuldigen zijn, is er een belangrijk verschil: waar bij literatuur het boek zelf veelal uitsluitend de drager is van het artistieke werk, maakt bij een foto het afdrukken ervan deel uit van het scheppingsproces. De aankoop van een foto ten behoeve van collecties of museale doeleinden, betreft dan ook altijd een door de fotograaf zelf, of onder zijn goedkeurend oog, vervaardigde afdruk: de foto exact zoals die door de fotograaf was of is bedoeld. Dat bepaalt mede de prijs van originele foto's die kan oplopen tot tienduizenden euro's of dollars. Catalogus en lezingen
Bij de tentoonstelling hoort de schitterende door Van den Heuvel en Wim van Sinderen, conservator van Fotomuseum Den Haag, samengestelde en geschreven catalogus Photography! A Special Collection at Leiden University. Rond de tentoonstelling wordt tevens een aantal lezingen gehouden in de Leidse Universiteitsbibliotheek. Enkele van deze lezingen gaan over objecten die vanwege hun kwetsbaarheid het gebouw niet uitkomen. Daarnaast is het de bedoeling om via de tentoonstelling in Den Haag, de belangstelling voor de Leidse collectie aan te wakkeren.

Vrouwen
Van den Heuvel raakte bevlogen door de fotografie tijdens haar studie Kunstgeschiedenis aan de Universiteit Utrecht. 'Fotografie is een manier om de realiteit uit het dagelijks bestaan te lichten', zegt ze. 'En daar raakte ik door gefascineerd.' Opvallend aan de fotografie is dat vrouwen er, meer dan in de andere beeldende kunsten, een prominente rol in spelen. Vrouwelijke fotografen vinden internationaal erkenning. In Leiden is die lijn doorgetrokken met de aanstelling van de tweede vrouwelijke conservator in successie, waarbij leeftijd ook al geen beletsel was: Van den Heuvel zelf trad aan als dertiger en volgde dr. Ingeborg Leijerzapf op die zelfs als twintiger werd aangesteld. Een gedurfde en verfrissende koers. Photography! A special Collection at Leiden University Leiden University/The Hague Museum of Photography
ISBN 978 90 89101 91 4/NUR653