Gemeente Utrecht
2009 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
132 Vragen van de heer P. Zwanenberg en dhr. T.W. Schipper
(ingekomen 4 december 2009
en antwoorden verzonden door het college op 26 januari 2010)
Schriftelijke vragen inzake complex 507
Sinds 2008 loopt het project om van Utrecht-West de eerste energieneutrale wijk van onze stad te maken. Dit project wordt gesteund door de gemeente Utrecht, woningcorporaties Bo-Ex en Mitros, Econcern, Eneco, Home Automation Europe, Natuur en Milieufederatie en Wijkbureau West. Nu heeft Bo-Ex onlangs expliciet gesteld dat de 354 woningen van complex 507, wat zij in beheer hebben, niet wordt aangepakt volgens de richtlijnen van dit project. Dit betekent tevens dat de bewoners van het complex niet meeprofiteren van de voordelen die bijvoorbeeld goede isolatie biedt voor hun energieverbruik en daarmee hun huishoudportemonnee. Hoewel Bo-Ex onlangs heeft toegezegd weer in gesprek te willen gaan over de toekomst van het complex vinden GroenLinks en de SP het ongelofelijk dat ze de woningen blijven uitsluiten van energiebesparende maatregelen. Dat leidt bij onze fracties tot de volgende vragen:
1. Is het college op de hoogte van deze opstelling van Bo-Ex?
Ja
2. Is het college het met ons eens dat je als je van West daadwerkelijk een energieneutrale wijk wilt maken één van de partners niet zomaar zo'n substantieel aantal woningen daarvan kan uitsluiten?
Ja. Echter, volgens ons is uitsluiting van de woningen niet aan de orde. Er zijn geen specfieke afspraken over de aanpak van woningen in het project Wijk West of complex 507 gemaakt. Bo-Ex heeft toegezegd een duurzame oplossing voor het complex te willen vinden dat op draagvlak bij de bewoners mag rekenen, maar waarbij de financiële haalbaarheid een belangrijke randvoorwaarde is. Bo-Ex is bereid nieuwbouw te ontwikkelen, in combinatie met renovatie van een gedeelte van het complex, waarbij zij hogere energienormen na zullen streven dan die nu wettelijk voor nieuwbouw gelden.
3. Is het college het met ons eens dat renovatie en energiebesparende maatregelen voor complex 507 juist hoognodig en wenselijk zijn?
Wij zijn ons ervan bewust dat in de toekomst de energielasten van de bewoners zullen stijgen en een substantieel deel van de woonlasten zullen uitmaken. Daarom zoeken wij de samenwerking met de woningbouwcorporaties om tot energiezuinigere woningen (bestaande en nieuwe) te komen. Het is echter aan de eigenaar van de woningen (Bo-Ex) de taak om te beoordelen of en binnen welke (financiële) randvoorwaarden renovatie en/ of sloop van de woningen de voorkeur heeft en daarvoor draagvlak bij de bewoners te vinden. Bo-Ex heeft aangekondigd opnieuw in gesprek te gaan met de bewoners van complex 507.
4. Wat betekent het uitsluiten van complex 507 voor het welslagen van het project Utrecht West energieneutraal?
Onafhankelijk van de toekomst van complex 50 zullen in wijk West flinke aantallen woningen energiezuiniger moeten worden om tot een energieneutrale wijk te komen. In wijk West staan 10.000 woningen en zullen een aantal nieuwe woningen worden gebouwd. Deze zullen met een combinatie van zowel technische maatregelen (aan de woning) als het verduurzamen van de energievoorziening in de wijk (biomassa, windenergie) tot 2030 hun CO2 uitstoot flink moeten verminderen om Wijk West in 2030 energieneutraal te laten zijn.
5. Welke activiteiten gaat het college ondernemen om er voor te zorgen dat bij álle woningen energiebesparende en liefst ook energieopwekkende maatregelen worden genomen?
De aanpak om tot een energieneutrale wijk te komen is gebaseerd op de samenwerking met betrokken partijen zoals de woningbouwcorporaties. De gemeente voert met alle betrokkenen gesprekken om tot een gezamenlijke aanpak te komen.
Echter, de gemeente neemt niet het voortouw om energiebesparende en energieopwekkende maatregelen te nemen, omdat de gemeente geen eigenaar van de woningen is. Wel probeert de gemeente de randvoorwaarden voor deelname te scheppen en een stimulerende aanpak te vinden, zodat zoveel mogelijke woningeigenaren gaan meedoen. In het eerste kwartaal van 2010 komen we op de concrete invulling hiervoor bij u terug.
6. Wanneer worden concrete voorstellen hierover aan de raad kenbaar gemaakt?
Zie vraag 5
---- --