Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
2010Z00848
Datum 25 januari 2010
Betreft Lijst van vragen van het lid Jasper van Dijk (SP) over afspraken
omtrent de kosten van het volgen van een tweede studie
Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het Kamerlid Jasper van Dijk van
uw Kamer inzake afspraken omtrent de kosten voor het volgen van een tweede
studie.
De vragen werden mij toegezonden bij uw bovenaangehaalde brief met
kenmerk 2010Z00848.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
dr. Ronald H.A. Plasterk
a
na 1 van 4
Pagi
Antwoorden op de schriftelijke vragen van het Kamerlid Jasper van Dijk (SP) van Datum
de Tweede Kamer der Staten-Generaal aan de minister van Onderwijs, Cultuur en 25 januari 2010
Wetenschap over afspraken omtrent de kosten voor het volgen van een tweede Onze referentie
studie (ingezonden d.d. 18 januari 2010 kenmerk 2010Z00848) HO&S/CBV/184603
1
Wat heeft u precies toegezegd aan de studentenorganisaties tijdens de
Studentenkamer in december jl. omtrent de kosten voor het volgen van een
tweede studie? 1)
Tijdens de Studentenkamer van 10 december 2010 heb ik gezegd er van uit te
gaan dat de instellingen zich aan de afspraak zullen houden die is neergelegd in
het Bekostigingsakkoord Hoger Onderwijs van 22 oktober 2007 dat indien een
student het getuigschrift behaalt, maar tegelijkertijd nog bezig is het met volgen
van een tweede opleiding, het recht op wettelijk collegegeld behouden blijft. De
studentenorganisaties is gevraagd `aan de bel te trekken' als zij dit anders
ervaren. In dat geval zal ik in overleg treden met de koepels. In principe zijn de
convenantpartners zelf verantwoordelijk voor wat zij met elkaar hebben
afgesproken en voor welke termijn die afspraken gelden. Daarbij ga ik er vanuit
dat deze afspraak in ieder geval voor drie jaar geldt.
2
Blijft het de komende drie jaar mogelijk om een tweede of derde bachelor te
volgen tegen wettelijk collegegeld, ook nadat de eerste bachelor is afgerond?
In het wetsvoorstel versterking besturing is voorzien dat een student die een
bacheloropleiding gaat volgen en nog geen graad Bachelor is verleend het
wettelijk collegegeld verschuldigd is. Indien de student die een bacheloropleiding
gaat volgen een graad Bachelor is verleend, is het instellingscollegegeld ver-
schuldigd. Uitzondering vormen de leraren- en gezondheidszorgopleiding. Voor
studenten die deze opleiding als tweede studie volgen en nog geen graad in die
sector is verleend, is alsnog het wettelijk collegegeld verschuldigd. Overigens
geldt de regeling voor bacheloropleidingen mutatis mutandis ook voor
masteropleidingen.
Indien een student een tweede of derde studie tegelijkertijd volgt, is voor het
volgen van de tweede/derde opleiding geen collegegeld verschuldigd. Na het
verlenen van de graad Bachelor voor een van beide opleidingen, kunnen de
andere (tweede/derde) opleiding gedurende de rest van het studiejaar tegen
wettelijk collegegeld vervolgd worden. Vanaf het nieuwe studiejaar is het
instellingscollegegeld verschuldigd.
In de overleggen die ik recent met VSNU en HBO-raad heb gevoerd is voor de
komende drie jaar afgesproken dat ik voor financiering van deze studenten een
subsidieregeling zal creëren en dat de universiteiten en hogescholen conform de
afspraak in het Bekostigingsakkoord een instellingscollegegeld gelijk aan het
wettelijk tarief zullen hanteren voor studenten die een parallel gestarte tweede
opleiding volgen. Ik ga er vanuit dat dit in voorkomende gevallen ook geldt voor
een derde studie, voor zover die parallel aan de eerste studie is gestart. Het is
natuurlijk niet de bedoeling dat studenten eindeloos opleidingen aan elkaar
`rijgen' door tijdens een tweede studie weer een derde te starten.
Pagina 2 van 4
Datum
3 25 januari 2010
Blijft het de komende drie jaar mogelijk om een tweede of derde master te volgen Onze referentie
tegen wettelijk collegegeld, ook nadat de eerste master is afgerond? HO&S/CBV/184603
Zie het antwoord op vraag 2.
4
In hoeverre worden hogescholen en universiteiten bekostigd voor studenten die
een tweede of derde bachelor volgen, nadat een eerste bachelor is behaald?
Conform de wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 die op 21 januari
2010 met de Tweede Kamer is besproken, telt een graad die is verleend aan een
student die al eerder een graad is verleend niet mee voor het berekenen van de
rijksbijdrage. Het zelfde geldt voor masteropleidingen. Tevens is de uitzondering
die bij de collegegeldsystematiek geldt voor leraren- of gezondheidszorg-
opleidingen hier van toepassing (Kamerstukken II 2009/2010, 31 288, nr. 74).
In overleg met VSNU en recent met HBO-raad is afgesproken bij wijze van
overgangsmaatregel een subsidieregeling te treffen op basis waarvan instellingen
vanwege het verlenen van een tweede graad een financiële vergoeding
ontvangen. Met het tijdelijk bekostigen van graden van parallel gestarte tweede
opleidingen kan de nieuwe bekostiging gefaseerd worden ingevoerd zodat de
instellingen er bij de interne allocatie van middelen rekening mee kunnen houden.
Tevens kan bezien worden of zich eventuele strategische gedragseffecten op
inschrijving van studenten voor parallel gestarte tweede studies als gevolg van de
invoering van bekostiging van één bachelor- en één masteropleiding voordoen. Bij
deze regeling gaat het voor universiteiten om het bekostigen van het behalen van
een tweede mastergraad. Bij hogescholen wordt vooral rekening gehouden met
het behalen van een tweede bachelorgraad. Deze regeling zal gelden voor 2011,
2012 en 2013. De regeling wordt gefinancierd uit het bestaande macrobudget. De
regeling zal medio 2013 geëvalueerd worden. Dit valt samen met de evaluatie
van het wetsvoorstel versterking besturing.
5
In hoeverre worden hogescholen en universiteiten bekostigd voor studenten die
een tweede of derde master volgen, nadat een eerste master is behaald?
Zie het antwoord op vraag 4.
6
Wat betekenen deze afspraken voor het macrobudget voor hoger onderwijs?
Krijgen universiteiten of hogescholen op enigerlei wijze extra bekostiging voor het
volgen van een tweede studie?
Zie het antwoord op vraag 4.
Pagina 3 van 4
7 Datum
Heeft u de instellingen al herinnerd aan hun "belofte om het collegegeld niet te 25 januari 2010
verhogen", zoals u heeft toegezegd aan de studentenbonden? Kunt u de Kamer Onze referentie
een afschrift doen toekomen van de afspraken die met de instellingen zijn HO&S/CBV/184603
gemaakt?
Zie het antwoord op vraag 2.
8
Wilt u deze vragen vóór 26 januari beantwoorden in verband met de behandeling
in de Eerste Kamer?
Ja
1) HOP-nieuwsbrief, 10 december 2009, bijlage onderhands aan bewindspersoon
verstrekt
Pagina 4 van 4