Persbericht 18 januari 2010
"Rechtswetenschap is een empirische wetenschap"
Oratie prof. mr. Mark van Hoecke 22 januari
In zijn oratie wil Van Hoecke aantonen dat de rechtsdogmatiek in haar klassieke vorm wel degelijk een wetenschappelijke discipline is, met ook een empirische dimensie. De rechtsdogmatiek heeft een wetenschappelijke methodologie die goed vergelijkbaar is met die van andere disciplines. Dat neemt niet weg dat de rechtswetenschappers nog heel wat werk hebben om een operationele onderzoeksmethodologie uit te werken, die een andere is dan de methodologie van de rechtspraktijk.
Er woedt de laatste jaren een hele discussie over de eigen aard en het wetenschappelijk karakter van de rechtswetenschap. Vooral de klassieke rechtsleer of rechtsdogmatiek ligt onder vuur. De rechtsfaculteiten staan daarbij extern onder druk, omdat zij, mede voor de financiering van hun onderzoek in toenemende mate beoordeeld worden vanuit een eenvormig wetenschapsmodel, waaraan zij nauwelijks lijken te kunnen beantwoorden.
Academische juristen zullen meer dan vandaag het geval in afstand moeten nemen van de methodologie van de rechtspraktijk en leren denken in termen van 'onderzoeksmethodologie', van het formuleren van onderzoekshypothesen, van het uitwerken van theorieën en van de toetsing en evaluatie daarvan. Ook meer samenwerking met niet-juristen dringt zich op, onder meer via meer interdisciplinaire onderzoeksprogramma's.
Beleidsverantwoordelijken in het onderzoek zullen, op hun beurt, de eigenheid van het rechtsdogmatisch onderzoek moeten erkennen, een meer pluralistische visie op wetenschap aannemen en evaluatiecriteria aanvaarden die beter aangepast zijn aan het rechtsdogmatisch onderzoek dan publicatieoutput te toetsen aan een lijst met deels tweederangstijdschriften uit een ander continent, waarop vrijwel geen van de Europese toptijdschriften voorkomt. Bovendien heeft de rechtsdogmatiek, als wetenschappelijke discipline, een lager ontwikkelingspeil in de Angelsaksische wereld, vergeleken met Continentaal Europa. De huidige evaluatiecriteria, die een verhoging van de kwaliteit van de onderzoeksoutput beogen, dreigen in de rechtsfaculteiten precies tot het tegenovergestelde resultaat te leiden.
Prof. mr. Mark van Hoecke is sinds 2009 deeltijdhoogleraar Methodologie van de rechtsvergelijking aan de Universiteit van Tilburg. Hij combineert dit met een hoogleraarschap aan de Universiteit Gent. Zijn leerstoel is ondergebracht bij de Research group for methodology of law and legal research van de Faculteit Rechtsgeleerdheid. Van Hoecke studeerde rechten en filosofie aan de Universiteit Gent. Daarna was hij werkzaam als assistent aan de Universiteit Antwerpen en als advocaat aan de balie te Gent. In 1979 promoveerde hij aan de Universiteit van Gent op De interpretatievrijheid van de rechter. Vervolgens werd hij docent aan de K.U. Brussel (toen UFSAL) en in 1988 hoogleraar. Van Hoecke was tweemaal decaan van de rechtenfaculteit van de K.U. Brussel (1987-1991 en 1996-2000) en van 2002 tot 2007 rector van deze universiteit. Sinds 1989 is hij stichtend codirecteur (met François Ost, FUSL) van de European Academy of Legal Theory. Tot Van Hoeckes belangrijkste publicaties behoren Law as communication (Oxford: Hart Publishing, 2002) en Deep level comparative law (in Epistemology and methodology of comparative law, Oxford: Hart Publishing, 2004).
Universiteit van Tilburg