Partij van de Arbeid

Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

over problemen in de zorg ten gevolge van interculturele verschillen


1.
Bent u op de hoogte van het artikel in Zorgvisie * over een arts die een vrouw met boerka weigerde te behandelen?


2.
Erkent U dat zich in de zorg in toenemende mate problemen voordoen die veroorzaakt worden door interculturele verschillen? Deelt u de mening dat zorgverleners steeds meer worden geconfronteerd met uitingen die discriminerend kunnen zijn zoals het weigeren van een hand geven, het weigeren van wassen van mannelijke patiënten op basis van religieuze of culturele gronden of het weigeren van mannelijke artsen? Hoe moet volgens u hiermee in de zorg worden omgegaan en welke mogelijkheden hebben zorgverleners om zich hiertegen te verweren?


3.
Herinnert U zich mijn schriftelijke vragen over het weigeren van mannelijke artsen door gesluierde vrouwen?** Herinnert u zich uw antwoord dat zoveel mogelijk recht moet worden gedaan aan de keuzevrijheid van de cliënt, maar dat er wel grenzen zijn? Kunt U aangeven waar deze grenzen liggen en waarop deze zijn gebaseerd?


4.
Bent u van mening dat een zorgverlener een patiënt mag vragen haar boerka af te doen omdat gezichtsbedekkende kleding de communicatie tussen hulpverlener en patiënt kan verstoren en daarmee de kwaliteit en veiligheid van de zorg in gevaar kan brengen?


5.
In hoeverre moet naar uw mening rekening gehouden worden met een zorgverlener die gewetensbezwaren heeft ten aanzien van werk dat behoort tot de kerntaken van het beroep ? Hoe verhoudt dit zich tot de CAO waarin staat dat de werkgever de verantwoordelijkheid heeft om ervoor te zorgen dat de zorgverlener het 'recht op gewetensbezwaren' ook kan uitoefenen?


6.
Bent u van mening dat zorgverleners die vanuit hun levensovertuiging bezwaren hebben tegen het uitvoeren van bepaalde handelingen die tot de kerntaken van het beroep behoren niet toegelaten moeten worden tot de opleiding? Zo nee, waarom niet?


7.
Welke richtlijnen en codes bestaan nu bij de verschillende beroepsgroepen ten aanzien van het omgaan met interculturele verschillen? In hoeverre zijn bestaande richtlijnen ten aanzien van behandeling toegesneden op etnische diversiteit?


8.
Herinnert u zich het RVZ rapport over interculturalisatie in de zorg (2000)? Welke concrete maatregelen zijn naar aanleiding van dit rapport genomen?


9.
Bent u van mening dat interculturalisatie van de zorg een taak is van de overheid? Zo ja, hoe wordt deze taak op dit moment ingevuld en wat kan er worden verbeterd? Zo nee, waarom niet?


10.
Bent u bereid de Kamer vóór 1 mei een inventarisatie te sturen van knelpunten en problemen in de zorg, die veroorzaakt worden door interculturele verschillen? Bent u daarnaast bereid zo spoedig mogelijk in overleg te treden met de verschillende beroepsgroepen in de zorg, werkgevers en vakbonden en tot heldere regels en richtlijnen te komen ten aanzien van interculturele verschillen en de Kamer hierover vóór 1 mei te berichten?


* Zorgvisie 5 januari 2010

** 30 juli 2007, vraagnr. 2060722190