Van Gogh Museum

Amsterdam, 20 januari 2010

Kunstenaarsverzameling H. W. Mesdag in Van Gogh Museum
Meesterwerken uit Museum Mesdag tentoongesteld

Van 22 januari tot en met 4 juli 2010 is op de tweede verdieping van het Rietveldgebouw de tentoonstelling Meesters uit Museum Mesdag te zien waarbij de collectie werken op papier centraal zal staan. Museum Mesdag, dat in 1903 aan de Nederlandse Staat werd geschonken en tegenwoordig onderdeel is van het Van Gogh Museum, wordt gerenoveerd. In aanloop naar de heropening in de winter van 2010/2011, wordt het verhaal achter deze bijzondere verzameling van Hendrik Willem Mesdag (1831-1915) verteld. De collectie die hij vanaf 1866 opbouwde bestaat uit schilderijen, tekeningen, aquarellen en pastels van onder anderen Jean-François Millet, Gustave Courbet, Théodore Rousseau, Anton Mauve, Jacob Maris en Jozef Israëls - kunstenaars die Vincent van Gogh mateloos bewonderde. Van de Franse School van Barbizon bracht Mesdag één van de grootste en belangrijkste collecties ter wereld bijeen. Naast Meesters uit Museum Mesdag is vanaf 22 januari ook Buiten schilderen: mythe en realiteit te zien. De presentatie toont de resultaten van onderzoek naar het werk Rotsen bij Villerville-sur-mer uit 1864-1872 van Charles-François Daubigny (1817-1878) uit de collectie van Museum Mesdag.

Museum Mesdag
In 1887 opende schilder Hendrik Willem Mesdag (1831-1915) het Museum Mesdag in Den Haag, een van de eerste musea voor moderne kunst in Nederland. In dit museum, dat zich naast zijn woonhuis bevond, werden voornamelijk werken van Nederlandse en Franse meesters tentoongesteld. Als beginnend schilder deed Mesdag zijn eerste kunstaankopen, vooral van kunstenaars uit zijn directe omgeving. Hij verwierf schilderijen van zijn leermeesters Johannes Warnardus Bilders en Willem Roelofs en van zijn neef Lourens Alma Tadema. Later verzamelde hij vooral werk van de Franse schilders van Barbizon en van collega-schilders van de Haagse School. Mesdag legde ook een grote belangstelling aan de dag voor schetsen en voorstudies. Zijn voorliefde voor de directheid die er uit deze schetsmatige werken sprak, deelde hij met andere schilders van De Haagse School.

In samenwerking met het Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie (RKD) wordt het komende jaar onderzoek gedaan naar de collectie werken op papier uit Museum Mesdag. De resultaten van dit onderzoek zullen onder meer toegankelijk worden gemaakt via de databases van het RKD: www.rkd.nl.

Buiten schilderen: mythe en realiteit
In de jaarlijkse presentatie Van Goghs atelierpraktijk staat het schilderij Rotsen bij Villerville-sur-mer van Charles-François Daubigny uit de collectie van Museum Mesdag centraal. Door dit werk werd Daubigny beschouwd als een belangrijke voorloper van de impressionisten, omdat het volgens de eerste biografie over de kunstenaar uit 1875 volledig buiten zou zijn geschilderd. Technisch onderzoek heeft echter uitgewezen dat dit een mythe is. Daubigny heeft dit schilderij in zijn atelier geschilderd, en bovendien twee keer bewerkt. Het onderzoek van Rotsen bij Villerville-sur-mer werd mogelijk gemaakt door het J. Paul Getty Museum en het Getty Conservation Institute (Los Angeles). Het Van Gogh Museum doet samen met Partner in Science Shell en het Instituut Collectie Nederland uitgebreid kunsthistorisch en technisch onderzoek naar de werkwijze van Van Gogh en zijn tijdgenoten. Jaarlijks wordt een presentatie gemaakt naar aanleiding van resultaten van dit onderzoek. Buiten schilderen: mythe en realiteit is tot en met 23 januari 2011 te zien (tweede verdieping van het Rietveldgebouw).

----------