Nieuw-Vlaamse Alliantie
Koningshuis moet Vlaamse kunst in eigen land houden (19/01/10)
N-VA-Kamerlid Ben Weyts en Vlaams parlementslid Lieven Dehandschutter
(N-VA) verzetten zich tegen de veiling van "De Vier Elementen", een
reeks van vier schilderijen van de Vlaamse schilder Jan Breughel II.
Volgende week gaat het werk, dat nu in het bezit is van het Belgisch
koningshuis, bij het New Yorkse veilinghuis Christie"s onder de
hamer. Volgens de N-VA moet het koningshuis zich inschakelen in het
overheidsbeleid om kunst in eigen land te houden. Zeker aangezien het
Hof gefinancierd wordt met belastinggeld.
Vlaamse media meldden vandaag de veiling bij Christie"s in New York
van "De Vier Elementen" van Jan Breughel II. De werken blijken
eigendom van de koninklijke familie en belandden via erfenissen in de
privécollectie van koning Leopold III en prinses Lilian, die het
bewaarden in het kasteel van Argenteuil in Waterloo. Na de dood
van prinses Lilian werd de erfenis via veilinghuizen verkocht aan
privéverzamelaars. Hetzelfde is men nu van plan met de vier Vlaamse
topwerken van Breughel II, die naar schatting anderhalf tot twee
miljoen euro waard zijn. Volgens een woordvoerder van het paleis heeft
de veiling niéts te maken met het koningshuis en is dit een privézaak.
Weyts spreekt dat tegen. Als de koninklijke familie een topwerk van
Vlaamse kunst verkoopt in het buitenland, is dat niet louter een
privézaak. De rijkdom van de koninklijke families is immers
niet alleen het resultaat van eigen inkomsten of erfenissen, maar ook
van belastinggeld via de dotaties aan de koning en de prinsen, zegt
Weyts.
N-VA-Kamerfractieleider Jan Jambon en Senator Louis Ide dienden in het
verleden al een wetsvoorstel in dat een onderscheid maakt tussen de
persoonlijke vergoeding van de koning en de vergoeding voor de
werkingskosten. De persoonlijke vergoeding - een loon voor de
uitoefening van het koningschap - wordt dan gelijk gesteld aan het
loon van de eerste minister. Deze vergoeding kan de koning, na aftrek
van belastingen, vrij besteden aan privé-aankopen zoals een jacht of
dure schilderijen. Daarnaast krijgt hij via de Civiele Lijst een
vergoeding voor de werkingskosten.
Los daarvan zou je van de koninklijke familie toch ook mogen
verwachten dat zij zich inschrijven in het regeringsbeleid om kunst in
eigen land te houden, zegt Weyts. Ik wil dan ook van premier Leterme
weten of de regering achter deze verkoop staat. Heeft de koninklijke
familie het werk bijvoorbeeld eerst aangeboden aan de overheid of aan
onze eigen musea? Het tegendeel zou betekenen dat de koninklijke
familie actief meewerkt aan de exodus van kunst van eigen bodem, wat
toch zeer opmerkelijk zou zijn.
"Het werk ontsnapt aan de Vlaamse beschermingsregelgeving
(Topstukkendecreet) omdat de schilderijen bewaard werden in het
kasteel van Argenteuil", vult Dehandschutter aan. Maar je kan je
inderdaad de vraag stellen of de koninklijke familie geen 'morele'
plicht heeft om dit soort kunstschatten eerst aan te bieden aan eigen
kunstinstellingen. Ik zal Vlaams minister van Cultuur Joke Schauvliege
in ieder geval vragen om te onderzoeken in welke mate deze stukken van
belang zijn voor het Vlaams kunstpatrimonium en of er nog andere
belangrijke Vlaamse kunstwerken onder de hamer dreigen te gaan.
Afhankelijk daarvan moet onderzocht worden of we deze werken alsnog in
eigen land kunnen houden, aldus Dehandschutter.
Auteur:
Ben Weyts, Kamerlid N-VA
Lieven Dehandschutter, Vlaams parlementslid N-VA