INLIA
Categoriaal beleid: standpunt INLIA 15/01/2010
Zoals wij u reeds eerder berichtten op de website (bericht van
15/12/09) is de Staatssecretaris van plan om het instrument van de
categoriale bescherming in het vreemdelingenbeleid af te
schaffen. INLIA vindt het echter van essentieel belang dat
asielzoekers die in het land van herkomst te maken hebben met
willekeurig geweld, bescherming krijgen in Nederland. Het categoriale
beschermingsbeleid is het instrument bij uitstek in de
vreemdelingenwet dat hierin voorziet. Of de Europese
kwalificatierichtlijn in de praktijk ook voldoende bescherming biedt
voor asielzoekers die afkomstig zijn uit landen waar willekeurig
geweld aan de orde van de dag is, is maar zeer de vraag. Veel zal
afhangen van hoe de IND deze richtlijn in de praktijk toe zal gaan
passen. Bekend is echter dat de IND in de uitvoering van beleid vaak
uitgaat van een zeer restrictieve uitleg van dat beleid. Het is dan
ook maar zeer de vraag of de toepassing van de Europese
kwalificatierichtlijn door de IND een zelfde mate van bescherming zal
genereren voor asielzoekers die afkomstig zijn uit landen waar
willekeurig geweld aan de orde van de dag is.
Te lange onzekerheid
Overigens kleven er aan de huidige toepassing van het categoriale
beschermingsbeleid ook wel nadelen. In feite betekent een vergunning
op grond van het categoriale beschermingsbeleid dat een asielzoeker 5
jaar lang in onzekerheid blijft. Een asielzoeker met een vergunning op
grond van het categoriale beschermingsbeleid mag wel werken, studeren
en inburgeren, maar diens vergunning kan binnen vijf jaar alsnog
worden ingetrokken indien de situatie in het land van herkomst
verbeterd. Pas nadat een vergunning op grond van het categoriale
beschermingsbeleid is ingetrokken kan een asielzoeker procederen voor
een vergunning op een van de andere asielgronden, want pas dan is er
volgens de Raad van State een zogenaamd procesbelang. Het komt dus
nogal eens voor dat totaal ingeburgerde en werkende of
studerende asielzoekers die reeds meer dan 5 jaar in Nederland wonen
(waarvan de meeste jaren met een verblijfsvergunning) alsnog het land
moet verlaten. Dit terwijl de Vw 2000 juist een einde wilde maken aan
het feit dat asielzoekers jarenlang moesten wachten voordat definitief
duidelijkheid kon worden geboden.
Herstel driejarentermijn
Aanvankelijk ging het in de Vreemdelingenwet 2000 dan ook om een
termijn van drie jaren waarbinnen de vergunning op grond van een
categoriaal beschermingsbeleid nog kon worden ingetrokken. INLIA is
dan ook van mening dat de oorspronkelijke termijn van drie jaren weer
gehanteerd zou moeten worden, en dat het asielzoekers met een
vergunning op grond van een categoriaal beschermingsbeleid mogelijk
moet worden gemaakt om meteen door te procederen voor een asielstatus
die hen meer zekerheid geeft. Hiermee wordt voorkomen dat er straks
weer een grote groep asielzoekers is die hier jarenlang heeft mogen
zijn, zelfs moest inburgeren en vaak ook studeert of werkt, alsnog
terug moet keren.
Gevolgen voor ongeveer 3000 Irakezen
Deze problematiek wordt thans actueel. In december 2009 heeft de
Staatssecretaris namelijk aangekondigd de op grond van het categoriale
beschermingsbeleid verleende vergunning van ongeveer drieduizend
Irakese asielzoekers in te trekken en daarna de dossiers individueel
te zullen gaan herbeoordelen.