Partij van de Arbeid
Den Haag, 12 januari 2010
Vragen van de leden Tang en Linhard (beiden PvdA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
over pensioenknip
1. Hebt u kennis genomen van het artikel van Edwin Waterreus CPC in Pensioen & Praktijk van oktober 2010, getiteld "De Pensioenknip: Oplossing voor tegenvallende pensioenuitkeringen?"?
2. Deelt u de conclusie van de schrijver dat; "Aangezien de Pensioenwet ook geen andere mogelijkheid biedt ten aanzien van waardeoverdracht van pensioenkapitaal na de pensioendatum, is het op grond van de huidige pensioenwetgeving niet mogelijk te shoppen met het uitgestelde pensioenkapitaal." (blz. 12 linker kolom)?
3. Zo nee, op weke gronden acht u de conclusie van de schrijver onjuist?
4. Zo ja, hoe verhoudt zich dat tot de Regeling van de minister van SZW van 15 juli 2009, nr AV/PB/2009/14387, waarin in de toelichting wordt vermeld; ""Het is dus niet zo dat ook op het moment waarop de tweede, levenslange uikering wordt ingekocht, het aanbieden van de mogelijkheid tot shoppen verplicht wordt"? Hieruit kan toch worden afgeleid dat het aanbieden van een shopmogelijkheid weliswaar niet verplicht is, maar ook niet verboden?
5. Indien de conclusie van de schrijver juist is, is dit dan in overeenstemming met de bedoeling van de regeling inzake de pensioenknip?
6. Zo ja, acht u het wenselijk dat een deelnemer die kiest voor de pensioenknip gedwongen is om ook na afloop van de knipperiode het levenslange pensioen aan te kopen bij dezelfde pensioenuitvoerder, waardoor de desbetreffende pensioenuitvoerder geen enkele concurrentiële druk heeft om de deelnemer de beste aanbieding te doen?
7. Bent u bereid om, indien de conclusie van de schrijver juist is, de desbetreffende wet- en regelgeving op korte termijn zodanig te wijzigen dat het shoppen met het uitgestelde kapitaal mogelijk wordt? Zo nee, waarom niet
Persvoorlichting Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid
Plein 2
Postbus 20018
2500 EA Den Haag