Nieuwjaarstoespraak burgemeester Jan Lonink maandag 4 januari 2010
Dames en heren,
Welkom in het Scheldetheater. Namens het gemeentebestuur van Terneuzen
wens ik u en uw naasten al het goede voor het nieuwe jaar. Ik begin
mijn toespraak vanavond met de woorden van iemand anders...
`De taak van een bestuurder is niet gemakkelijk. Men moet maatregelen
nemen die de bevolking niet begrijpt. En zelf begrijpt men dikwijls
ook niet wat men bedoelt. Het is heel moeilijk.'
In 1971 keek Olivier B. Bommel (u weet wel, van Tom Poes) op deze
manier tegen de rol van de bestuurder, dus ook de burgemeester, aan.
In de afgelopen 40 jaar is er, gelukkig, heel veel veranderd. Ik doe
in ieder geval mijn uiterste best zelf te begrijpen wat ik bedoel.
Maar vooral de tweede opmerking is opvallend: `men (de bestuurder dus)
moet maatregelen nemen die de bevolking niet begrijpt'.
Het geeft eigenlijk aan hoezeer de relatie tussen overheid en burger
veranderd is. En die onderlinge verhouding is een onderwerp dat me al
een tijdje bezighoudt. De verhouding met de bevolking, de burger. U
dus. Want onder burger versta ik voor het gemak maar even iedereen die
in onze gemeente en omliggende regio's woont en werkt inclusief de
bedrijven en organisaties.
Ik hoop, en ga er ook maar vanuit, dat we als gemeente in het algemeen
geen maatregelen nemen die u niet begrijpt. Uiteraard kunt en mag u
het er niet mee eens zijn, maar uiteindelijk moeten we de dingen wel
uit kunnen leggen. Sterker nog: we streven er naar dat wij als
gemeente geen beslissingen voor u nemen maar samen met u.
Want de tijd dat de overheid bepaalde wat er gebeurde en de burgers
dat passief over zich heen lieten komen, is gelukkig voorbij. De
overheid moet samen met de burger de maatschappelijke doelen bepalen.
We moeten samen zorgen dat we die doelen ook realiseren. De gemeente
is daarbij maar één van de vele partijen die wordt geacht actief en
slim te opereren, netwerken aan te boren en te activeren te versnellen
of juist af te remmen en samenhang te bevorderen. Sociale cohesie
oftewel sociale samenhang is daarbij het toverwoord. Sociale cohesie
is het plaksel van de samenleving.
De overheid voert wel vaak de regie, bijvoorbeeld over veiligheid,
inrichting van de openbare ruimte en het voorzieningenniveau, maar de
overheid heeft niet alle antwoorden. Wie is eigenlijk de eigenaar van
een probleem? Soms is dat een corporatie, soms een school, soms
ouders. Meestal de burger. De taak van de overheid is de burger
onderdeel uit laten maken van de oplossing. Niet elke burger
individueel kan gediend worden, maar wel het algemeen belang.
Dat klink allemaal mooi in theorie, maar wat kunnen we daarmee? Wat
betekent dat? Voor u als individu of als vertegenwoordiger van een
bedrijf, organisatie of vereniging, voor mij als burgemeester. Want
sociale cohesie klinkt mooi en op zich denk ik dat weinigen daar iets
op tegen kunnen hebben.
Maar hoe zit het met die sociale cohesie? We horen en zien steeds
vaker dingen gebeuren in onze directe nabijheid die we veel liever
niet willen zien. Die we niet willen in onze omgeving, in onze
gemeente. Tegen hulpdiensten, mensen die hun werk uitoefenen,
bijvoorbeeld gemeentewerkers. Iedereen kan daar voor zichzelf vast wel
een concreet voorbeeld bij bedenken. Zaken die vallen onder de
begrippen verhuftering, verruwing, belediging, bedreiging, verharding.
Kijk naar reacties op het internet, kijk naar de ingezonden brieven in
de kranten. Niet alleen van jongeren, ook van opvallend veel ouderen.
Veel chagrijn en vaak anoniem gekanker en dan zeg ik het nog rustig.
Kijk ook naar incidenten, zoals in Axel. De conclusie van een
onderzoeksbureau dat onderzoek deed naar de verhuftering van de
maatschappij concludeerde eind juni: `De normen- en waardencrisis
wordt als de grootste zorg ervaren, groter dan de
financieel-economische crisis. Als belangrijkste kenmerken van deze
crisis noemt men de afname van tolerantie en respect en de toename van
verbaal geweld.' Het fatsoen is vaak ver te zoeken. We moeten uit die
emotionalisering, gevoed door de media, uit het chagrijn, de
verkramping en de negatieve spiraal van de `tegen-cultuur': zij doen
het verkeerd. We moeten naar een cultuur met betrokkenheid en
argumentatie vanuit een positieve invalshoek. Dit levert energie en
die energie zit er ook in deze regio.
Als gemeente doen we onze uiterste best om in overleg en samen met u
invulling te geven aan onze rol binnen het sociale netwerk en om via
onze kanalen sociale samenhang te bevorderen. Het bestuur is zeer goed
bereikbaar en aanspreekbaar.
Maar we vragen daarbij nadrukkelijk ook uw inspanning. Want de enige
manier om zaken als verruwing en verharding tegen te gaan is door
samen op te trekken. Iedereen vanuit haar of zijn eigen invalshoek,
vanuit haar of zijn eigen deskundigheid. En dat kan op allerlei
manieren: als werknemer van een bedrijf, als bestuurslid van een
vereniging, als vrijwilliger, als bewoner van uw straat of als ouder
van uw kind. Het vraagt een systematische campagne, waar de bevolking
en de gemeenteraad achter staat. De wijkraden, verenigingen en de
scholen erbij betrekken. Geen symptoombestrijding, maar het
terugvinden van eigen verantwoordelijkheden. De overheid heeft niet
alle antwoorden. De maatschappij moet deze herdefiniëren. Met
supersnelrecht kom je er niet. Repressie moet voorafgegaan worden door
preventie.
Wij zoeken daarom als gemeente steeds vaker en op diverse manieren
naar een goede verstandhouding met en tussen inwoners van de gemeente
Terneuzen. In een persoonlijk gesprek, via publicaties, maar ook door
middel van nieuwe media zoals internet, hyves of you tube. Op deze
manier proberen we midden in de samenleving te blijven staan en hier
ook onderdeel van te blijven vormen. Van belang hierbij zijn de
kernwaarden: betrokkenheid, aandacht voor elkaar, naar anderen
luisteren, samen leven, diversiteit accepteren en respectvol met
elkaar omgaan. Dat wordt ook gewaardeerd. Onze gemeente scoort continu
hoog als het gaat om tevredenheid over de gemeentelijke
dienstverlening. Wij gaan daarmee door! Ook nationaal is de
klanttevredenheid over de overheid hoog, maar de klagers domineren het
beeld.
Daarnaast willen we nadrukkelijk steeds meer aan de voorkant van
problemen zitten. Dat wil zeggen: dingen voorkomen. Kleine conflicten,
problemen of irritaties in de kiem smoren, voordat ze escaleren. Deze
aanpak blijkt veel effectiever te zijn dan alleen afstraffen als het
fout gaat en kan een hoop ellende voorkomen. Het benoemen van de Top-5
ergernissen met de wijkraden en het samen opstellen van een plan van
aanpak, bijvoorbeeld.
Een ander voorbeeld hiervan is het buurtbemiddelingsproject dat vorig
jaar in onze gemeente van start is gegaan. Daarbij worden onpartijdige
en getrainde vrijwilligers ingezet om te bemiddelen bij conflicten
tussen buren als het ze zelf niet lukt om tot een goed gesprek en
oplossing te komen. De bemiddelaars proberen tot afspraken te komen
die voor beide partijen goed werken. En dit lukt in de meeste gevallen
ook.
Ja, er gaat gelukkig ook heel veel goed. En dat blijft vaak, volledig
onterecht, onderbelicht. Er zijn in onze gemeente ontzettend veel
vrijwilligers die zich inzetten om de sociale cohesie te bevorderen.
Zij zetten zich (vaak naast een drukke baan) met hart en ziel in voor
uiteenlopende organisaties en verenigingen en leveren daarmee een heel
belangrijke bijdrage aan de leefbaarheid van onze gemeente. Ook zullen
we veel meer moeten samenwerken in Zeeland en Zeeuws-Vlaanderen. De
sluier van plichtmatigheid moet eraf. We moeten willen samenwerken met
elan, ambitie en initiatief. De agenda voor Zeeuws-Vlaanderen moet
worden uitgebouwd. We moeten voorop lopen. De campagne
UwNieuweToekomst is een aanzet. Zeeuws-Vlaanderen moet antwoorden
vinden op sociaal-maatschappelijke, Ruimtelijke Ontwikkelings- en
demografische vraagstukken. De provincie moet stimuleren en niet
remmen.
Concluderend kan ik dus stellen dat de overpeinzing van Olivier B.
Bommel gelukkig sterk gedateerd is. Maar in één ding had hij absoluut
gelijk: `het is heel moeilijk'. En dat geldt voor iedereen die vanuit
zijn of haar eigen invalshoek, beleving of professie probeert een
invulling te geven aan het leveren van een bijdrage aan een omgeving
waarin we graag en veilig kunnen leven. Het is heel moeilijk; maar ik
ben er van overtuigd dat het echt mogelijk is wanneer we er samen onze
schouders onder zetten.
Ik dank u voor uw aandacht en wens u allen nogmaals namens het
gemeentebestuur een goed, gezond en voorspoedig 2010 toe!
Gemeente Terneuzen