OM in hoger beroep bij mishandeling politieagent tijdens Oud
& Nieuw
5 januari 2010 - Arrondissementsparket Assen
Het Openbaar Ministerie stelt hoger beroep in tegen de vonnissen van
de rechtbank Assen inzake de Nieuwjaarsrellen 2008/2009, waarbij door
een groep jongeren grof geweld gebruikt is tegen een politieman en
zijn diensthond. In die zaak zijn negen verdachten aangemerkt.
Strafeis
Tegen acht meerderjarige verdachten werd negen maanden gevangenisstraf
geëist, waarvan drie maanden voorwaardelijk met als bijzondere
voorwaarde een centrumverbod voor oud en nieuw voor de komende twee
jaar. Tegen de minderjarige verdachte, die een steen tegen de agent
zou hebben gegooid, luidde de eis tien maanden jeugddetentie waarvan
vijf maanden voorwaardelijk met dezelfde bijzondere voorwaarde. Eén
van de zaken is aangehouden tijdens de zitting omdat de verdachte geen
advocaat had.
Vonnis
Op 29 december heeft de rechtbank Assen drie van de verdachten
vrijgesproken en vier verdachten werkstraffen van 200 uur en
voorwaardelijke gevangenisstraffen van drie maanden opgelegd wegens
openlijk geweld. De minderjarige verdachte kreeg eveneens 200 uur
werkstraf en een voorwaardelijke jeugddetentie van vijf maanden. Aan
alle veroordeelden werd het geëiste gebiedsverbod opgelegd.
Hoger beroep
Het OM is van mening dat van de opgelegde straffen onvoldoende
afschrikkende werking is uitgegaan en heeft bij de vier verdachten
(waarbij werkstraffen zijn opgelegd) hoger beroep ingesteld. De
belangrijkste overweging is dat het vonnis onvoldoende de breed
gedragen maatschappelijke wens om streng op te treden tegen geweld
tegen hulpverleners en politie weerspiegelt. Daarom had het OM
onvoorwaardelijke gevangenisstraffen geëist.
Daarnaast vindt het OM dat de rechtbank onvoldoende het letsel van de
agent (hondenbegeleider) en de hond heeft meegewogen in het vonnis en
onvoldoende rekening heeft gehouden met de ernst van de feiten.
Het OM gaat niet in hoger beroep tegen de vrijspraken in drie zaken.
Dit heeft te maken met het feit dat het OM de motivering van de
rechtbank over het gebrek aan voldoende wettig en overtuigend bewijs
in voldoende mate kan volgen.
Achtergrond
In de vroege Nieuwjaarsochtend 2009 vond een explosie van geweld
plaats, voor het Asser gerechtsgebouw. Het begon toen een jonge man
zich niet uit de voeten wilde maken toen hem dat werd bevolen door een
politieman met hond. De hond greep de man vervolgens vast. De man
schreeuwde het uit en dat trok de aandacht van zijn vrienden. Die
vlogen op de agent en de hond af en trapten op hen in. De hond liet
toen niet meer los; hij voelde verzet en is erop getraind dan juist
vast te houden. De agent werd zo in het nauw gedrongen dat hij heeft
overwogen zijn pistool te trekken. Hij gebruikte uiteindelijk
peperspray. Dat bracht even ruimte, maar toen de agent neerknielde om
de hond los te maken voelde hij een enorme pijn aan zijn hoofd. Eén
van de raddraaiers had hem hard tegen het hoofd geschopt. Wie die
schop uitdeelde is nooit duidelijk geworden. De agent werd afgevoerd
naar het ziekenhuis. De hond kon slechts met veel moeite voor de
dienst worden bewaard.
Agent en hond zijn vervolgens door collega's ontzet. Zij vormden een
beschermende linie en dat was niet zonder reden. De groep gooide
namelijk met bloembakken, fietsen en stenen naar de politie. Eén agent
werd door een halve baksteen op zijn borst geraakt.
Uiteindelijk konden negen verdachten worden opgepakt. Opvallend aan
hun verklaringen was dat die op elkaar afgestemd leken; afgesproken
werk. Zo werd over de telefoontap opgevangen hoe de twee verdachten
bespraken: `gewoon ontkennen, ze hebben geen bewijs'. Die houding
bemoeilijkte het onderzoek aanzienlijk en is er mede oorzaak van
geweest dat van de vele raddraaiers er slechts negen voor de rechter
konden worden gebracht. Zoals gezegd zijn door de rechtbank hiervan
drie verdachten vrijgesproken en zijn er zes veroordeeld.
- einde persbericht -
Openbaar Ministerie