Nieuw-Vlaamse Alliantie
Federale overheid dreigt te bezwijken onder eigen gewicht
(30/12/09)
2009 is een gemist jaar voor de afslanking van de federale overheid.
De beloofde besparing op loonkredieten met 2,9% werd uiteindelijk een
stijging met bijna 1%. En dat in een jaar waarin 2.000 ambtenaren op
pensioen gingen. Ondanks alle liberale retoriek werden ze bijna
allemaal vervangen. N-VA-Kamerlid Ben Weyts roept de regering op om
het overheidsapparaat af te slanken op basis van een visie op de
overheidstaken. Voor de ene taak moet het aantal ambtenaren behouden
blijven of zelfs stijgen, voor andere taken kan het ongetwijfeld met
veel minder. Daaraan moeten maatregelen gekoppeld worden om de
opgelegde doelstellingen ook effectief te kunnen afdwingen.
Het regeringsbeleid inzake overheidsefficiëntie is het verhaal van de
dikkerd die iedereen op dieet zet. Zelf beweert hij ook zwaar te gaan
diëten, maar hij wordt alsmaar dikker omdat hij heimelijk in de
snoepkast zit, zegt het Beerselse Kamerlid. Als de federale overheid
niet écht gaat afslanken en zich blijft volproppen met belastinggeld,
dan dreigt ze te bezwijken aan zwaarlijvigheid.
De regering mist volgens Ben Weyts unieke kansen: Iedereen is het er
over eens dat de overheid efficiënter moet worden. De overheid leeft
boven zijn stand. Daarnaast is er de desastreuze budgettaire toestand.
Dan moet de staat toch eerst bij zichzelf ingrijpen? Eigenlijk is het
nog een geluk bij een ongeluk, want binnen dit en vijf jaar gaan
14.536 of 18% van de federale ambtenaren op pensioen. In 2009 alleen
al 2.000. Een uitgelezen kans voor de federale regering om een
ingrijpende efficiëntieoefening door te voeren, zonder één ontslag.
Aanvankelijk werden er grote ambities gelanceerd, maar uiteindelijk
hield de regering het bij de begrotingsopmaak voor 2009 bij een
besparing op de loonkredieten van 0,9%. Weyts ontdekte evenwel dat die
beloofde besparing, via een begrotingsaanpassing in april dit jaar,
stilzwijgend werd gewijzigd in een stijging met 0,9%. Vooral de
liberale ministers zagen hun loonkredieten bijgestuurd (FOD
Binnenlandse Zaken +6,5% en Buitenlandse Zaken +3,2%).
In reactie op deze evolutie kondigde toenmalig minister van
Ambtenarenzaken Vanackere aan dat hij bovenop de beloofde 0,9% nog
eens 2% extra van de loonkredieten voor 2009 zou bevriezen. Op basis
van de laatste aanpassing van de begroting 2009 die verleden week door
het parlement werd gejaagd, besluit Weyts dat er echter ook van die
belofte niets in huis is gekomen. In plaats van een daling met 2,9%
was er in 2009 een stijging van de loonkredieten met bijna 1%. Bij de
laatste begrotingsaanpassing vorige week zorgde men zelfs nog voor een
stijging van de personeelskredieten met 2,5 miljoen euro. Als cynische
kers op taart, zeg maar.
In euro uitgedrukt bedraagt de kloof tussen de beloofde overheid
(-2,9%) en de werkelijke overheid (+0,9 %) maar liefst 234 miljoen
euro. Opnieuw blijken vooral bij eerder liberale departementen als
Buitenlandse Zaken (+0,7% i.p.v. -4,3%), Binnenlandse Zaken (+9,2%
i.p.v. +0%) en de Federale Politie (+0,6% i.p.v. -5,4%) de grootste
kloof te vertonen tussen beloofd personeelsbeleid en werkelijk
personeelsbeleid.
De toename van de loonkredieten is niet zozeer te wijten aan een
stijging van het aantal ambtenaren zelf. Al ontdekte Weyts wel dat er
op één jaar tijd welgeteld 74 federale ambtenaren minder zijn.
Nochtans vertrokken dit jaar 2.000 ambtenaren met pensioen De
verklaring voor de stijgende personeelskredieten ligt enerzijds in het
feit dat te veel gepensioneerden worden vervangen door nieuwe
ambtenaren en anderzijds het feit dat het ambtenarenapparaat steeds
ouder wordt en dus meer kost, o.a. aan anciënniteitpremies.
Volgens de N-VAer moet de federale regering vooral de waarheid
vertellen, in plaats van de mensen iets wijs te maken. Maar ze moet
vooral ook ingrijpen. Niet door in het wilde weg besparingspercentages
te decreteren maar door het overheidsapparaat af te slanken op basis
van een visie op de overheidstaken. Voor de ene taak moet het aantal
ambtenaren behouden blijven of zelfs stijgen, voor andere taken kan
het met veel minder. Daaraan wil Weyts ook betere instrumenten
gekoppeld zien om de opgelegde verminderingen te kunnen afdwingen,
bijvoorbeeld door in te grijpen op het loon van de leidende ambtenaren
wanneer ze de doelstellingen niet halen.