UMC Utrecht
Gedrag autisme zichtbaar in de hersenen
Promotie-onderzoek uitgevoerd in het UMC Utrecht
De ernst van rigide en repetitief gedrag bij mensen met autisme is
terug te zien in de hersenen. Promovenda Marieke Langen van het UMC
Utrecht laat met geavanceerde imagingtechnieken zien dat
hersenstructuren en hersenbanen veranderen. Ze wijst hiermee op het
belang van een verstoorde ontwikkeling van hersennetwerken bij
autisme. Langen promoveert op 22 december.
Neurowetenschapper Marieke Langen van het UMC Utrecht vergeleek
specifieke hersenbanen bij 29 kinderen met autisme van 7 tot 14 jaar
met 40 gezonde kinderen van dezelfde leeftijd. Langen analyseerde de
hersenbanen via twee geavanceerde MRI-technieken die de richting en de
kwaliteit van witte stof zichtbaar maken (`diffusion tensor imaging'
en `magnetic transfer imaging'). De witte stof van de hersenen bevat
de verbindingsbanen tussen hersengebieden.
Bij kinderen met autisme blijkt de kwaliteit van de hersenbanen af te
nemen met de leeftijd, bij de controlegroep gebeurt dat niet. Het gaat
om hersenbanen die diep gelegen hersenkernen verbinden met de
hersenschors en een rol spelen bij de planning, selectie en remming
van gedrag.
Daarnaast blijkt bij de kinderen met autisme de kwaliteit van de
onderzochte hersenbaan samen te hangen met de ernst van rigide en
repetitief gedrag dat de kinderen vertonen. Het suggereert dat een
verband bestaat tussen de hersenbaan en het afwijkende gedrag. Het is
voor het eerst dat zo'n verband gelegd wordt.
Rituelen
Repetitief en rigide gedrag bij autisme wil zeggen dat mensen erg van
slag kunnen raken door kleine veranderingen in hun planning of
omgeving. Dat kan een kerstboom in de kamer zijn of een
televisieprogramma dat niet doorgaat. Verder hebben ze veel behoefte
aan structuur en rituelen, bijvoorbeeld elke dag tot op de minuut op
dezelfde tijd moeten tandenpoetsen, of kleren in een vaste volgorde
moeten aantrekken. Deze hang naar rituelen gaat samen met een sterke
neiging tot het herhalen van handelingen, zoals eindeloos een knikker
laten vallen, spullen of speelgoed op een rij zetten, of bewegingen
met de vingers maken.
In een vervolgonderzoek laat Langen zien dat ook bij volwassenen met
autisme de specifieke hersenbanen veranderd zijn. Met dezelfde
MRI-technieken analyseerde ze de hersenen van gezonde volwassenen en
mensen met autisme. Deze resultaten geven het belang aan van het
hersennetwerk dat Langen bestudeerde en benadrukken dat autisme een
ontwikkelingsstoornis is.
Onderbelicht
"Repetitief gedrag is een onderbelicht symptoom van autisme", vindt
Langen. "Ik denk dat het meer aandacht verdient omdat het een goede
biologische maat is voor een ingewikkelde hersenaandoening. Het is
makkelijker na te bootsen in diermodellen. Bovendien kunnen wij het
met moderne MRI-technieken zichtbaar maken in de hersenen."
Marieke Langen promoveert op 22 december aan het UMC Utrecht. Prof.
em. Herman van Engeland van de divisie Hersenen van het UMC Utrecht
begeleidde haar onderzoek.
Voor meer informatie, bel 088 75 588 50 of mail info@umcutrecht.nl.
maandag 21 december 2009