Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Inhoud pagina: Onderhandelaarsakkoord minister Ter Horst en politiebonden
16 december 2009
Minister Ter Horst en de vier politievakbonden ACP,
NPB, ANPV en VMHP zijn het eens over een landelijk sociaal statuut dat
van kracht is bij alle reorganisaties bij politiekorpsen. Het geldt
ook bij het bundelen van ondersteunende taken voor de politie in één
landelijke dienst. Het is de bedoeling dat politiemensen bij een
reorganisatie hun baan houden of een nieuwe baan bij de politie
krijgen, zodat gedwongen ontslagen niet nodig zijn. Daarnaast is
afgesproken dat de cao een jaar langer zal doorlopen.
Ter Horst en de politievakbonden zullen het onderhandelaarsakkoord met
een positief advies aan hun achterban voorleggen. Voor Ter Horst is
dat de Ministerraad, voor de vakbonden hun leden. Het akkoord is
afgesloten in het licht van de financieel-economische crisis en omdat
er grote reorganisaties bij de politiekorpsen nodig zijn.
Ook politiemensen zullen in de toekomst langer werken. Daarom moeten
er goede afspraken zijn over het vergroten van inzetbaarheid,
bekwaamheid, geoefendheid en vitaliteit van politiemensen, rekening
houdend met hun leeftijd.
De belangrijkste punten uit het onderhandelaarsakkoord:
* Het landelijke sociaal statuut bij reorganisaties vervangt de vele
regionale regelingen. Ook komt er een landelijk centrum waar de
regionale politiekorpsen al hun vacatures melden. Daar geven zij
ook alle mensen op die bij een reorganisatie een nieuwe baan
moeten krijgen. Op deze manier worden politiemensen bij
reorganisaties van de ene naar de andere baan geholpen, en hoeven
gedwongen ontslagen niet nodig te zijn.
* De tijdelijke ontheffing om nachtdienst te draaien voor
politiemensen ouder dan 55 jaar wordt verlengd; maar wel wordt
gestimuleerd dat ook 55-plussers meedraaien in de nachtdiensten
omdat anders vanwege de vergrijzing de jongeren te veel belast
worden.
* De vergoeding voor woon/werk-verkeer gaat stapsgewijs omhoog naar
18 cent per kilometer. Bij gedwongen overplaatsing na een
reorganisatie komt daar voor de extra kilometers nog een
tijdelijke vergoeding bovenop.
* De fitheidstest (toets fysieke vaardigheden) wordt vanaf 2012
verplicht, maar voorlopig zonder gevolgen als iemand de test niet
haalt.
* Vanaf 2012 krijgen politiemensen meer mogelijkheden voor training
en studieverlof, zonodig voor meer trainingsuren geweldsbeheersing
en schietvaardigheid. Hiervoor worden uren meerwerken uit een
eerdere cao ingezet.
* De korting op vaak ziek zijn verdwijnt, net als de bonus op nooit
ziek zijn.
* Het inkomen van nieuwe aspiranten (leerling-politiemensen) gaat
gedurende drie jaar tijdelijk met een kwart omlaag vanaf eind
2010. Daarnaast komt er een proef met leerling-politiemensen die
geen salaris maar een beurs krijgen voor het schoolgedeelte van
hun opleiding. Op deze manier kunnen de politiekorpsen de afspraak
nakomen die zij met Ter Horst hebben gemaakt om de komende drie
jaar gemiddeld 1600 aspiranten per jaar aan te nemen. Deze
afspraak moet de politiesterkte waarborgen.
* Begin volgend jaar komen er afspraken om regionale verschillen in
de beloning en de voorzieningen voor politiemensen gelijk te
trekken. Dit geldt ook voor de top van de politie.
* Politiemensen krijgen op 1 januari a.s. een loonsverhoging van
3,25 procent. Dat was al eerder afgesproken bij het afsluiten van
de cao. In het nieuwe onderhandelaarsakkoord staat nu dat de cao
daarna een jaar langer doorloopt, dus tot en met 2011.
* In de lopende cao zat voor 2010 nog 1,2 procent loonruimte voor
een nieuw functie- en loongebouw. Dat geld blijkt daarvoor niet
nodig te zijn. Het beschikbare geld wordt o.a. ingezet voor
financiering van een proef met beursstudenten bij de politie, de
kosten van het landelijk sociaal statuut, het tegengaan van
jeugdwerkloosheid en de instroom van allochtone jongeren bij de
politie. Vanaf 2012 gaat het geld naar leeftijdsbewust
personeelsbeleid.
Het functie- en loongebouw wordt wel herzien, maar dat kost geen
extra geld.