Gerechtshof Amsterdam wijst vervolging in de Schipholbrandzaak af
Amsterdam, 16 december 2009 - Op 16 december 2009 heeft het
gerechtshof Amsterdam de verzoeken op grond van een klachtenprocedure
(artikel 12 Strafvordering) afgewezen om alsnog personen te vervolgen
met betrekking tot de Schipholbrand in de nacht van 26 op 27 oktober
2005.
Een aantal ten tijde van de brand in het cellencomplex Schiphol-Oost
gedetineerde personen had het hof gevraagd het Openbaar Ministerie te
bevelen de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), één van de
directeuren van die dienst, de locatiedirecteur van het cellencomplex,
de wachtcommandant en twee bewakers te vervolgen wegens dood door
schuld of zwaar lichamelijk letsel door schuld. Het Openbaar
Ministerie had daarvan afgezien.
Het hof acht het niet mogelijk DJI en haar directeur strafrechtelijk
te vervolgen omdat DJI als onderdeel van de Staat der Nederlanden
strafrechtelijke immuniteit geniet en dit ook geldt voor haar
directeur.
Verder constateert het hof dat sprake was van een zeer ongelukkige
samenloop van omstandigheden die uiteindelijk tot de dramatische
afloop heeft geleid. Daarnaast stelt het hof vast dat door personen en
instanties fouten zijn gemaakt, maar dat geen sprake is van grove
schuld zoals nodig is voor strafrechtelijke verwijtbaarheid. Er zijn
onvoldoende aanknopingspunten om te kunnen leiden tot een succesvolle
vervolging.
LJ Nummer
BK6788
Zie het origineel
Bron: Gerechtshof Amsterdam
Datum actualiteit: 16 december 2009 Naar boven
Gerechtelijke organisatie