Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
2009Z24098
Vragen van het lid De Krom (VVD) aan de ministers voor Wonen, Wijken en Integratie en
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de staatssecretaris van Verkeer en
Waterstaat over het verbod op het dragen van een kruisje. (Ingezonden 10 december 2009)
1
Bent u bekend met het bericht "GVB verbiedt dragen van christelijk kruisje"? 1)
2
Is het waar dat het Gemeentelijk Vervoersbedrijf (GVB) haar medewerkers heeft verboden
zichtbaar een kruis te dragen terwijl de medewerkers wel wordt toegestaan een hoofddoek te
dragen?
3
Staat de wet (in het bijzonder artikel één van de Grondwet) het toe dat het GVB onderscheid
maakt tussen uitingen van verschillende religies, in casu die tussen het christelijk en het
islamitisch geloof? Zo nee, wat gaat u hier aan doen? In hoeverre is hier sprake van ongelijke
behandeling c.q. rechtsongelijkheid?
4
Bent u het eens met het GVB dat een zichtbaar gedragen kruisje afdoet aan "de professionele
uitstraling" van de nieuwe bedrijfskleding terwijl een hoofddoek (c.q. een keppeltje of een
tulband) hier niet aan afdoet? Kunt u dit toelichten?
5
Vindt u het terecht dat het GVB haar medewerker tot twee keer toe schorst omdat hij weigert
zijn kruisje af te doen, terwijl hij dat kennelijk al tien jaar draagt?
6
Is het waar dat het GVB de in het artikel besproken medewerker een spreekverbod heeft
opgelegd? Kunt dit toelichten? Wat is uw mening daarover?
7
In hoeverre is het beleid van het GVB in overeenstemming met het door de (Rijks)overheid
gevoerde beleid ten aanzien van (Rijks)overheidsdiensten en/of (Rijks)overheidsbedrijven?
1) De Telegraaf, 9 december 2009
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van de leden Wilders, Bosma,
Fritsma (allen PVV), ingezonden 10 december 2009 (vraagnummer 2009Z24084)