Stichting Onderzoek Bedrijfs Informatie (SOBI)
Geen gronden voor strafvervolging Hypotheekleed en Lakeman
10 dec 2009
Categorie: Persberichten
---
De beweringen die sinds kort in een deel van de media circuleren als
zouden er gronden zijn om Hypotheekleed en Lakeman strafrechtelijk te
vervolgen zijn onjuist. Deze beweringen zijn gebaseerd op essentieel
onjuiste vooronderstellingen omtrent de financiële situatie van DSB
per 1 oktober 2009. DSB was op die datum technisch al failliet. Het
faillissement is met opgepoetste balansen vooruitgeschoven, zoals ook
uit het eerste faillissementsverslag van curatoren blijkt.
Volgens dat verslag was het eigen vermogen van DSB in oktober al
honderden miljoenen euro's negatief. Onder die omstandigheden kan een
waarschuwing nimmer grond voor strafvervolging zijn. Integendeel: een
dergelijke waarschuwing kan juist als een verdienstelijk initiatief
worden beschouwd.
Spaarders zijn wel benadeeld door de mededeling van DNB-president Nout
Wellink van begin oktober dat de solvabiliteit en liquiditeit van DSB
voldoende waren. Op grond van die onware mededeling hebben vele
spaarders hun geld bij DSB laten staan en zijn daardoor benadeeld.
Twee weken later vroeg Wellink het faillissement van DSB aan omdat de
solvabiliteit en liquiditeit van DSB onvoldoende waren. De Nederlandse
Bank lijkt daarom eerder in aanmerking te komen voor een
strafrechtelijke vervolging dan Hypotheekleed of Lakeman.
Een bron van de recente berichten (een advocaat van het Amsterdamse
kantoor Stibbe) heeft voordat hij zijn onjuiste beschuldigingen
lanceerde kennelijk niet de moeite genomen het eerste
faillissementsverslag van de curatoren met enige aandacht door te
lezen. Hetzelfde kantoor Stibbe heeft al eerder, in de jaren negentig,
op verzoek van DASA (rechtsvoorganger van Airbus) en haar toenmalige
president-directeur Jürgen Schrempp een onjuist gebleken strafklacht
wegens laster en smaad tegen Lakeman ingediend. Lakeman werd toen
vrijgesproken en kreeg een schadevergoeding van de Nederlandse Staat.