Senternovem

04-12-2009 | Nederland in kopgroep Europees technologisch onderzoek

Nederland doet het goed in het Zevende Kaderprogramma (KP7). Als we kijken naar het aantal projecten met Nederlandse deelname, dan staat Nederland op de zesde plaats van deelnemende landen, direct achter grote landen als Duitsland, Engeland, Frankrijk, Spanje en Italië. Dat blijkt uit 'Nederland in KP7 2009', een online publicatie over de prestaties van Nederland in de eerste twee jaar van het Zevende Kaderprogramma (2007-2008), het subsidieprogramma voor technologisch onderzoek van de Europese Commissie.

Esther Verhoeven Esther Verhoeven, adviseur bij de afdeling EG-Liaison van SenterNovem en een van de opstellers van de publicatie: "De kans dat een project met een Nederlandse deelnemer subsidie krijgt is hoger dan het gemiddelde. Dat betekent dat Nederlandse organisaties zelf goed presteren in internationale technologische samenwerking en voor de juiste consortia kiezen. Ze weten heel goed met wie ze in zee gaan. EGL helpt ze daarbij."

Volgens Verhoeven speelt EGL zeker een rol bij het succes van de Nederlandse deelname: "Coördinatoren die advies inwinnen bij ons hebben meer kans om uiteindelijk subsidie te krijgen. Dat is onderzocht. Ook leggen veel Nederlandse partijen de plannen van hun consortium in een vroeg stadium aan ons voor, waardoor we kunnen wijzen op ontbrekende expertise."

Nederland heeft baat bij Kaderprogramma
In de eerste twee jaar heeft de Nederlandse overheid zo'n 500 miljoen euro aan KP7 betaald. Dat is 5 procent van het budget van het Kaderprogramma in die periode. In de eerste twee jaar (2007 en 2008) is 6,4 procent, zo'n 645 miljoen euro, uitgekeerd aan Nederlandse organisaties (kennisinstellingen en bedrijven). Dat betekent dat Nederland aanzienlijk meer geld uit het Kaderprogramma ontvangt dan we erin investeren. Verhoeven: "Nederlandse organisaties zijn actief in het Kaderprogramma en dat bewijst dat het programma een duidelijke meerwaarde heeft. Een belangrijk deel van de R&D kosten wordt door het programma vergoed en dat is natuurlijk zeer aantrekkelijk."

Nederland in KP7 2009 geeft informatie over hoe Nederlandse spelers internationaal presteren op de diverse thema's. Hoe doet Nederland het op het gebied van milieu, food, health, security of space? Welke organisaties zijn grote spelers in de verschillende thema's en hoe slaat het geld neer per provincie? Zo blijkt dat Utrecht en Noord-Holland - lees de regio Groot-Amsterdam - hoog scoren.

Het belang van het Kaderprogramma is groot. Verhoeven: "Het draagt bij aan het versterken van de Nederlandse kenniseconomie en onze concurrentiepositie. Bovendien vergroot het ons aanzien en onze zichtbaarheid in Europa. Het Kaderprogramma schept ook werkgelegenheid, draagt het bij aan mobiliteit van onderzoekers, het behouden van R&D in Nederland en het oplossen van maatschappelijke problemen. Denk aan de vergrijzing en het klimaat- en het energieprobleem. Een organisatie met Kaderprogramma-ervaring heeft een goed cv in handen."

Afstemming met nationale subsidieprogramma's
De beschikbaarheid en toegankelijkheid van gelden voor matching van de EU-subsidie bepaalt voor de Nederlandse kennisinfrastructuur in belangrijke mate de haalbaarheid van een KP7-project, zegt Verhoeven. "We werken nauw samen met de Nederlandse Innovatie Programma's op de sleutelgebieden. We kunnen elkaar versterken. Kennis delen en gezamenlijk optrekken helpt Nederland verder vooruit."

Een aandachtspunt voor het vervolg van het Zevende Kaderprogramma (looptijd tot 2013) is de deelname van het mkb. Die moet omhoog. De Europese Commissie heeft als doelstelling dat 15 procent van het totale budget ten goede komt aan het mkb. De teller stopt nu bij 13 procent. Nederland zit met 11 procent nog onder dat gemiddelde. Verhoeven: "De uitdaging voor ons is dus om meer mkb te enthousiasmeren deel te nemen."


---

--------------------------
De uitgave Nederland in KP7 2009 is als pdf te downloaden van de website van EG-Liaison. De publicatie is bedoeld voor beleidsmakers en directies van kennisinstellingen en bedrijven en is opgesplitst in twee delen: een algemeen deel en een deel waarin ingezoomd wordt op de diverse onderzoeksthema's in het Kaderprogramma. Neem voor meer informatie contact op met Esther Verhoeven: e.verhoeven@senternovem.nl of bel 070-373 52 50.
Wijzigingsdatum | 04-12-2009